12 Daniël, die door de koning Be̱ltsazar is genoemd,+ had namelijk een buitengewone geest en kennis en inzicht om dromen uit te leggen, raadsels te verklaren en knopen te ontwarren.*+ Laat Daniël komen, en hij zal u de uitleg geven.’
9 De familiehoofden werden jaloers op Jozef+ en verkochten hem aan de Egyptenaren.+ Maar God was met hem+10 en redde hem uit al zijn moeilijkheden. Hij gaf hem gunst en wijsheid in de ogen van de farao, de koning van Egypte. Die stelde hem aan als bestuurder over Egypte en over zijn hele huis.+