3 en geef hun de opdracht: “Neem 12 stenen uit het midden van de Jordaan, van de plaats waar de voeten van de priesters stilstaan.+ Neem de stenen mee en leg ze op de plaats waar jullie gaan overnachten.”’+
8 Toen het hele volk besneden was, bleven ze in het kamp tot ze hersteld waren.
9 Toen zei Jehovah tegen Jozua: ‘Vandaag heb ik de schande van Egypte van jullie weggenomen.’* Daarom wordt die plaats tot op deze dag Gi̱lgal*+ genoemd.
6 Vervolgens stuurden de mannen van Gi̱beon een bericht naar Jozua in het kamp bij Gi̱lgal:+ ‘Laat uw slaven niet in de steek.*+ Kom snel! Red ons en help ons! Alle koningen van de Amorieten uit de bergen zijn samen tegen ons opgetrokken.’