Watchtower ONLINE LIBRARY
Watchtower
ONLINE LIBRARY
Nederlandse Gebarentaal
  • BIJBEL
  • PUBLICATIES
  • VERGADERINGEN
  • 2 Koningen 23:36, 37
    Nieuwewereldvertaling van de Bijbel
    • 36 Jo̱jakim+ was 25 jaar toen hij koning werd, en hij regeerde 11 jaar in Jeruzalem.+ Zijn moeder was Zebu̱dda, de dochter van Peda̱ja uit Ru̱ma. 37 Hij bleef doen wat slecht was in Jehovah’s ogen,+ precies zoals zijn voorvaders hadden gedaan.+

  • Jeremia 24:8
    Nieuwewereldvertaling van de Bijbel
    • 8 Maar over de slechte vijgen, die zo slecht zijn dat ze niet te eten zijn,+ zegt Jehovah: ‘Zo zal ik koning Zedeki̱a+ van Juda bezien, samen met zijn leiders, het overblijfsel van Jeruzalem dat in dit land is overgebleven en degenen die in Egypte wonen.+

  • Jeremia 37:1, 2
    Nieuwewereldvertaling van de Bijbel
    • 37 En koning Zedeki̱a,+ de zoon van Josi̱a, begon te regeren in de plaats van Cho̱nja,*+ de zoon van Jo̱jakim, want koning Nebukadne̱zar* van Babylon had hem koning gemaakt in het land Juda.+ 2 Maar hij, zijn dienaren en het volk* luisterden niet naar de woorden die Jehovah via de profeet Jeremia sprak.

  • Jeremia 38:5, 6
    Nieuwewereldvertaling van de Bijbel
    • 5 Koning Zedeki̱a antwoordde: ‘Goed, hij is in jullie hand, want de koning kan niets doen om jullie tegen te houden.’

      6 Ze grepen Jeremia dus en gooiden hem in de waterput van Malki̱a, de zoon van de koning, in het Hof van de Wacht.+ Ze lieten Jeremia aan touwen zakken. In de waterput zat geen water, alleen modder. En Jeremia zakte weg in de modder.

  • Ezechiël 21:25
    Nieuwewereldvertaling van de Bijbel
    • 25 Maar voor jou is de dag gekomen, de dag van je uiteindelijke straf, o dodelijk gewonde, verdorven leider van Israël.+

Publicaties voor de Nederlandse Gebarentaal (2000-2025)
Afmelden
Inloggen
  • Nederlandse Gebarentaal
  • Delen
  • Instellingen
  • Copyright © 2025 Watch Tower Bible and Tract Society of Pennsylvania
  • Gebruiksvoorwaarden
  • Privacybeleid
  • Privacyinstellingen
  • JW.ORG
  • Inloggen
Delen