15 Toen zei ik bij mezelf:* ‘Wat met de dwaas gebeurt, zal ook met mij gebeuren.’+ Wat heb ik er dan aan gehad zo ontzettend wijs te worden? Dus zei ik bij mezelf:* ‘Ook dat is zinloos.’
12 Voor al het andere, mijn zoon, geldt deze waarschuwing: er worden zo veel boeken geschreven, er komt geen eind aan. Je daar te veel aan wijden, zal je* uitputten.+