17 In die tijd zal men Jeruzalem de troon van Jehovah+ noemen. En alle volken zullen bij elkaar gebracht worden in Jeruzalem,+ bij de naam van Jehovah, en ze zullen niet meer koppig hun eigen slechte hart volgen.’
26 Boven het uitspansel boven hun hoofden was iets dat leek op een saffiersteen+ en eruitzag als een troon.+ Op de troon daarboven zat iemand die eruitzag als een mens.+