Watchtower ONLINE LIBRARY
Watchtower
ONLINE LIBRARY
Nederlandse Gebarentaal
  • BIJBEL
  • PUBLICATIES
  • VERGADERINGEN
  • 2 Samuël 7
  • Nieuwewereldvertaling van de Bijbel

Voor dit gedeelte is geen video beschikbaar.

Helaas was er een fout bij het laden van de video.

Inhoud 2 Samuël

      • David mag tempel niet bouwen (1-7)

      • Verbond met David voor koninkrijk (8-17)

      • Davids dankgebed (18-29)

2 Samuël 7:1

Voetnoten

  • *

    Of ‘paleis’.

Verwijsteksten

  • +1Kr 17:1

2 Samuël 7:2

Verwijsteksten

  • +2Sa 12:1; 1Kr 29:29
  • +2Sa 5:11
  • +2Sa 6:17

2 Samuël 7:3

Verwijsteksten

  • +1Kon 8:17; 1Kr 17:2; 22:7

2 Samuël 7:5

Verwijsteksten

  • +1Kon 5:3; 8:17-19; 1Kr 17:4-6; 22:7, 8

2 Samuël 7:6

Voetnoten

  • *

    Lett.: ‘zonen van Israël’.

  • *

    Lett.: ‘gewandeld’.

Verwijsteksten

  • +Joz 18:1
  • +Ex 40:18, 34

2 Samuël 7:8

Verwijsteksten

  • +1Sa 16:11
  • +2Sa 5:2; 1Kr 17:7-10; 28:4; Ps 78:70, 71

2 Samuël 7:9

Voetnoten

  • *

    Lett.: ‘afsnijden’.

Verwijsteksten

  • +1Sa 18:14; 2Sa 5:10
  • +2Sa 22:1; Ps 18:37
  • +1Kr 14:2, 17

2 Samuël 7:10

Verwijsteksten

  • +Re 2:14; Ps 89:20, 22

2 Samuël 7:11

Voetnoten

  • *

    Of ‘dynastie’.

Verwijsteksten

  • +Re 2:16
  • +De 25:19
  • +1Kon 2:24; Ps 89:4

2 Samuël 7:12

Voetnoten

  • *

    Lett.: ‘zaad’.

  • *

    Lett.: ‘een die uit je inwendige delen zal komen’.

Verwijsteksten

  • +1Kon 2:1
  • +Ge 49:10; 1Kon 8:20; 1Kr 17:11-14; Ps 132:11; Jes 9:7; 11:1; Mt 21:9; 22:42; Lu 1:32, 33; Jo 7:42; Han 2:30

2 Samuël 7:13

Verwijsteksten

  • +1Kon 5:5; 6:12; Za 6:12, 13
  • +1Kon 1:37; 1Kr 22:10; 28:7; Ps 89:4, 36

2 Samuël 7:14

Voetnoten

  • *

    Lett.: ‘terechtwijzen met de roede van mensen’.

  • *

    Of mogelijk ‘hem straffen met de slagen van Adam’.

Verwijsteksten

  • +1Kr 28:6; Mt 3:17; Heb 1:5
  • +Ps 89:30, 32; Jer 52:3

2 Samuël 7:15

Verwijsteksten

  • +1Sa 15:23, 26

2 Samuël 7:16

Voetnoten

  • *

    Of ‘dynastie’.

Verwijsteksten

  • +Ps 45:6; 89:36; Da 2:44; Heb 1:8; Opb 11:15

2 Samuël 7:17

Verwijsteksten

  • +1Kr 17:15

2 Samuël 7:18

Verwijsteksten

  • +1Kr 17:16-22

2 Samuël 7:19

Voetnoten

  • *

    Of ‘wet’.

2 Samuël 7:20

Verwijsteksten

  • +1Sa 16:7; Ps 17:3

2 Samuël 7:21

Voetnoten

  • *

    Of ‘met uw wil’.

Verwijsteksten

  • +Ps 25:14

2 Samuël 7:22

Verwijsteksten

  • +De 3:24; 1Kr 16:25
  • +Ex 15:11; Ps 83:18
  • +De 4:35

2 Samuël 7:23

Verwijsteksten

  • +De 4:7; Ps 147:19, 20
  • +Ex 3:8; 19:5; Jes 63:9
  • +Ex 9:16
  • +De 10:21

2 Samuël 7:24

Verwijsteksten

  • +De 26:18
  • +Ex 15:2

2 Samuël 7:25

Verwijsteksten

  • +1Kr 17:23-27; Ps 89:20, 28

2 Samuël 7:26

Verwijsteksten

  • +1Kr 29:11; Ps 72:19; Mt 6:9; Jo 12:28
  • +Jes 9:7; Jer 33:22

2 Samuël 7:27

Voetnoten

  • *

    Of ‘dynastie’.

  • *

    Lett.: ‘zijn hart gevonden’.

Verwijsteksten

  • +2Sa 7:11

2 Samuël 7:28

Verwijsteksten

  • +Nu 23:19; Ps 89:35; 132:11; Jo 17:17

2 Samuël 7:29

Verwijsteksten

  • +Ps 89:20, 36; 132:12
  • +2Sa 22:51; Ps 72:17

Algemeen

2 Sam. 7:11Kr 17:1
2 Sam. 7:22Sa 12:1; 1Kr 29:29
2 Sam. 7:22Sa 5:11
2 Sam. 7:22Sa 6:17
2 Sam. 7:31Kon 8:17; 1Kr 17:2; 22:7
2 Sam. 7:51Kon 5:3; 8:17-19; 1Kr 17:4-6; 22:7, 8
2 Sam. 7:6Joz 18:1
2 Sam. 7:6Ex 40:18, 34
2 Sam. 7:81Sa 16:11
2 Sam. 7:82Sa 5:2; 1Kr 17:7-10; 28:4; Ps 78:70, 71
2 Sam. 7:91Sa 18:14; 2Sa 5:10
2 Sam. 7:92Sa 22:1; Ps 18:37
2 Sam. 7:91Kr 14:2, 17
2 Sam. 7:10Re 2:14; Ps 89:20, 22
2 Sam. 7:11Re 2:16
2 Sam. 7:11De 25:19
2 Sam. 7:111Kon 2:24; Ps 89:4
2 Sam. 7:121Kon 2:1
2 Sam. 7:12Ge 49:10; 1Kon 8:20; 1Kr 17:11-14; Ps 132:11; Jes 9:7; 11:1; Mt 21:9; 22:42; Lu 1:32, 33; Jo 7:42; Han 2:30
2 Sam. 7:131Kon 5:5; 6:12; Za 6:12, 13
2 Sam. 7:131Kon 1:37; 1Kr 22:10; 28:7; Ps 89:4, 36
2 Sam. 7:141Kr 28:6; Mt 3:17; Heb 1:5
2 Sam. 7:14Ps 89:30, 32; Jer 52:3
2 Sam. 7:151Sa 15:23, 26
2 Sam. 7:16Ps 45:6; 89:36; Da 2:44; Heb 1:8; Opb 11:15
2 Sam. 7:171Kr 17:15
2 Sam. 7:181Kr 17:16-22
2 Sam. 7:201Sa 16:7; Ps 17:3
2 Sam. 7:21Ps 25:14
2 Sam. 7:22De 3:24; 1Kr 16:25
2 Sam. 7:22Ex 15:11; Ps 83:18
2 Sam. 7:22De 4:35
2 Sam. 7:23De 4:7; Ps 147:19, 20
2 Sam. 7:23Ex 3:8; 19:5; Jes 63:9
2 Sam. 7:23Ex 9:16
2 Sam. 7:23De 10:21
2 Sam. 7:24De 26:18
2 Sam. 7:24Ex 15:2
2 Sam. 7:251Kr 17:23-27; Ps 89:20, 28
2 Sam. 7:261Kr 29:11; Ps 72:19; Mt 6:9; Jo 12:28
2 Sam. 7:26Jes 9:7; Jer 33:22
2 Sam. 7:272Sa 7:11
2 Sam. 7:28Nu 23:19; Ps 89:35; 132:11; Jo 17:17
2 Sam. 7:29Ps 89:20, 36; 132:12
2 Sam. 7:292Sa 22:51; Ps 72:17
  • Nieuwewereldvertaling van de Bijbel
  • 1
  • 2
  • 3
  • 4
  • 5
  • 6
  • 7
  • 8
  • 9
  • 10
  • 11
  • 12
  • 13
  • 14
  • 15
  • 16
  • 17
  • 18
  • 19
  • 20
  • 21
  • 22
  • 23
  • 24
  • 25
  • 26
  • 27
  • 28
  • 29
Nieuwewereldvertaling van de Bijbel
2 Samuël 7:1-29

Het tweede boek Samuël

7 Toen de koning zijn intrek had genomen in zijn eigen huis*+ en Jehovah hem rust had gegeven van alle vijanden om hem heen, 2 zei de koning tegen de profeet Nathan:+ ‘Ik woon hier in een huis van ceders+ terwijl de ark van de ware God in een tent staat.’+ 3 Nathan antwoordde: ‘Doe wat je hart je ingeeft, want Jehovah is met je.’+

4 Die nacht kwam het woord van Jehovah tot Nathan: 5 ‘Zeg tegen mijn dienaar David: “Dit zegt Jehovah: ‘Wil jij voor mij een huis bouwen om in te wonen?+ 6 Vanaf de dag dat ik de Israëlieten* uit Egypte heb geleid tot op deze dag+ heb ik nooit in een huis gewoond, maar ik heb rondgetrokken* in een tent en in een tabernakel.+ 7 Heb ik in al de tijd dat ik met de Israëlieten heb rondgetrokken, ooit tegen de stamhoofden van Israël die ik als herder over mijn volk Israël heb aangesteld, gezegd: “Waarom hebben jullie geen huis van ceders voor me gebouwd?”’” 8 Zeg tegen mijn dienaar David: “Dit zegt Jehovah van de legermachten: ‘Ik heb je uit het veld gehaald, bij de schapen vandaan,+ om je leider over Israël te maken.+ 9 Ik zal met je zijn, waar je ook heen gaat,+ en ik zal al je vijanden vernietigen.*+ Ik zal je naam groot maken,+ zoals de naam van de groten van de aarde. 10 Ik zal mijn volk Israël een plaats toewijzen waar ze zich kunnen vestigen, en ze zullen daar in alle rust wonen. Ze zullen niet meer onderdrukt worden door wrede mensen zoals vroeger,+ 11 in de tijd dat ik rechters over Israël aanstelde.+ En ik zal ervoor zorgen dat je vijanden je met rust laten.+

Verder heeft Jehovah je laten weten dat Jehovah voor jou een huis* zal bouwen.+ 12 Wanneer je leven ten einde loopt+ en je gaat rusten bij je voorvaders, zal ik je laten opvolgen door je nageslacht,* je eigen zoon.* Ik zal hem het koningschap stevig in handen geven.+ 13 Hij is het die een huis voor mijn naam zal bouwen,+ en ik zal de troon van zijn koninkrijk voor eeuwig bevestigen.+ 14 Ik zal zijn vader worden, en hij zal mijn zoon worden.+ Wanneer hij iets verkeerds doet, zal ik hem corrigeren* en hem met slagen straffen,+ zoals mensen doen.* 15 Maar mijn loyale liefde zal ik niet van hem wegnemen zoals ik die heb weggenomen van Saul,+ die ik ter wille van jou heb verwijderd. 16 Jouw huis* en jouw koninkrijk zullen eeuwig blijven bestaan. Je troon zal voor eeuwig bevestigd zijn.’”’+

17 Nathan bracht al die woorden en dat hele visioen aan David over.+

18 Toen nam koning David plaats voor Jehovah en zei: ‘Wie ben ik, o Soevereine Heer Jehovah? En wat stelt mijn huis voor, dat u zo veel voor me hebt gedaan?+ 19 En alsof dat nog niet genoeg is, o Soevereine Heer Jehovah, zegt u ook nog dat het huis van uw dienaar tot in de verre toekomst zal blijven bestaan. En dat geldt als bepaling* voor de hele mensheid, o Soevereine Heer Jehovah. 20 Wat kan ik nog meer tegen u zeggen? Want u, Soevereine Heer Jehovah, kent uw dienaar heel goed.+ 21 Ter wille van uw woord en in overeenstemming met wat u in uw hart hebt besloten,* hebt u al die indrukwekkende dingen gedaan en ze aan uw dienaar onthuld.+ 22 Daarom bent u zo machtig,+ Soevereine Heer Jehovah. Er is niemand zoals u+ en buiten u is er geen God;+ dat blijkt duidelijk uit alles wat we hebben gehoord. 23 En welk ander volk op aarde is te vergelijken met uw volk Israël?+ God heeft hen losgekocht als zijn volk+ en een naam voor zichzelf gemaakt+ door grote en ontzagwekkende dingen voor hen te doen.+ U hebt de volken en hun goden verdreven voor uw volk, dat u uit Egypte hebt losgekocht. 24 U hebt uw volk Israël voor altijd tot uw eigen volk gemaakt.+ En u, o Jehovah, bent hun God geworden.+

25 En nu, Jehovah God, vervul voor altijd de belofte die u hebt gedaan in verband met uw dienaar en zijn huis, en laat uw belofte alstublieft uitkomen.+ 26 Laat uw naam voor altijd geëerd worden,+ zodat mensen zullen zeggen: “Jehovah van de legermachten is God over Israël.” En laat het huis van uw dienaar David bevestigd zijn voor u.+ 27 Want u, Jehovah van de legermachten, God van Israël, hebt aan mij onthuld: “Ik zal een huis* voor je bouwen.”+ Daarom heeft uw dienaar de moed* om dit gebed tot u te richten. 28 En nu, o Soevereine Heer Jehovah, u bent de ware God en uw woorden zijn waarheid,+ en u hebt deze goede dingen aan uw dienaar beloofd. 29 Dus zegen alstublieft het huis van uw dienaar, zodat het voor altijd mag blijven bestaan.+ Want u, o Soevereine Heer Jehovah, hebt het beloofd, en mag het huis van uw dienaar altijd door u gezegend zijn.’+

Publicaties voor de Nederlandse Gebarentaal (2000-2025)
Afmelden
Inloggen
  • Nederlandse Gebarentaal
  • Delen
  • Instellingen
  • Copyright © 2025 Watch Tower Bible and Tract Society of Pennsylvania
  • Gebruiksvoorwaarden
  • Privacybeleid
  • Privacyinstellingen
  • JW.ORG
  • Inloggen
Delen