42Zie! Mijn knecht,+ die ik stevig vasthoud!+ Mijn uitverkorene,+ [die] mijn ziel heeft goedgekeurd!+ Ik heb mijn geest* in hem gelegd.+ Gerechtigheid voor de natiën zal hij voortbrengen.+
18 „Zie! Mijn knecht,+ die ik gekozen heb, mijn geliefde,+ die mijn ziel heeft goedgekeurd! Ik zal mijn geest op hem leggen,+ en hij zal de natiën duidelijk maken wat gerechtigheid is.
18 Hij die geloof oefent in hem, zal niet geoordeeld worden.+ Hij die geen geloof oefent, is reeds geoordeeld, omdat hij geen geloof heeft geoefend in de naam van de eniggeboren Zoon van God.+