16 daarom heeft de Soevereine Heer Jehovah dit gezegd: „Ziet, ik leg* als fundament in Si̱on+ een steen,*+ een beproefde steen,+ de kostbare hoek+ van een vast fundament.*+ Niemand die geloof oefent, zal in paniek geraken.*+
42 Jezus zei tot hen: „Hebt GIJ nooit in de Schriften gelezen: ’De steen die de bouwlieden hebben verworpen,+ is juist de hoofdhoeksteen geworden.+ Vanwege Jehovah* is dit geschied, en het is wonderbaarlijk in onze ogen’?
7 Voor U is hij daarom kostbaar,* omdat GIJ gelovigen zijt; maar voor wie niet geloven, „is dezelfde steen die de bouwlieden verworpen hebben,+ [het] hoofd van [de] hoek geworden”,+