-
Genesis 47:29-31Nieuwewereldvertaling van de Bijbel (studie-uitgave)
-
-
29 Toen Israël niet lang meer te leven had,+ riep hij zijn zoon Jozef bij zich en zei: ‘Als je echt om me geeft, leg dan je hand onder mijn bovenbeen en toon loyale liefde en trouw voor me: begraaf me alsjeblieft niet in Egypte.+ 30 Als ik sterf,* moet je me uit Egypte wegbrengen en me in het graf van mijn voorouders begraven.’+ Daarop zei Jozef: ‘Ik zal doen wat u vraagt.’ 31 Toen zei Israël: ‘Zweer het mij.’ Jozef zwoer het hem+ en Israël boog zich neer aan het hoofdeinde van zijn bed.+
-