19 Je zult je in het zweet werken om brood* te eten, totdat je terugkeert naar de grond, want daaruit ben je genomen.+ Stof ben je en tot stof zul je terugkeren.’+
5 Want de levenden weten* dat ze zullen sterven,+ maar de doden weten helemaal niets+ en ze hebben ook geen beloning* meer, omdat elke herinnering aan hen verloren gaat.+
10 Doe wat je hand te doen vindt met heel je kracht, want er is geen werk, geen plan, geen kennis en geen wijsheid in het Graf,*+ waar je naartoe gaat.
12 Dus door één mens is de zonde in de wereld gekomen en door de zonde de dood,+ en zo heeft de dood zich tot alle mensen uitgebreid omdat ze allemaal hebben gezondigd.+