12 Wie een ander zo hard slaat dat hij sterft, moet zelf ter dood worden gebracht.+ 13 Maar als hij het niet met opzet doet en de ware God toelaat dat het gebeurt, dan kan hij vluchten naar een plaats die ik je zal aanwijzen.+

4 Het volgende geldt voor iemand die een ander heeft gedood en daarheen vlucht om in leven te blijven: als hij iemand onopzettelijk heeft geraakt terwijl hij voor die tijd geen hekel aan hem had + 5 — bijvoorbeeld als hij met iemand het bos in gaat om hout te verzamelen en zijn hand opheft om met een bijl een boom om te hakken, maar het blad losschiet van de steel en de ander dodelijk treft — dan moet de dader naar een van die steden vluchten om in leven te blijven.+

2 ‘Zeg tegen de Israëlieten: “Kies de vluchtsteden+ uit waarover ik jullie via Mozes heb verteld. 3 Dan kan iemand die per ongeluk,* zonder opzet, een ander heeft gedood,* daarheen vluchten en bescherming vinden tegen de bloedwreker.+