25 Het reukofferaltaar+ maakte hij van acaciahout. Het was vierkant, één el lang en één el breed, en het was twee el hoog. De hoorns vormden er één geheel mee.+ 26 Hij bekleedde het altaar met zuiver goud: de bovenkant, alle zijkanten en de hoorns. Ook maakte hij er een gouden lijst omheen.