19 O Jehovah, mijn kracht en mijn vesting,
mijn schuilplaats in tijden van nood,+
naar u zullen de volken komen van de uiteinden van de aarde
en ze zullen zeggen: ‘Onze voorouders hebben niets dan bedrog geërfd,
leegte en nutteloze dingen waar je niets aan hebt.’+