30 Zijn dienaren vervoerden zijn dode lichaam op een wagen van Megi̱ddo naar Jeruzalem en begroeven hem in zijn graf. Toen zalfde het volk* Josi̱a’s zoon Jo̱ahaz en maakte hem koning in de plaats van zijn vader.+
28 Om die reden zul je in vrede in je graf worden gelegd als ik je tot je voorvaders vergader.* Je zult alle ellende die ik over deze plaats en de inwoners breng niet met eigen ogen zien.”’”’+