-
1 Koningen 16:30-32Nieuwewereldvertaling van de Bijbel (studie-uitgave)
-
-
30 Achab, de zoon van O̱mri, was nog slechter in Jehovah’s ogen dan al zijn voorgangers.+ 31 Alsof het nog niet erg genoeg was dat hij dezelfde zonden beging* als Jero̱beam,+ de zoon van Ne̱bat, trouwde hij ook nog eens met Izebel,+ de dochter van Ethba̱äl, de koning van de Sidoniërs,+ en ging hij Baäl dienen+ en zich voor hem neerbuigen. 32 Bovendien richtte hij voor Baäl een altaar op in het huis* van Baäl+ dat hij in Sama̱ria had gebouwd.
-
-
2 Koningen 17:13Nieuwewereldvertaling van de Bijbel (studie-uitgave)
-
-
13 Jehovah bleef Israël en Juda waarschuwen via al zijn profeten en visionairs+ door te zeggen: ‘Keer je af van je slechte weg!+ Houd je aan mijn geboden en mijn voorschriften, aan de hele wet die ik jullie voorouders heb gegeven en die ik via mijn dienaren, de profeten, aan jullie heb overgebracht.’
-