48 Wie mij afwijst en mijn woorden niet aanneemt, heeft iemand die hem oordeelt. Het woord dat ik heb gesproken, zal hem oordelen op de laatste dag.+ 49 Want ik heb niet uit mezelf gesproken, maar de Vader, die mij heeft gestuurd, heeft me zelf een gebod gegeven over wat ik zeggen en wat ik spreken moet.+

15 Hij is het beeld van de onzichtbare God,+ de eerstgeborene van de hele schepping.+

14 Schrijf aan de engel van de gemeente in Laodice̱a:+ Dit zegt de Amen,+ de trouwe en ware+ getuige,+ het begin van de schepping door God:+

11 Ik zag de hemel geopend en er was een wit paard.+ Degene die erop zat, wordt Trouw+ en Waarachtig+ genoemd. Hij oordeelt en strijdt rechtvaardig.+

13 Hij draagt kleding die met bloed bevlekt* is. Zijn naam is: Het Woord+ van God.