Overzicht voor de theocratische bedieningsschool
Overzicht met gesloten boek gebaseerd op stof van de theocratische bedieningsschool voor de weken van 7 september tot en met 21 december 1992. Gebruik een afzonderlijk vel papier en beantwoord daarop zoveel mogelijk vragen in de toegestane tijd.
[Opmerking: Tijdens het schriftelijk overzicht mag alleen de bijbel bij het beantwoorden van elke vraag worden gebruikt. De verwijzingen die achter de vragen staan, zijn voor je persoonlijke nazoekwerk. Bij verwijzingen naar De Wachttoren worden misschien niet altijd de bladzijden en paragrafen vermeld.]
Beantwoord elk van de volgende beweringen met goed of fout:
1. Het is het beste lezingen van buiten te leren, teneinde helemaal vrij te zijn van aantekeningen. [sg blz. 63 §17]
2. Om de kwaliteit van je stem te verbeteren, is het nuttig naar een bandopname van je eigen stem te luisteren. [sg blz. 64 §3]
3. Wij hoeven niet tactvol te zijn wanneer wij met gezinsleden spreken die ongelovigen zijn. [sg blz. 73 §12]
4. Het gebruik van standpuntvragen is heel nuttig om iemands hart te bereiken. [sg blz. 76 §10]
5. Door in de toevluchtsstad te blijven, zou de onopzettelijke doodslager doordrongen worden van de ernst van wat hij had gedaan en ook van de barmhartigheid van Jehovah hem een wijkplaats te verschaffen (Joz. 20:6). [Wekelijks bijbelleesprogramma; zie ook w73 blz. 492, 493.]
6. Zoals in Rechters 6:37-39 wordt beschreven, was Gideon overmatig voorzichtig of wantrouwend. [Wekelijks bijbelleesprogramma; zie ook w88 1/4 blz. 30.]
7. Hoewel Manoah God niet werkelijk had gezien, was dat voor zijn gevoel wel zo omdat hij de gematerialiseerde engel, die als woordvoerder van God optrad, had gezien (Recht. 13:22). [Wekelijks bijbelleesprogramma; zie ook w88 15/5 blz. 23.]
8. Samuël en zijn zonen worden gewoonlijk niet tot de rechters gerekend die na Jozua dienden. [Wekelijks bijbelleesprogramma; zie ook w86 1/6 blz. 31.]
9. Hoewel Samuël geen priester was, handelde hij juist toen hij slachtoffers bracht, zoals staat opgetekend in 1 Samuël 10:8. [Wekelijks bijbelleesprogramma; zie ook w73 blz. 31.]
10. Door David zijn kleren, zijn zwaard, zijn boog en zijn gordel te geven, toonde Jonathan erkenning van en onderwerping aan David als degene die tot koning was gezalfd (1 Sam. 18:3, 4). [Wekelijks bijbelleesprogramma; zie w89 1/1 blz. 24 §4.]
Beantwoord de volgende vragen:
11. Waarom gaf Jehovah terecht het bevel de Baälaanbidders uit te roeien? [si blz. 47 §7]
12. Wat zijn twee voordelen van het voor de vuist weg spreken? [sg blz. 60 §5-7]
13. Hoe kan tact worden omschreven? [sg blz. 70 §2]
14. Waarom moeten wij wanneer wij anderen onderwijzen, ernaar streven meer te doen dan eenvoudig kennis over te dragen? [sg blz. 75 §7, 8]
15. Wat houdt converseren behalve praten nog meer in? [sg blz. 79 §3]
16. Als de conversatie in een groep niet opbouwend meer is, wat kunnen wij daar dan zelf aan doen? [sg blz. 83 §22]
17. Kan Debora met het oog op Rechters 4:4 als een van de rechters van het Israël uit de oudheid worden beschouwd? Leg dit uit. [Wekelijks bijbelleesprogramma; zie w86 1/6 blz. 31.]
18. Waarom ging Simson in de Filistijnse stad Gaza naar het huis van een prostituée? (Recht. 16:1) [Wekelijks bijbelleesprogramma; zie ook w79 1/6 blz. 31.]
19. Waarom voelde Jehovah ’spijt dat hij Saul als koning had doen regeren’? (1 Sam. 15:10, 11) [Wekelijks bijbelleesprogramma; zie ook g77 22/7 blz. 28.]
Verschaf het woord of zinsdeel dat nodig is om elk van de volgende beweringen te completeren:
20. De ongewone, bovennatuurlijke gebeurtenissen die in Jozua 10:10-14 staan opgetekend, zijn krachtige herinneringen aan ․․․․․․․. [si blz. 45 §23]
21. Iemands mond dient gewoonlijk ․․․․․․․ centimeter van de microfoon verwijderd te zijn. [sg blz. 68 §19]
22. Met behulp van Gods geest kunnen wij geestelijk even sterk zijn als ․․․․․․․ het lichamelijk was, indien wij maar tot Jehovah bidden en ons op hem verlaten. [si blz. 50 §27]
23. Het boek Ruth beklemtoont Jehovah’s voornemen om ․․․․․․․ voort te brengen. [si blz. 51 §1]
24. In het verslag in Rechters 19:15 wordt een ongewoon geval verhaald van Israëlieten die in gebreke bleven de gebruikelijke ․․․․․․․ te betonen. [Wekelijks bijbelleesprogramma; zie ook w75 blz. 758, 759.]
25. Gods wet inzake ․․․․․․․ mag in tijden van nood niet buiten beschouwing gelaten worden (1 Sam. 14:31-34). [Wekelijks bijbelleesprogramma; zie ook w86 1/9 blz. 25.]
Kies het juiste antwoord in elk van de volgende beweringen:
26. Het schrijven van het boek Rechters werd (ca. 1090; ca. 1100; in 1078) v.G.T. voltooid. [si blz. 46 §3 en kader]
27. (Ruth; Rachab; Debora) verliet haar geboorteland om de aanbidding van Jehovah te beoefenen en betoonde zich loyaal, onderdanig en een gewillige werkster. [si blz. 52 §9]
28. In het jaar (917; 1017; 1117) v.G.T. kwam er een buitengewoon belangrijke verandering in Israëls nationale organisatie. [si blz. 53 §1]
29. De schrijvers van 1 Samuël waren (Samuël; Gad; Nathan; David; Saul). [si blz. 53 §2]
30. Iemand die zijn gezinsleden meer eerde dan God was (Manoah; Eli; Saul) (1 Sam. 2:29, 30). [Wekelijks bijbelleesprogramma; zie ook w87 15/12 blz. 16 §8.]
Zoek bij elk van de onderstaande beweringen de juiste schriftplaats:
Joz. 22:9-31; Recht. 8:23; Ruth 2:9; 1 Sam. 21:13-15; Ef. 5:3, 4
31. Gods Woord is onze gids bij het vaststellen van de soort van spraak die wij in ons dagelijks leven moeten vermijden. [sg blz. 56 §9]
32. Het heeft niet Jehovah’s goedkeuring dat vrouwen het slachtoffer worden van ongewenste intimiteiten. [Wekelijks bijbelleesprogramma; zie ook w87 15/3 blz. 5.]
33. Wanneer wij met problemen worden geconfronteerd, verwacht Jehovah dat wij onze verstandelijke vermogens gebruiken en niet eenvoudig wachten totdat hij de dingen voor ons zal oplossen. [Wekelijks bijbelleesprogramma; zie ook w87 15/4 blz. 19 §14.]
34. Onvolmaakte mensen dienen weerstand te bieden aan de verzoeking om macht te misbruiken. [Wekelijks bijbelleesprogramma; zie ook w86 15/8 blz. 11 §13.]
35. Onderscheidingsvermogen zal ons helpen het te vermijden aan de daden van anderen slechte motieven toe te schrijven. [Wekelijks bijbelleesprogramma; zie ook w86 1/11 blz. 23 §10.]