Hoe de Chinezen het nieuwe jaar verwelkomen
Door Ontwaakt!-correspondent in Hong Kong
OVER het algemeen gesproken, heeft elk land een of ander feest dat daar als belangrijker dan de andere feesten wordt beschouwd. Voor de Chinezen is het maan-nieuwjaar zulk een feest. Duizenden jaren lang hebben de Chinezen Nieuwjaar als de feestelijkste tijd op hun kalender beschouwd.
Hoewel de Chinezen in 1912 officieel de Gregoriaanse kalender hebben aangenomen, is het zonne-nieuwjaar op 1 januari lang niet zo populair als het maan-nieuwjaar. Op het zonne-nieuwjaar hebben de meeste firma’s en kantoren bijvoorbeeld maar één dag vrij, doch tijdens het maan-nieuwjaarsfeest zijn ze drie of vier dagen en soms zelfs wel een week lang gesloten. Het Chinese maan-nieuwjaar valt op de eerste nieuwe maan nadat de zon in het huis van de dierenriem dat Waterman wordt genoemd, is binnengetreden, hetgeen ergens tussen 21 januari en 19 februari ligt.
Voorbereidingen voor het feest
Het enthousiasme van de Chinezen voor dit feest overtreft zelfs het enthousiasme van de westerlingen voor Kerstmis. De mensen beginnen er een maand van tevoren voorbereidingen voor te treffen. Zelfs gezinnen die een klein inkomen hebben, geven veel geld uit aan dingen die als noodzakelijk voor het feest worden beschouwd. Aangezien de nadruk op vernieuwing wordt gelegd, kopen de mensen graag nieuwe kleren. In Hong Kong hebben de mensen de gewoonte nieuwe schoenen te kopen en alle schoenwinkels doen vóór nieuwjaar geweldig goede zaken.
Een belangrijke voorbereidingsdatum voor het feest is 24 december van de maan-kalender. Veel Chinezen geloven dat op deze dag de Keukengod naar de hemel terugkeert om rapport uit te brengen aan de Jade-keizer, die naar men gelooft verantwoordelijk is voor beloningen en straf. Aangezien men gelooft dat de god die het beheer voert over de keuken een afgezant van de Jade-keizer is, willen de mensen in een goed blaadje bij hem staan in de hoop dat hij hun slechte daden zal verzwijgen en alleen over de goede zal spreken als hij rapport uitbrengt. Om bij hem in de gunst te komen, maken zij dus zijn tempeltje boven het fornuis grondig schoon en offeren hem koeken en snoepgoed. Sommigen verbranden zelfs papiergeld om de Keukengod in zijn reiskosten tegemoet te komen of verbranden een papieren paard waarop hij kan rijden. Anderen gaan nog een stap verder. In de mening dat het niet voldoende is de Keukengod alleen maar om te kopen, proberen zij hem dronken te voeren om er zeker van te zijn dat hij geen slecht rapport over hen uitbrengt. Zij doen dit door een portret van de Keukengod in wijn te dopen. Om middernacht doen zij hem uitgeleide met een salvo van voetzoekers. Zij wensen dat hij „een goed rapport naar de hemel stuurt en vrede op aarde afkondigt”.
Tijdens de paar dagen voor het nieuwe jaar is het op de markten drukker dan gewoonlijk daar iedereen extra voedsel koopt voor de speciale maaltijd en voor de nieuwjaarsvakantie wanneer de markten gesloten zijn. De mensen kopen ook graag bloemen voor de feestdagen. Het is de tijd dat de narcissen bloeien, dus zult u veel kooplui narcisbollen op de markt zien verkopen. Ook perzikbloesem en mandarijnboompjes in miniatuur zijn heel populair. De kleur die men in deze tijd van het jaar het meest ziet, is helder rood, wat als een vrolijke kleur wordt beschouwd.
Het feest
Te middernacht worden overal voetzoekers afgestoken om het nieuwe jaar te verwelkomen. Gedurende de volgende dagen hoort men bijna onafgebroken het klappen van voetzoekers. In 1968 evenwel vierden de mensen van Hong Kong waarschijnlijk hun eerste rustige Nieuwjaar. De regering had voetzoekers verboden omdat de plaatselijke communisten het buskruit in de voetzoekers hadden gebruikt om er bommen van te maken.
Behalve dat Nieuwjaar een tijd voor familiereünies is, is het ook een tijd om vrienden en verwanten te bezoeken. Op de eerste en tweede dag van het nieuwe jaar kan men hele gezinnen van het ene huis naar het andere zien gaan. Behalve geschenken hebben zij ook een ruime voorraad rode pakjes met verschillende geldbedragen erin bij zich om aan kinderen uit te delen. Deze rode pakjes zijn begrijpelijkerwijs zeer in trek bij kinderen, daar ze hierdoor wat geld krijgen om snoepgoed en speelgoed te kopen. In theorie is elke ongehuwde persoon gerechtigd een rood pakje te krijgen, maar in de praktijk nemen maar heel weinig ongehuwde volwassenen er een aan.
Als er visite komt, worden hun suikergoed en meloenpitten aangeboden. Soms wordt hun beleefd gevraagd of zij wat zoets willen drinken en een paar nieuwjaarskoeken willen hebben. Hoewel kinderen een dergelijke gastvrijheid toejuichen, zijn volwassenen er vaak niet zo enthousiast over. Na zich een paar dagen te goed te hebben gedaan aan allerlei lekkers, hebben de mensen vaak last van indigestie.
Volgens de gewoonte vermijden de mensen het op de derde dag van het nieuwe jaar bezoeken af te leggen, want zij geloven dat zij hierdoor het hele jaar onenigheid met hun vrienden zullen hebben. Hoewel velen dit niet meer geloven, houden de meesten zich nog altijd aan het gebruik omdat het hun de kans geeft wat te rusten na twee dagen van bezoeken-afleggen.
De zevende dag van het nieuwe jaar wordt als een belangrijke dag beschouwd. Deze wordt „ieders verjaardag” genoemd. Volgens een oud gebruik wordt de eerste dag van het nieuwe jaar als de geboortedag van de haan beschouwd, de tweede als die van de hond, gevolgd door de geboortedag van de varkens, geiten, runderen en paarden, terwijl de zevende dag aan de mensen is toegewezen.
De Kantonezen komen op deze zevende dag gewoonlijk weer voor een maaltijd met de hele familie bijeen. Zo eindigt de eerste fase van de nieuwjaarsviering. Hoewel het feest vroeger tot de vijftiende dag doorging, laat het drukke leven dat de mensen tegenwoordig leiden zelden toe dat het zo lang duurt. Veel winkels zijn op de vierde dag trouwens al open.
Behalve dat de Chinezen aan elk van de bovengenoemde dieren een algemene geboortedag toeschrijven, gebruiken zij ook twaalf verschillende dieren om hun jaren te vertegenwoordigen. Dit zijn ratten, runderen, tijgers, konijnen, draken, slangen, paarden, rammen, apen, hanen, honden en varkens. Welk jaar het is, wordt bepaald door twee getallenreeksen, de ene bestaande uit twaalf, de andere uit tien cijfers, met elkaar te combineren. Volgens deze berekening was 1969 het jaar van de hanen en 1970 het jaar van de honden.
Waarzeggers maken graag gissingen op grond van deze dieren met betrekking tot de vraag of er in een bepaald jaar zegeningen zullen komen of dat er kwaad zal geschieden. Het jaar 1967 was het jaar van de rammen en zou naar men veronderstelde een heel gunstig jaar zijn, maar dat jaar vonden in Hong Kong de ergste oproeren plaats die de stad ooit heeft meegemaakt.
Nadruk op geld en geluk
Hier in Hong Kong is de populairste nieuwjaarswens: „Kung hei fat choy”, hetgeen betekent: „Veel geluk en rijkdom.” Het schijnt dat de mensen over het algemeen stoffelijke rijkdom het grootste succes en meest begeerde doel in het leven achten. In tal van plaatsen in China wordt de vijfde dag van het nieuwe jaar in feite als de dag van de God van de Rijkdom beschouwd. Op die dag ontvangen de mensen de God van de Rijkdom in hun huis met wierook- en andere offers, in de hoop dat dit hun in het nieuwe jaar voorspoed zal brengen. Jaren geleden waren de mensen in Sjanghai gewoon de nacht voor de terugkeer van de God van de Rijkdom op te blijven ten einde voetzoekers af te steken om hem welkom te heten.
Zoals men uit de populaire nieuwjaarswens zou kunnen opmaken, houden veel nieuwjaarsgebruiken nauw verband met het geloof in een geluksgod of -godin. Sommige godsdienstige mensen offeren wierook in de tempel in een poging het komende jaar veel geluk te hebben. Zij offeren daar ook voedsel, dat zij dan mee naar huis nemen om het hun kinderen te laten opeten, in de mening dat dit hun geluk zal aanbrengen. Velen vermijden het ook scherpe voorwerpen, zoals messen en scharen, tijdens het nieuwjaarsfeest te gebruiken omdat zij denken dat hierdoor hun geluk wel eens afgesneden zou kunnen worden. Tallozen plakken papieren geluksstroken boven hun huisdeur.
Daar de Chinezen zich zo om geluk in het nieuwe jaar bekommeren, hebben enkele religies voordeel van de situatie getrokken. In sommige huizen ziet men boven de deur en in huis wellicht lantaarns hangen. Op de lantaarns zijn verschillende spreuken geschreven, zoals: „Wees in alles voorspoedig.” Deze worden van taoïstische of boeddhistische tempels gekocht. Tal van tempels in Hong Kong houden trouwens een openbare verkoping van lantaarns en brengen zo voldoende geld bijeen om zich de rest van het jaar te onderhouden. Aangezien de lantaarns aan de hoogste bieders worden verkocht, betalen sommigen meer dan driehonderd gulden voor een lantaarn, in de hoop de zegeningen te ontvangen die door de spreuken die erop staan, worden beloofd.
Er zijn ook bepaalde taboes tijdens het nieuwjaarsfeest die nauw in verband staan met „geluk”. Velen vegen bijvoorbeeld niet de vloer aan gedurende dit feest, daar zij vrezen dat ze dan misschien het geluk uit hun huis vegen. Alles wordt voor nieuwjaarsavond geveegd. Dat niet alleen, maar wie toch vuil opveegt, past op hoe hij het doet. Het moet naar binnen geveegd worden opdat het geluk niet uit huis wordt geveegd. Vanaf het verwelkomen van de God van de Rijkdom tot aan de traditionele nieuwjaarswens en zelfs tot het vegen van de vloer toe, kan men dus zien dat het verlangen om rijk te worden een belangrijke plaats in de Chinese nieuwjaarsviering inneemt.
Een verkeerde gevolgtrekking
Er is niets verkeerds aan als iemand hoopt dat het komende jaar meer geluk zal brengen. Gaat dit geluk echter gepaard met rijkdom? De nadruk die het Chinese nieuwjaarsfeest op geld en geluk legt, zou die indruk wekken. De bewijzen tonen echter duidelijk aan dat dit niet noodzakelijkerwijs het geval is. Hoewel rijkdom op zich niet slecht is, is het verlangen om rijk te worden zelfs heel schadelijk. In de betrouwbare bijbel wordt het volgende onder de aandacht gebracht: „De liefde voor geld is een wortel van allerlei schadelijke dingen, en door hun streven op die liefde te richten, zijn sommigen van het geloof afgedwaald en hebben zich overal met vele pijnen doorboord.” — 1 Tim. 6:10.
Het Chinese nieuwjaarsfeest richt iemands aandacht dus niet op de ware bron van geluk, want deze bron is niet geld of fortuin, doch de ware God in de hemel, Jehovah.