Jonge mensen vragen . . .
Wat te denken van een carrière als mannequin en van schoonheidswedstrijden?
„TOEN wij vorig jaar naar New York reisden,” vertelt de twaalfjarige Amy, „zei een hotelhouder tegen Ma: ’U zou uw dochter op een modellenopleiding moeten doen. . . . Het is een knap kind.’”
Een aantal aantrekkelijke jongeren hebben soortgelijke ervaringen gehad. De vijftienjarige Racine kreeg een telefoontje van een man die haar en haar jongere zusje probeerde te interesseren voor een carrière als mannequin. Een jonge vrouw in Zuid-Afrika kreeg de uitnodiging om mee te doen aan een schoonheidswedstrijd. En de veelbelovende aanbiedingen zijn niet beperkt tot meisjes. De jonge Jonathan kreeg een baan aangeboden als mannelijk model.
Ja, over de hele wereld worden jonge mannen en vrouwen en kinderen van alle leeftijden benaderd voor een carrière als mannequin, voor schoonheidswedstrijden, enzovoort. Naar verluidt worden er alleen al in de Verenigde Staten ieder jaar honderdduizenden schoonheidswedstrijden gehouden. De winnaars ontvangen duizenden dollars in contanten, prijzen en studiebeurzen. Voor enkelen heeft het winnen van een schoonheidswedstrijd geleid tot een lucratieve carrière in de amusementswereld of als mannequin.
Een jonge vrouw zei: „Mijn hele leven heb ik mannequin willen worden — kleding showen voor plaatselijke tijdschriften en op modeshows. Het salaris varieert van 25 tot 100 dollar per uur.” Naar verluidt verdienen sommige topmannequins echter wel $2500 per dag! Het is dus geen wonder dat sommige christelijke jongeren in de verleiding zijn gekomen om van hun knappe uiterlijk te profiteren. Hoe zou jij reageren als jou zo’n vleiend aanbod werd gedaan?
Schoonheid kan gunstig zijn
Van de joodse maagd Esther werd gezegd dat zij „fraai van gestalte en schoon van uiterlijk” was (Esther 2:7). In feite zou je zelfs kunnen zeggen dat zij — niet uit vrije verkiezing weliswaar — deelnam aan een soort schoonheidswedstrijd. Wat waren de omstandigheden? De Perzische koningin Vasthi was wegens weerspannigheid uit haar functie ontheven. Om een geschikte opvolgster te vinden, bracht koning Ahasveros de mooiste maagden van het hele rijk bijeen. Hij zorgde ervoor dat de jonge vrouwen twaalf maanden lang een speciaal voedingsprogramma en geregelde massages met balsemolie en mirre kregen. Daarop werden alle meisjes achtereenvolgens beoordeeld. En toen Esther aan de beurt kwam, werd zij als nieuwe koningin gekozen! — Esther 1:12–2:17.
Maar waarom deed Esther aan deze wedstrijd mee? Was zij iemand die uit ijdelheid roem nastreefde? Nee, Esther volgde Jehovah’s leiding, die zij voortdurend zocht door bemiddeling van haar godvrezende neef en voogd, Mordechai (Esther 4:5-17). Een goddeloos man, Haman genaamd, beraamde de uitroeiing van Gods volk, de natie Israël. De ’schoonheidswedstrijd’ maakte het voor Jehovah mogelijk om Esther in een vooraanstaande positie te manoeuvreren, waar zij in staat zou zijn dit plan te verijdelen. Esthers knappe uiterlijk bleek dus een zegen te zijn voor heel Gods volk!
Maar wat valt er te zeggen over onze tijd? Hoe iemand er uitziet is absoluut niet het belangrijkste in het leven.a Niettemin kan een aantrekkelijk uiterlijk, als het vergezeld gaat van bescheidenheid en nederigheid, een pluspunt zijn. Betekent dit echter dat het showen van kleding of het deelnemen aan schoonheidswedstrijden een verstandige manier is om dit pluspunt aan te wenden? Of zijn er behalve de verlokkingen van roem, faam en rijkdom nog andere factoren die beschouwd moeten worden?
De keerzijde van de glamour
Mode showen heeft inderdaad aantrekkelijke kanten. Mooie kleren, dure sieraden, een goed inkomen, de mogelijkheid van reizen en tv-optredens — het is allemaal heel aanlokkelijk. Bovendien hebben veel jonge vrouwen en mannen door een mannequinopleiding geleerd gracieus te lopen en met zelfvertrouwen en waardigheid te spreken. Maar achter de betovering en de pracht en praal kunnen voor een christen wezenlijke gevaren op de loer liggen.
Niet dat het op zich verkeerd is als model produkten te showen. Soms dient dat een eerlijk doel: om een produkt er aantrekkelijk te laten uitzien. Dat is één reden waarom men mooie handen gebruikt voor nagellakreclame in tijdschriften en televisiespots. En zo maakt men gebruik van goedgevormde mannen en vrouwen om kleding te showen. Aangenomen dat die kleding bescheiden is, hoeft er geen bezwaar tegen te bestaan dat een christen zich laat betalen om ze te showen.
Niettemin kleven er veel problemen aan het showen van kleding, die niet altijd eenvoudig te vermijden zijn. Hoe zou je bijvoorbeeld reageren als je iets zou moeten dragen wat onbetamelijk is of ongepast voor christenen? Of als een fotograaf heel subtiel aandrang op je uitoefent om je op een suggestieve, verleidelijke wijze te laten poseren? Bovendien is men er niet altijd zeker van hoe de foto’s gebruikt zullen worden. Ze zouden bijvoorbeeld in een setting gebruikt kunnen worden die heidense feestdagen propageert of die een immorele ondertoon heeft.
Dan is er nog de uitwerking die zo’n carrière op iemands karakter kan hebben, omdat er negatieve eigenschappen door tot ontwikkeling kunnen komen. Het feit dat voortdurend het accent wordt gelegd op iemands uiterlijk in plaats van op „de verborgen persoon van het hart”, heeft er bij sommige mannequins toe geleid dat zij buitengewoon ijdel zijn geworden (1 Petrus 3:4). Ook kan het werken met dure kleding, sieraden en dergelijke ertoe leiden dat een materialistische denkwijze wortel schiet. — 1 Timótheüs 6:10.
Het modellenwereldje is er ook berucht om dat het je blootstelt aan personen — mannen en vrouwen — die seksuele gunsten verlangen voordat zij je verder zullen helpen in je carrière. Het is zoals een voormalige mannequin opmerkte: „Om het maar rechtuit te zeggen, je moet [seksueel] toegeeflijk zijn om iets te bereiken.” Sommigen beweren bovendien dat homoseksualiteit onder mannelijke modellen hoogtij viert. Hoewel dit niet altijd waar zal zijn, vormt het hier wellicht toch een groter probleem dan in andere beroepen.
Schoonheidswedstrijden
Veel van het voorgaande kan ook gezegd worden van schoonheidswedstrijden. Daar komt echter ook nog de druk van intense wedijver bij. Dit heeft sommige deelneemsters ertoe gedreven opzettelijk hun mededingsters te saboteren. Volgens één verslag „willen sommigen zo wanhopig graag winnen dat zij er niet voor terugdeinzen het badpak van een rivale met lippenstift te besmeuren of ’per ongeluk’ cola over hun avondjapon te morsen”.
Bovendien verwachten de sponsors van de schoonheidswedstrijd dat hun meisjes zich volledig inzetten voor hun taak als representatrices van zo’n bedrijf. Dit public relations-werk vereist vaak dat zij tot in de kleine uurtjes aan het sociale leven deelnemen. Tegen een jonge vrouw werd gezegd: „Schatje, jij bent nooit moe. Onthou dat goed. Jij bent de eerste die op het feestje arriveert en de laatste die weggaat.” Dit kan een christelijke jongere op zijn minst blootstellen aan slechte omgang en het kan er zelfs toe leiden dat iemand romantische gevoelens laat ontwaken voor een ongelovige. — 2 Korinthiërs 6:14.
Ten slotte is er het feit dat schoonheidswedstrijden voorbijgaan aan het bijbelse beginsel in Romeinen 1:25, dat degenen veroordeelt die ’de schepping vereren en er heilige dienst voor verrichten in plaats van dit te doen jegens Degene die schiep’. (Vergelijk Handelingen 12:21-23.) Alleen al om die reden zal een christelijke jongere er goed aan doen deelname aan een schoonheidswedstrijd af te wijzen, zelfs als het iets kleinschaligs op school betreft.
Ware schoonheid
De jongelui die eerder genoemd werden, moesten deze feiten afwegen om zelf hun beslissing te nemen. Hoewel het nastreven van een baan als mannequin op zich niet verkeerd is, besloten Amy en Racine het niet te doen. Ook Jonathan wees een baan als mannelijk model van de hand, en hij dient momenteel op het hoofdbureau van Jehovah’s Getuigen, waar hij een carrière in de volle-tijddienst nastreeft. Maar een ander aantrekkelijk meisje liet zich inschrijven en won twee schoonheidswedstrijden. Momenteel bezoekt zij de christelijke vergaderingen niet meer. Hoe waar is het gezegde: „Dat wat aantrekkelijk is en mooi, is niet altijd goed; maar dat wat goed is, is altijd mooi.”
Dat doet ons weer aan Esther denken. Wegens haar fysieke schoonheid was zij een van de kandidates uit wie de koning zich een vrouw koos. Toch vormden bescheidenheid, onderworpenheid, gehoorzaamheid en het ontbreken van hebzucht haar ware schoonheid (Esther 2:13, 15-17). Zij was een levende illustratie van Petrus’ woorden: „Uw versiering besta niet in het uiterlijke vlechten van het haar en het omhangen van gouden sieraden of het dragen van bovenklederen, maar het zij de verborgen persoon van het hart in de onverderfelijke tooi van de stille en zachtaardige geest, die van grote waarde is in de ogen van God” (1 Petrus 3:3, 4). Uiteindelijk zal het aankweken van zulke christelijke kwaliteiten een veel groter gewin zijn dan de kortstondige voordelen van fysieke schoonheid.
[Voetnoten]
a Zie het artikel „Hoe belangrijk is een knap uiterlijk?” in Ontwaakt! van 8 januari 1986.
[Illustraties op blz. 23]
Christelijke kwaliteiten zijn een groter gewin dan de kortstondige voordelen van fysieke schoonheid