Watchtower ONLINE LIBRARY
Watchtower
ONLINE LIBRARY
Nederlands
  • BIJBEL
  • PUBLICATIES
  • VERGADERINGEN
  • w51 15/1 blz. 31-32
  • Werd Christus aan een kruis gehangen?

Voor dit gedeelte is geen video beschikbaar.

Helaas was er een fout bij het laden van de video.

  • Werd Christus aan een kruis gehangen?
  • De Wachttoren — Aankondiger van Jehova’s koninkrijk 1951
  • Vergelijkbare artikelen
  • Is Jezus aan een kruis gestorven?
    De Wachttoren — Aankondiger van Jehovah’s koninkrijk 2011
  • Is Christus aan een kruis gestorven?
    De Wachttoren — Aankondiger van Jehovah’s koninkrijk 1957
  • Is het kruis voor christenen?
    De Wachttoren — Aankondiger van Jehovah’s koninkrijk 1987
  • Wat de liefde tot God betekent
    De Wachttoren — Aankondiger van Jehovah’s koninkrijk 1989
Meer weergeven
De Wachttoren — Aankondiger van Jehova’s koninkrijk 1951
w51 15/1 blz. 31-32

Werd Christus aan een kruis gehangen?

VELE millioenen mensen schijnt het antwoord op deze vraag zo eenvoudig toe als het uit zeven letters bestaande woord „Jazeker”. Voor degenen die zowel een ernstige studie van de oude geschiedenis als van de Bijbel maken, is het antwoord zelfs eenvoudiger, zo eenvoudig als het uit vier letters bestaande woord „Neen!” Maar tussen deze twee antwoorden die zover uit elkaar liggen, opent zich een grote afgrond die alle waarheidzoekers moeten kunnen overbruggen, willen zij op de vaste grond der waarheid staan.

In deze verlichte eeuw is het algemeen bekend, dat de Bijbel niet eerst in het Engels werd geschreven, iets wat vele religie-aanhangers in Engeland omtrent de oorsprong van de Bijbel dachten. Dientengevolge moeten, ten einde de kwestie tot klaarheid te brengen of Christus aan een kruis werd gehangen of niet, de oorspronkelijke Hebreeuwse en Griekse talen waarin de Bijbel werd geschreven, worden geraadpleegd. Door Gods genade staan de geleerden manuscripten der oorspronkelijke berichten ter beschikking, waarvan er sommige uit een tijd dateren die nog geen vijftig jaren is verwijderd van de tijd waarin de oorspronkelijke manuscripten ontstonden. Behalve deze manuscripten worden de oorspronkelijke woorden onder andere gedefinieerd en verklaard in woordenboeken en lexicons die in modern Engels zijn geschreven. En bovendien zijn er betrouwbare encyclopedieën, geschiedenissen, enz., die kunnen worden geraadpleegd.

Het tijdschrift Catholic Digest van mei 1948 had op bladzijde 108 het volgende over het kruis te zeggen: „Lang voor de geboorte van Christus was het kruis een religieus symbool. Op de plaats waar in de oudheid Troje heeft gelegen, werden onlangs schijven van gebakken klei ontdekt waarin een kruis was afgedrukt. Twee soortgelijke voorwerpen werden in Herculaneum gevonden. De Azteken van het oude Mexico, graveerden het kruis in amuletten, aardewerk, en muren van tempels. Er zijn vele sporen ontdekt dat het kruis door de Indianen van Noord-Amerika werd gebruikt. De Boeddhisten van Tibet zien in het kruis een aanduiding van de voetafdruk van Boeddha. De Mongolen tekenen een kruis op papier en leggen het op de borst van hun doden. Egyptische inscripties hebben dikwijls het Tau (T) kruis. Zij beschouwden de scarabee (een kever) heilig omdat de tekeningen over de rug een T vormen. Een kruis van deze vorm werd als steun voor de armen der Hindoe-asceten in India gebruikt, die gewoon waren dagen en nachten achtereen in dezelfde houding als Boeddha te zitten. Het crux ansata (kruis met een handvat) heeft een oog dat als een handvat dienst doet. Voor de Egyptenaren was dit kruis een zinnebeeld van leven en in hun beeldspraak betekende het ’leven’.” Zie ook The Catholic Encyclopedia, Deel 4, bladzijde 517; de voetnoot op bladzijde 312 en 313 van History of Christianity (Geschiedenis van het Christendom) door Gibbon, uitgave van Eckler, 1891.

Maar waarom was het kruis voor de heidenen een „zinnebeeld van leven”? Welnu, een vader, de man, is degene die door en door middel van de moeder leven aan de kinderen geeft. Deze heidenen die aan sekse-aanbidding deden, maakten daarom onder inspiratie van de Duivel en zijn demonen een afbeelding van een opgericht manlijk geslachtsorgaan, overeenkomstig het phallisme, met een dwarshout aan het ene eind als een afbeelding van de ballen. Om de symboliek van het crux ansata nog verder te voeren, het oog aan de bovenkant, dat vrome religie-aanhangers als een „handvat” willen beschrijven, stelt het vrouwelijke geslachtsorgaan voor, vastgemaakt aan het manlijke zinnebeeld. Zie voor het bewijs dat deze duivelse feiten waar zijn, de volgende werken: Funeral Tent of an Egyptian Queen (Begrafenistent van een Egyptische koningin) door Villiers Stuart; Masculine Cross and Ancient Sex Worship (Manlijk kruis en sekse-aanbidding uit de oudheid) door Sha Rocco; Two Babylons (Twee Babylons) door Alexander Hislop; Essays on the Worship of Priapus (Verhandelingen over de aanbidding van Priapos) door Richard Payne Knight.

Wanneer men de oorspronkelijke talen waarin de Bijbel werd geschreven, raadpleegt, zal men buiten alle twijfel zien dat Christus nooit aan een heidens kruis werd gehangen. Vandaar dat het gebruik van het woord „kruis” in de Bijbels die in de Engelse en Nederlandse taal zijn geschreven, op een verkeerde vertaling berust. De Nieuwe-Wereld-Vertaling der Christelijke Griekse Geschriften (Engels)a verklaart in haar aanhangsel op bladzijde 768-771, terwijl ze commentaar levert op Mattheüs 10:38, waar het Griekse woord σταυρός (stau·rosʹ) voor het eerst voorkomt en in de meeste Bijbels met „kruis” is vertaald, het volgende hierover:

„Dit is de uitdrukking die wordt gebruikt in verband met de terechtstelling van Jezus op Golgotha. Er is geen bewijs voor dat het Griekse woord stau·rosʹ hier een ’kruis’ betekende, zoals vele eeuwen voor Christus door de heidenen als een religieus zinnebeeld werd gebruikt om de zonnegod aan te duiden. Op de oude beeldhouwwerken van Egypte kunnen afbeeldingen van hun goden worden gezien die het zogenaamde crux an·saʹta dragen, een T-kruis met een oog aan de bovenkant, dat overeenkomstig het phallisme een zinnebeeld van leven is. Tammuz werd in Babylonische inscripties door een hart aangeduid van waaruit een enkel of een dubbel kruis ontsproot.

Zowel India, Syrië en Perzië als Babylon en het oude Egypte, hebben alle voorwerpen vervaardigd die door kruisen van verschillende modellen werden aangeduid, met inbegrip van het hakenkruis dat men bij de eerste Ariërs aantrof. Dit verraadt dat de aanbidding van het kruis heidens is.

In het klassieke Grieks betekende het woord stau·rosʹ slechts een rechtopstaande staak of paal, of een heipaal zoals voor een fundament wordt gebruikt. Het werkwoord stau·roʹo betekende met palen omheinen, een omheining of palissade vormen, en dit werkwoord werd gebruikt toen het gepeupel riep dat Jezus aan een paal moest worden genageld. Aan zulk een staak of paal werd iemand die gestraft moest worden, vastgemaakt, precies zoals de populaire Griekse held Prometheus werd afgebeeld als vastgebonden aan een paal of stau·rosʹ. Het Griekse woord dat de treurspeldichter Aeschylus gebruikte om dit te beschrijven, betekent aan een paal of staak vastmaken of bevestigen, aan een paal nagelen, en de Griekse schrijver Lucianus gebruikte a·na·stau·roʹo als een synoniem voor dit woord. In de Christelijke Griekse Geschriften komt het woord a·na·stau·roʹo maar één keer voor, in Hebreeën 6:6. Het grondwerkwoord stau·roʹo komt meer dan 40 keren voor en wij hebben het met ’aan een paal nagelen’ vertolkt, met de voetnoot: ’Of, „aan een staak of paal vastmaken.”’

De geïnspireerde schrijvers der Christelijke Griekse Geschriften schreven in het gewone of algemene (koi·neʹ) Grieks en gebruikten het woord stau·rosʹ ten einde daarmede hetzelfde voorwerp aan te duiden als in het klassieke Grieks, namelijk, een staak of paal, een gewone paal zonder een of andere dwarsbalk aan een der einden. Er is geen bewijs waardoor het tegenovergestelde wordt aangetoond. De apostelen Petrus en Paulus gebruiken ook het woord xyʹlon om het marteltuig aan te duiden waaraan Jezus werd genageld, en dit bewijst dat het een rechtopstaande paal zonder dwarsbalk was, want dat beduidt xyʹlon in deze speciale betekenis (Handelingen 5:30; 10:39; 13:29; Galaten 3:13; 1 Petrus 2:24). In de Griekse Septuaginta vinden wij het woord xyʹlon in 1 Esdras 6:31 (Ezra 6:11), en daar wordt er over gesproken als over een balk waaraan de wetsovertreder moest worden opgehangen, zoals ook in Lukas 23:39; Handelingen 5:30; 10:39.

Dat stau·rosʹ in de Latijnse vertalingen met crux is vertaald, levert geen tegenbewijs. Elk gezaghebbend Latijns woordenboek zal de onderzoeker inlichten dat de grondbetekenis van crux een ’boom, rek of ander houten werktuig voor terechtstelling’ is, waaraan misdadigers werden genageld of opgehangen (Lewis-Short). Een kruis is slechts een latere betekenis van crux. Zelfs in de geschriften van Livius, een Romeinse geschiedschrijver van de eerste eeuw v. Chr., betekent crux alleen maar een paal. Een dergelijke gewone paal waaraan een misdadiger werd genageld, werd crux simplex genoemd, en de wijze waarop hij aan zulk een marteltuig werd genageld, wordt door de Rooms-Katholieke geleerde, Justus Lipsius, van de 16de eeuw, geïllustreerd. Een fotografische afdruk van zijn illustratie op bladzijde 647, 2de kolom, van zijn boek De Cruce Liber Primus, kunt gij op bladzijde 770 van de Nieuwe-Wereld-Vertaling der Christelijke Griekse Geschriften vinden. De afbeelding op de plaat toont de wijze aan waarop Jezus aan de paal werd genageld.

Religieuze overlevering uit de dagen van keizer Constantijn bewijst niets. Het blad dat maandelijks voor de Rooms-Katholieke geestelijkheid wordt uitgegeven, The Ecclesiastical Review, van september 1920, No. 3, van Baltimore, Maryland, zegt op bladzijde 275 het volgende: ’Er kan gerust worden beweerd dat het kruis pas na het edict van Milaan, 312 n. Chr., als het blijvende teken van onze Verlossing werd gebruikt. De Rossi verklaart met zekerheid dat geen monogram van Christus, dat in de catacomben of op andere plaatsen is ontdekt, tot een periode voorafgaande aan het jaar 312 kan worden teruggevoerd. Zelfs na dit gedenkwaardige jaar stelde de kerk, die toen vrij was en zegevierde, zich met het bezit van een eenvoudig monogram van Christus tevreden: de Griekse letter chi, verticaal gekruist door een rho, en soms horizontaal door een iota [zie voor een afbeelding van dit monogram de Nieuwe-Wereld-Vertaling bladzijde 770 2de regel van onder, linkerkolom]. Het oudste crucifix dat als een voorwerp van openbare aanbidding wordt vermeld, is het crucifix dat reeds in de 6de eeuw in de kerk van Narbonne, in Zuid-Frankrijk, werd vereerd.’

Na de heidense oorsprong van het kruis te hebben aangetoond, zegt The Encyclopaedia Britannica, Deel 7, van de 11de uitgave, bladzijde 506: ’Pas in de tijd van Constantijn werd het kruis in het openbaar als een symbool der Christelijke religie gebruikt.’ Dit was ook logisch, want keizer Constantijn was een aanbidder van de heidense zonnegod, wiens zinnebeeld een kruis was. Andere deskundigen hebben aangetoond dat ’het kruis vóór de vierde eeuw noch in het Oosten noch in het Westen als een Christelijk embleem werd gebruikt’.

De Joodse Christenen, zoals Simon Petrus, beschouwden de martelpaal waaraan Christus werd genageld, veeleer als iets verfoeilijks dan als en reliquie die moest worden aanbeden. In Galaten 3:13 haalt de apostel Paulus Deuteronomium 21:23 aan en zegt: ’Er staat geschreven: „Vervloekt is een iegelijk die aan een paal is opgehangen.”’ Daarom zouden de Joodse Christenen de paal waaraan Jezus ter dood werd gebracht, als vervloekt en gehaat beschouwen. De beroemde Joodse autoriteit, Mozes Maimonides, van de 12de eeuw, zegt: ’Zij hangen nooit aan een boom op die met wortels in de bodem vastzit, maar aan een boomstam die is ontworteld, opdat het geen hinderlijke plaag zal zijn, want een boomstam waaraan iemand is opgehangen, wordt begraven, opdat de kwade naam er niet mee zal voortbestaan en de mensen zullen zeggen: „Dit is de boomstam waaraan die en die werd opgehangen.” De steen waarmede iemand is gestenigd, het zwaard waarmede de gestorvene is gedood, het kleed of de mantel waarmede iemand is gewurgd, al deze voorwerpen worden derhalve tezamen met degenen die zijn omgekomen, begraven’ (Apud Casaub Baron. Exercitat. 16, An. 34, Num. 134). Kalinski zegt in Vaticinia Observationibus Illustrata, bladzijde 342: ’De Joden hebben dientengevolge — daar iemand die was opgehangen, als de grootste gruwel werd beschouwd — de boomstam waaraan hij was opgehangen, meer gehaat dan andere voorwerpen, en zij bedekten de stam daarom ook met aarde, daar hij net zulk een afschuwelijk voorwerp was.’

Elk bewijs dat Jezus Christus werd gekruisigd aan twee stukken hout die loodrecht op elkaar stonden, ontbreekt dus volkomen. Wij weigeren iets aan Gods geschreven Woord toe te voegen door het heidense kruis in de geïnspireerde Geschriften in te lassen, maar vertolken stau·rosʹ en xyʹlon volgens de eenvoudigste betekenissen. Aangezien Jezus het woord stau·rosʹ gebruikte om het lijden en de schande of kwellingen van zijn navolgers af te beelden (Mattheüs 16:24), hebben wij stau·rosʹ met ’martelpaal’ vertaald, ten einde het van xyʹlon te onderscheiden, dat wij met ’paal’, of, in de voetnoot, met ’boom’, hebben vertaald, zoals in Handelingen 5:30.”

Daar de afgrond van bespiegelingen aldus is overbrugd, staan de Christenen in deze tijd op de vaste grond van bewijsbare feiten wanneer zij nadrukkelijk verklaren dat Christus nooit aan een heidens kruis werd gehangen, dat zijn oorsprong in het phallisme vindt.

[Voetnoten]

a In 1950 door het Watch Tower Bible and Tract Society, Brooklyn, N.Y., uitgegeven en verspreid.

    Nederlandse publicaties (1950-2025)
    Afmelden
    Inloggen
    • Nederlands
    • Delen
    • Instellingen
    • Copyright © 2025 Watch Tower Bible and Tract Society of Pennsylvania
    • Gebruiksvoorwaarden
    • Privacybeleid
    • Privacyinstellingen
    • JW.ORG
    • Inloggen
    Delen