Watchtower ONLINE LIBRARY
Watchtower
ONLINE LIBRARY
Nederlands
  • BIJBEL
  • PUBLICATIES
  • VERGADERINGEN
  • km 1/73 blz. 5-6
  • Heb jij een aandeel aan het maken van discipelen?

Voor dit gedeelte is geen video beschikbaar.

Helaas was er een fout bij het laden van de video.

  • Heb jij een aandeel aan het maken van discipelen?
  • Koninkrijksdienst 1973
  • Onderkopjes
  • Vergelijkbare artikelen
  • Velen ’zuchten en kermen’ nog
  • Een evenwichtige zienswijze op verantwoordelijkheid
  • Een kwestie van gebed
  • Het geven van gelegenheidsgetuigenis helpt
  • Kan ook jij delen in de vreugde van het maken van discipelen?
    Koninkrijksdienst 1974
  • Bied jij bijbelstudies aan?
    Onze Koninkrijksdienst 1992
  • Heb jij aangeboden een bijbelstudie te leiden?
    Onze Koninkrijksdienst 1976
  • Jaarboek van Jehovah’s getuigen 1975
    Jaarboek van Jehovah’s Getuigen 1975
Meer weergeven
Koninkrijksdienst 1973
km 1/73 blz. 5-6

Heb jij een aandeel aan het maken van discipelen?

INDIEN jij een opgedragen, gedoopte discipel van de Heer Jezus Christus bent, dan geldt voor jou het gebod een aandeel te hebben aan het maken van discipelen. Dat gebod is jou niet door een mens of door een organisatie van mensen gegeven. Je hebt het ontvangen van Degene die „beter [is] geworden dan de engelen” en die „een naam heeft geërfd welke uitnemender is dan de hunne” (Hebr. 1:4), namelijk de Heer Jezus Christus (Matth. 28:18-20). Zijn naam staat voor zijn onmetelijke uitvoerende autoriteit als Jehovah’s aangestelde Koning.

Heb jij een aandeel aan het werk dat jou is toevertrouwd door Degene die zo’n autoriteit bezit? Zou je er in grotere mate een aandeel aan kunnen hebben?

De voornaamste manier waarop mensen tegenwoordig worden geholpen discipelen van de Heer Jezus Christus te worden is door middel van wekelijkse huisbijbelstudies. Gedurende het dienstjaar 1972 werden er in Nederland iedere maand gemiddeld 9701 bijbelstudies geleid. Het is inderdaad aanmoedigend te weten dat duizenden op deze wijze geholpen worden tot een nauwkeurige kennis van de waarheid te komen. Toch rijst de vraag: Zouden er meer bijbelstudies geleid kunnen worden?

De aanwijzingen geven te kennen dat meer mensen door middel van huisbijbelstudies geholpen zouden kunnen worden. Het is niet ongebruikelijk dat mensen naar het Wachttorengenootschap schrijven, naar een Koninkrijkszaal gaan of Jehovah’s getuigen opbellen met het verzoek of iemand de bijbel met hen wil bestuderen. Verkondigers die op straat tijdschriften aanbieden, zijn ook met dergelijke verzoeken benaderd.

Velen ’zuchten en kermen’ nog

Er zijn nog velen die zuchten en kermen over de verfoeilijke dingen die worden begaan. Hoe meer tijd je er daarom persoonlijk aan besteedt zulke oprechte mensen te vinden, hoe waarschijnlijker het is dat je enkelen van hen zult vinden. Voel jij je ertoe gedreven zoveel mogelijk tijd aan het predikingswerk te besteden uit diepe bezorgdheid dat geen enkel oprecht persoon in het gebied wordt verwaarloosd of over het hoofd wordt gezien? Ben je zo bezorgd dat je iedere redelijke krachtsinspanning in het werk stelt om nabezoeken te brengen bij mensen die belangstelling tonen?

Er staan levens op het spel. Deze wetenschap dient ons ertoe aan te zetten zoveel mogelijk tijd vrij te maken om naar „schapen” te zoeken. Hoewel de christelijke bediening ook de zorg voor ons gezin en huis omvat, wil dit niet zeggen dat wanneer wij ons van deze verantwoordelijkheden kwijten, dit ons ervan vrijstelt een aandeel aan het maken van discipelen buiten onze directe gezinskring te hebben. Ons voortreffelijke christelijke gedrag kan een getuigenis zijn, maar dat voorbeeld op zich zal voor anderen niet voldoende zijn om discipelen van de Heer Jezus Christus te worden. Het maken van discipelen vereist onderwijs en alvorens dit onderwijs kan beginnen, moeten er mensen gevonden worden die onderwezen willen worden.

Een evenwichtige zienswijze op verantwoordelijkheid

Dit wijst op de noodzaak op evenwichtige wijze voor verantwoordelijkheden zorg te dragen. Een voortreffelijk voorbeeld in dit opzicht is Noach. Als echtgenoot en vader moest hij in geestelijk en materieel opzicht goed voor zijn gezin zorgen. Hij moest zijn dagelijkse leven zo indelen dat hij genoeg tijd had om de ark te bouwen en tot zijn tijdgenoten te prediken en waarschijnlijk heeft hij dit veertig of vijftig jaar lang gedaan. Ondanks Noachs getrouwe krachtsinspanningen kwam niemand, afgezien van zeven van zijn gezinsleden, ervoor in aanmerking de Vloed te overleven. Maar Noach heeft zich hierdoor niet laten ontmoedigen. Hoe blij kunnen wij zijn dat hij zich niet heeft laten ontmoedigen! Was hij ermee opgehouden, dan had niemand van ons nu geleefd.

Hoewel je wellicht heel goed beseft hoe belangrijk het is bij het zorgdragen voor al je verantwoordelijkheden Noachs voorbeeld na te volgen, heb je misschien het gevoel dat je niet bekwaam bent een huisbijbelstudie te leiden. Je dient je echter niet door gebrek aan ervaring en beperkte bekwaamheid te laten ontmoedigen. Had Jezus, als Hoofd van de christelijke gemeente, gewild dat slechts diegenen met de grootste kennis en bekwaamheid een aandeel aan het maken van discipelen zouden hebben, dan zou hij dat gezegd hebben.

Dat het niet zozeer een kwestie van bekwaamheid is maar veeleer ervan afhangt of iemand de wens heeft en oprechte krachtsinspanningen doet, wordt goed geïllustreerd in het geval van vele nieuwe zendelingen die in vreemde gebieden dienen. Hun woordenschat is beperkt. Toch zijn zij in staat huisbijbelstudies te leiden. Je hoeft dus beslist niet terughoudend te zijn omdat je het gevoel hebt dat anderen zich beter kunnen uitdrukken. Bovendien zullen meer ervaren verkondigers graag met je meegaan om je te helpen. Ook de bijbelstudieopziener zal je graag willen helpen.

Aangezien Jezus’ gebod om discipelen te maken volledig in overeenstemming is met de wil van zijn Vader, heb jij ook de steun van Jehovah en de hulp van zijn heilige geest. Als je dus een bijbelstudie begint, hoef je niet bang te zijn dat je vanwege je beperkingen tekort zult schieten.

Een kwestie van gebed

Indien je nu geen bijbelstudie leidt, heb je dit dan tot een kwestie van gebed gemaakt? Eén broeder in Oostenrijk deed dit. Meer dan een maand lang bad hij herhaaldelijk dat Jehovah hem zou helpen iemand te vinden met wie hij een bijbelstudie zou kunnen beginnen. Deze broeder bad niet alleen, maar hij nam ook tijdens het bezoek van de kringopziener drie dagen vrij van zijn wereldse werk. Toen hij op een ochtend tijdens het bezoek van de kringopziener bij de laatste deur aanbelde, richtte deze broeder een bijbelstudie op.

Een zendelinge in El Salvador bemerkte dat velen van haar bijbelstudies geen vorderingen maakten. Zij bad vurig tot Jehovah dat zij iemand zou mogen vinden die graag in Gods nieuwe ordening zou willen leven. Later kwam zij met een secretaresse in aanraking. Deze vrouw nam de tijdschriften gretig aan en gaf de zendelinge haar adres. Er werd met haar en haar echtgenoot een bijbelstudie begonnen. Nu wordt er in hun huis een gemeenteboekstudie gehouden en de man, zijn vrouw en hun vijf kinderen bezoeken geregeld de vergaderingen in de Koninkrijkszaal.

Naast je gebeden tot Jehovah om je naar oprechte mensen te leiden, dien je ervoor te zorgen dat je volledig in overeenstemming met je gebeden handelt door gelegenheden om bijbelstudies te leiden nooit over het hoofd te zien. Heb je geprobeerd de mensen bij het eerste bezoek een bijbelstudie aan te bieden? Zijn er enkelen die jij vroeger bezocht hebt die nu wellicht in een bijbelstudie zouden toestemmen? Waarom zou je je aantekeningen niet doornemen en een speciale krachtsinspanning doen om hen te bezoeken die belangstelling getoond hebben?

Soms ligt de mogelijkheid voor nieuwe bijbelstudies in de gemeente zelf. In één gemeente in de V.S. stelde een opziener het zich ten doel de bijbel te bestuderen met ongelovige echtgenoten van verkondigsters die in het gebied waren komen wonen. Eén ongelovige echtgenoot stemde er tien minuten na zijn ontmoeting met deze opziener in toe bijbelstudie te krijgen. Ook een andere echtgenoot accepteerde een bijbelstudie toen een andere broeder bij hem aan de deur kwam. De twee echtgenoten zijn nu gedoopt en, volgens de laatste berichten, zijn er nu meer dan veertig van hun familieleden aan het studeren of zijn zelf getuigen van Jehovah geworden.

Mensen die nu met ons studeren of bij wie wij nabezoeken gebracht hebben, kunnen ons ook behulpzaam zijn bij het helpen vinden van andere personen die belangstelling hebben. Heb je ooit gevraagd of zij iemand wisten waarvan zij dachten dat hij wellicht de bijbel zou willen bestuderen?

Het geven van gelegenheidsgetuigenis helpt

Misschien zijn er in jouw gemeente broeders en zusters die niet in staat zijn al hun veelbelovende nabezoeken te behartigen, of niet in de gelegenheid zijn meer bijbelstudies te leiden. Je zou de bijbelstudieopziener kunnen benaderen en hem je verlangen kenbaar maken je in dit opzicht verdienstelijk te maken. Jouw hulp in dit opzicht zal heel erg gewaardeerd worden.

Gelegenheidsgetuigenis op het werk en op school heeft dikwijls tot fijne resultaten geleid. Maak jij een goed gebruik van dergelijke gelegenheden om bij je collega’s of medescholieren studies op te richten?

Een broeder in Noorwegen die in een garage werkt, gebruikt alle gelegenheden om met zijn collega’s te spreken. Tijdens het schaften bespreken de arbeiders verschillende kwesties en dikwijls wordt de broeder om zijn zienswijze gevraagd. Een van de arbeiders zei eens dat hij onder de indruk was van de duidelijke en logische antwoorden van de broeder. De broeder gaf hem vervolgens enkele tijdschriften. Dit leidde tot een huisbijbelstudie. Uiteindelijk werd de collega een gedoopte Getuige, later veranderde hij van baan en daar hielp hij, door het geven van gelegenheidsgetuigenis twee andere gezinnen de waarheid aan te nemen.

Een jonge knaap op een school in Puerto Rico werd gevraagd een gedeelte uit een boek voor te lezen dat over de prehistorie handelde. Vervolgens vroeg hij toestemming de klas toe te spreken en gaf een voortreffelijke uiteenzetting van de bijbelse leringen waarbij hij het Evolutie-boek als basis voor zijn commentaren gebruikte. De onderwijzer en de leerlingen waren diep onder de indruk en er werden die dag achttien boeken verspreid. De volgende dag vroeg de onderwijzer of de jonge Getuige zijn bespreking voor de klas wilde vervolgen. Er werden nog eens zes boeken verspreid. Nu leidt hij twee bijbelstudies met klasgenoten.

Een tiener Getuige verspreidde een Evolutie-boek bij een van haar medescholieren en bood haar tevens een bijbelstudie aan. Het meisje ging niet op dit aanbod in. Later, toen het meisje het boek had gelezen, kwamen zij en de zuster op een avond bij elkaar om over de bijbel te spreken. Onder het gesprek riep het meisje verscheidene malen uit: „Wat heb jij een fijne bijbel.” Na drie uur, waarin het meisje deze bewering over de bijbel drie maal herhaald had, bood het jonge zusje — nogal verrast over de opmerkingen — haar een bijbelstudie aan. Hierop riep het meisje uit: „Eindelijk zeg je waar ik al de hele avond op heb zitten wachten. Ik wilde er alleen niet rechtstreeks mee voor de dag komen en jou erom vragen.”

Wanneer je beseft dat Jezus Christus je de verantwoordelijkheid heeft toevertrouwd te prediken en discipelen te maken, zul je beslist een zo groot mogelijk aandeel aan dat werk willen hebben. Laat je liefde voor je medemensen je ertoe aanzetten dit te doen. Zie gebedsvol naar Jehovah op voor zijn leiding en vertrouw op zijn vermogen jou door middel van zijn heilige geest te helpen.

    Nederlandse publicaties (1950-2025)
    Afmelden
    Inloggen
    • Nederlands
    • Delen
    • Instellingen
    • Copyright © 2025 Watch Tower Bible and Tract Society of Pennsylvania
    • Gebruiksvoorwaarden
    • Privacybeleid
    • Privacyinstellingen
    • JW.ORG
    • Inloggen
    Delen