Het goede nieuws met een positieve instelling aanbieden
1 Wij vinden het allemaal fijn vreugde te putten uit wat wij doen en het gevoel te hebben er iets mee te bereiken, vooral wanneer het om het maken van discipelen gaat. Hoe kunnen wij die voldoening smaken? Het begint met het bewaren van een positieve instelling terwijl wij druk bezig blijven met het nuttige werk dat erin bestaat anderen te helpen (Spr. 11:25). De manier waarop wij het goede nieuws aanbieden, dient te kennen te geven dat wij werkelijk geloven wat wij zeggen. Als wij vanuit ons hart spreken, zullen onze oprechtheid en persoonlijke overtuiging duidelijk blijken (Luk. 6:45). Door onze aanbieding te oefenen zullen wij meer vertrouwen hebben wanneer wij met de mensen in het gebied spreken. Dit zal vooral in september waardevol zijn wanneer wij het boek Leven — Hoe is het ontstaan? Door evolutie of door schepping? aanbieden. Je vindt de volgende suggesties misschien nuttig om het goede nieuws met een positieve instelling aan te bieden.
2 Wanneer je het „Schepping”-boek aanbiedt, zou je bij het eerste bezoek kunnen zeggen:
◼ „Wanneer wij met onze medemensen spreken, merken wij dat sommigen hun vertrouwen op God stellen. Anderen vinden het moeilijk in hem te geloven. Hoe denkt u hierover? [Geef gelegenheid voor antwoord.] Kijkt u eens hoe de bijbel over deze kwestie redeneert. [Lees Romeinen 1:20.] Wij kunnen bewijzen zien van Gods ’eeuwige kracht en Godheid’ door naar de dingen te kijken die hij heeft geschapen.” Lees de laatste paragraaf op blz. 48 van het Schepping-boek en vestig de aandacht op de complexiteit van de levende cel. Of gebruik par. 18 op blz. 147 om te laten zien hoe het verbazingwekkende kringloopsysteem van een boom het werk van een Schepper laat uitkomen. Vertel de huisbewoner dat hij het boek mag hebben als hij ermee instemt het te lezen. Doet hij dat, laat het boek dan bij hem achter en leg uit dat wij bijdragen voor ons wereldomvattende werk graag aanvaarden.
3 Wanneer je teruggaat naar iemand met wie je over Gods rol als Schepper hebt gesproken, wil je misschien het volgende zeggen:
◼ „Bij mijn vorige bezoek hebben wij het gehad over het bewijs van Gods bestaan — zijn prachtige schepping. Vindt u het moeilijk om te geloven dat Degene die het universum heeft geschapen ook in onze toekomst geïnteresseerd is? [Geef gelegenheid voor antwoord.] Het is interessant te zien dat de toekomst al door de Schepper is bepaald.” Lees Jesaja 46:9, 10. Gebruik, afhankelijk van de belangstelling die de persoon toont, de illustraties en bijschriften in hfdst. 19 van het Schepping-boek om de ideale omstandigheden te belichten die God heeft beloofd. Lees par. 1 van hfdst. 20, en bied een bijbelstudie aan. Als die wordt aanvaard, begin de studie dan uit het Kennis-boek.
4 Je zou de volgende inleiding kunnen proberen wanneer je het „Schepping”-boek aanbiedt:
◼ „Terwijl ik met mensen hier in de buurt spreek, heb ik gemerkt dat de meesten naar een veilige maatschappij en een vredige wereld verlangen. Hoe komt het volgens u dat mensen er niet in zijn geslaagd zulke omstandigheden tot stand te brengen? [Geef gelegenheid voor antwoord.] Sommige leiders zijn misschien wel oprecht en doen wel wat goeds, maar kijkt u eens wat voor wijze raad de bijbel geeft.” Lees Psalm 146:3, 4; vraag dan: „Is er iemand die in de behoeften van de mens kan voorzien?” Lees vers 5 en 6. Laat de illustratie op blz. 251 van het Schepping-boek zien en vestig de aandacht op de voordelen van Gods regering. Bied het boek aan en maak melding van onze bijdrageregeling.
5 Als je eerder over Gods heerschappij hebt gesproken, zou je deze suggestie bij het nabezoek kunnen proberen:
◼ „Toen ik hier een paar dagen geleden was, hebben wij het erover gehad dat de mens er niet in is geslaagd ware vrede op aarde tot stand te brengen. U weet misschien nog wel dat wij hebben vastgesteld welke reden de bijbel voor dit falen geeft. [Lees Psalm 146:3 opnieuw.] Hebt u opgemerkt waarom God ons aanraadt onze hoop niet op mensen te vestigen? [Geef gelegenheid voor antwoord.] Wellicht bent u het ermee eens dat alle hoop op een blijvende oplossing van God moet komen. De reden waarom wij dit vertrouwen kunnen hebben, wordt in Psalm 146:10 uitgelegd. [Lees.] Als wij een onderdaan van Gods koninkrijk willen zijn, wat moeten wij dan doen?” Ga naar blz. 250 van het Schepping-boek, lees par. 13 en belicht Johannes 17:3. Bied aan te demonstreren hoe miljoenen mensen, door een studie van de bijbel, de kennis hebben verworven die tot eeuwig leven leidt. Als de huisbewoner daarin toestemt, laat dan het Kennis-boek zien en begin de studie.
6 Als je van winkel tot winkel werkt, kun je de volgende korte benadering met het „Schepping”-boek gebruiken:
◼ „Vandaag bezoeken wij speciaal de zakenmensen in deze omgeving. Wij zijn allemaal bezorgd over de toename van misdaad en geweld in onze buurt. Denkt u dat iemand een werkelijke oplossing voor het probleem heeft? [Geef gelegenheid voor antwoord.] God heeft een oplossing.” Ga naar blz. 196 van het Schepping-boek; lees Spreuken 2:21, 22 in par. 19 en geef er commentaar op. Laat de titel van hfdst. 16 zien en bied het boek aan. Leg uit dat, hoewel de publikatie niets kost, wij wel bescheiden bijdragen voor ons wereldomvattende werk aanvaarden.
7 Wanneer je een nabezoek brengt bij iemand in het zakengebied bij wie je het „Schepping”-boek hebt verspreid, zou je kunnen zeggen:
◼ „Bij mijn vorige bezoek heb ik verteld dat God de enige is die werkelijk de blijvende oplossing voor misdaad en geweld heeft. Volgens zijn belofte kunnen wij erop vertrouwen dat er een vredige wereld tot stand gebracht zal worden. Kijk eens voor welke keus wij allemaal staan.” Lees par. 11 op blz. 250 van het Schepping-boek, met inbegrip van Psalm 37:37, 38. Geef commentaar op de illustratie op blz. 251, en lees de eerste zin van par. 14. Bied een gratis bijbelstudie aan, die in hun zaak of bij hen thuis geleid kan worden.
8 Als „Gods medewerkers” hebben wij alle reden om positief te zijn wanneer wij het goede nieuws aanbieden (1 Kor. 3:9). Als wij deze instelling bewaren, zal dat Jehovah’s rijke zegen tot gevolg hebben.