DE CYCLUS DOORBREKEN

2 | Neem geen wraak

Wat de Bijbel zegt:

‘Vergeld niemand kwaad met kwaad. (…) Leef zo mogelijk, voor zover het van jou afhangt, in vrede met alle mensen. Neem geen wraak (…). Want er staat geschreven: “‘Het is aan mij om wraak te nemen. Ik zal vergelden’, zegt Jehovah.”’ — ROMEINEN 12:17-19.

Waar het op neerkomt:

Hoewel het logisch is dat je kwaad wordt als iemand je iets aandoet, wil God niet dat je wraak neemt. Hij moedigt ons aan om geduldig te wachten tot hij alles binnenkort rechtzet (Psalm 37:7, 10).

Wat te doen:

Als onvolmaakte mensen wraak nemen, wordt de cyclus van haat in stand gehouden. Dus het is de kunst het iemand niet betaald te zetten als hij u heeft gekwetst of pijn heeft gedaan. Probeer kalm te blijven en rustig te reageren. Soms is het beste wat je kunt doen gewoon te vergeten wat er is gebeurd (Spreuken 19:11). Andere keren is het beter iets aan het probleem te doen. Als u bijvoorbeeld het slachtoffer bent van een misdrijf, kunt u ervoor kiezen aangifte te doen bij de politie.

Wraak nemen is destructief

Wat als er geen vreedzame oplossing mogelijk lijkt? Of wat als u al alles hebt geprobeerd om het vreedzaam op te lossen? Neem geen wraak, want dat zou de situatie alleen maar erger maken. Doorbreek de cyclus van haat. Vertrouw erop dat God de beste oplossing heeft voor het probleem. ‘Verlaat je op hem, en hij zal het voor je opnemen’ (Psalm 37:3-5).

Praktijkvoorbeeld — ADRIÁN

Kwam los van zijn wraakgevoelens

Als tiener was Adrián een agressieve straatvechter die vol haat en wraakgevoelens zat. Hij zegt: ‘Ik was vaak betrokken bij vuurgevechten en meerdere keren werd ik op straat voor dood achtergelaten, onder het bloed.’

Toen Adrián 16 was, begon hij de Bijbel te onderzoeken. ‘Door het bestuderen van de Bijbel begon ik in te zien dat ik mijn persoonlijkheid moest veranderen.’ Hij moest leren zijn haat los te laten en te stoppen met zijn gewelddadige gedrag. Wat een grote impact op hem had, was wat hij uit Romeinen 12:17-19 leerde over het niet nemen van wraak. ‘Ik legde me erbij neer dat Jehovah op zijn eigen manier en op zijn eigen tijd een eind aan onrecht zal maken. Beetje bij beetje liet ik mijn gewelddadige leven los.’

Op een avond werd Adrián aangevallen door een bende waar hij in het verleden mee had gevochten. De leider riep: ‘Verdedig jezelf!’ Adrián geeft toe: ‘Ik wilde het liefst wraak nemen.’ Maar in plaats daarvan deed hij een schietgebed en vertrok.

Adrián vertelt verder: ‘De dag daarna kwam ik de bendeleider weer tegen. Hij was alleen. Ik voelde de woede in me opborrelen, maar ik bad weer tot Jehovah en smeekte of hij me wilde helpen me te beheersen. Tot mijn verbazing kwam de jongen naar me toe en zei: “Vergeef me alsjeblieft voor wat er gisteravond is gebeurd. Eerlijk gezegd wil ik net als jij zijn. Ik wil ook Bijbelles.” Wat was ik blij dat ik mijn woede onder controle had gehouden! Daardoor ging ook hij de Bijbel bestuderen.’