Op hoge leeftijd je vreugde behouden

1-2. Hoe kijkt Jehovah tegen zijn oudere aanbidders aan? (Psalm 92:12-14; zie ook de afbeelding)

VEEL mensen hebben er moeite mee dat ze ouder worden. Ze doen van alles om het verouderingsproces tegen te gaan. Weet je bijvoorbeeld nog dat je voor het eerst een grijze haar ontdekte? Misschien heb je hem uitgetrokken voordat iemand anders het zag. Maar hoe graag je het ook wilt, je kunt het niet tegenhouden dat je ouder wordt.

² Hoe denkt onze hemelse Vader over zijn oudere aanbidders? (Spr. 16:31) Hij vergelijkt ze met mooie florerende bomen. (Lees Psalm 92:12-14.) Waarom maakt Jehovah die vergelijking? Het zijn vaak de oude bomen die volop in bloei staan en veel bladeren hebben. Een opvallend voorbeeld is de Japanse sierkers. Enkele van de mooiste exemplaren zijn meer dan duizend jaar oud. Oude getrouwe broeders en zusters zijn net zo mooi, zeker in Jehovah’s ogen. Hij ziet niet alleen het grijze haar maar ook hun mooie persoonlijkheid, hun volharding en loyaliteit en hun vele jaren van trouwe dienst.

3. Noem een voorbeeld van hoe Jehovah ouderen heeft gebruikt.

³ Voor Jehovah verliezen mensen hun waarde niet als ze ouder worden.a In feite gebruikt hij ze vaak om zijn doel te bereiken. Neem Sara, die al op leeftijd was toen Jehovah liet weten dat ze de moeder van een machtig volk en een voorouder van de Messias zou worden (Gen. 17:15-19). Mozes was ook niet jong meer toen Jehovah hem de taak gaf de Israëlieten uit Egypte te leiden (Ex. 7:6, 7). En de apostel Johannes was al bejaard toen Jehovah hem ertoe inspireerde vijf Bijbelboeken te schrijven.

4. Wat kan iemand volgens Spreuken 15:15 helpen met de uitdagingen van het ouder worden om te gaan? (Zie ook de afbeelding.)

⁴ De ouderdom komt met gebreken. Een zuster zei met een knipoog: ‘Ouder worden is niet voor watjes.’ Maar als je vreugdeb hebt, zijn veel van de uitdagingen beter te dragen. (Lees Spreuken 15:15.) Dit artikel belicht welke praktische dingen ouderen kunnen doen om hun vreugde te behouden. Het laat ook zien hoe anderen de ouderen in hun gemeente kunnen helpen. Maar laten we eerst eens kijken waarom het moeilijk kan zijn je vreugde te behouden als je oud wordt.

DE IMPACT OP JE LEVEN

5. Wat kan je frustreren als je ouder wordt?

⁵ Het kan frustrerend zijn als je niet meer kunt doen wat je vroeger deed. Misschien verlang je naar de tijd dat je nog jong en gezond was (Pred. 7:10). Een zuster die Ruby heet zegt: ‘Ik ben niet meer zo mobiel als vroeger en heb allerlei pijntjes. Dat maakt het moeilijk om me aan te kleden. Alleen al m’n voeten optillen om m’n sokken aan te doen is een uitdaging. Ik heb artritis en m’n handen zijn gevoelloos, waardoor zelfs simpele dingen moeilijk worden.’ En Harold, die op Bethel heeft gediend, vertelt: ‘De man die ik ben geworden, herken ik gewoon niet meer. En dat is frustrerend. Vroeger was ik heel sportief en ging ik graag honkballen. “Als Harold de bal heeft,” zeiden anderen, “komt het altijd goed.” Ik denk dat ik de bal nu niet eens meer zou kunnen gooien.’

6. (a) Waardoor kunnen ouderen nog meer ontmoedigd raken? (b) Wat kan ouderen helpen om te beslissen of ze moeten stoppen met autorijden? (Zie in deze uitgave het artikel ‘Moet ik stoppen met autorijden?’)

⁶ Misschien heb je er moeite mee langzaam je zelfstandigheid te verliezen, vooral als je afhankelijk wordt van zorg of bij een van je kinderen moet inwonen. Of misschien vind je het frustrerend dat je gezondheid of je gezichtsvermogen zo is achteruitgegaan dat je niet meer zelf ergens naartoe kunt gaan of kunt autorijden. Maar bedenk dat je voor Jehovah en voor anderen nog steeds waardevol bent, ook al kun je niet meer voor jezelf zorgen, zelfstandig wonen of autorijden. En weet dat Jehovah begrijpt wat je voelt. Wat voor hem telt is wie je vanbinnen bent en hoeveel je van hem en je broeders en zusters houdt (1 Sam. 16:7).

7. Wat kan iemand helpen die denkt het einde van deze wereld niet meer mee te maken?

⁷ Denk je weleens dat je het einde van deze wereld niet meer meemaakt? Dat kan je verdrietig maken. Maar dan is het goed te bedenken waarom Jehovah er geduldig mee wacht een eind te maken aan deze slechte wereld (Jes. 30:18). Zijn geduld heeft een doel. Het geeft miljoenen mensen de kans hem te leren kennen en te gaan aanbidden (2 Petr. 3:9). Dus als je ontmoedigd bent, denk er dan aan hoeveel mensen nog voordeel zullen hebben van Jehovah’s geduld voordat het einde komt. Misschien zit daar zelfs wel familie tussen!

8. Welke invloed kan ouder worden hebben op je gedrag?

⁸ Hoe oud je ook bent, de kans dat je iets zegt of doet waar je spijt van krijgt wordt groter als je je niet goed voelt (Pred. 7:7; Jak. 3:2). Denk maar aan de trouwe Job, die ‘in het wilde weg’ sprak toen hij zwaar leed (Job 6:1-3). Het kan ook zijn dat een oudere zich door een aandoening afwijkend gaat gedragen. Natuurlijk mag leeftijd of gezondheid nooit een excuus zijn voor onvriendelijk of veeleisend gedrag. En als je je realiseert dat je iets onaardigs tegen iemand hebt gezegd, aarzel dan niet om je excuses aan te bieden (Matth. 5:23, 24).

HOE JE JE VREUGDE BEHOUDT

9. Waarom moet je hulp van anderen accepteren? (Zie ook de afbeelding.)

⁹ Accepteer hulp (Gal. 6:2). In het begin kan dat lastig zijn. Gretl zegt: ‘Soms vind ik het moeilijk hulp te aanvaarden, omdat ik anderen niet tot last wil zijn. Het heeft tijd gekost om m’n denken te veranderen en nederig toe te geven dat ik hulp nodig heb.’ Als je de hulp van anderen accepteert, laat je ze de vreugde ervaren die van geven komt (Hand. 20:35). En het zal je goed doen te zien hoeveel anderen van je houden en voor je willen doen.

10. Waarom moet je niet vergeten dankbaarheid te tonen? (Zie ook de afbeelding.)

¹⁰ Toon dankbaarheid (Kol. 3:15; 1 Thess. 5:18). Natuurlijk ben je dankbaar als iemand iets goeds voor je doet, maar soms vergeet je dat te tonen. Door te glimlachen en dankjewel te zeggen laat je je vrienden weten dat je ze waardeert. Leah, die op Bethel voor ouderen zorgt, zegt: ‘Eén zuster voor wie ik zorg laat altijd briefjes achter om me te bedanken. Er staat niet veel op, maar ze zijn heel lief. Ze maken me echt blij, omdat ik daardoor weet dat ze m’n hulp waardeert.’

11. Wat kun je voor anderen doen? (Zie ook de afbeelding.)

¹¹ Doe iets voor anderen. Als je je tijd en energie aan anderen besteedt, ben je minder bezig met je eigen problemen. Volgens een Afrikaans spreekwoord zijn ouderen als een bibliotheek vol boeken die een schat aan wijsheid bevatten. Maar boeken die op de plank blijven staan kunnen geen lessen overbrengen of verhalen vertellen. Neem dus als ‘wandelende bibliotheek’ het initiatief om je kennis en ervaring met jongeren te delen. Stel ze vragen en luister dan. Leer ze waarom leven naar Jehovah’s normen altijd het beste is en gelukkig maakt. Je zult ongetwijfeld veel vreugde voelen als je je jonge vrienden opbouwt en sterkt (Ps. 71:18).

12. Wat belooft Jehovah volgens Jesaja 46:4 voor ouderen te doen? (Zie ook de afbeelding.)

¹² Bid om kracht. Jij kunt lichamelijk of emotioneel uitgeput zijn, maar Jehovah ‘wordt nooit moe’ en ‘raakt nooit uitgeput’ (Jes. 40:28). Waarvoor gebruikt Jehovah zijn onbegrensde energie? Bijvoorbeeld om getrouwe ouderen kracht te geven (Jes. 40:29-31). Dat heeft hij zelfs beloofd. (Lees Jesaja 46:4.) En Jehovah komt zijn beloften altijd na (Joz. 23:14; Jes. 55:10, 11). Als je tot Jehovah bidt en zijn liefde en steun voor jou persoonlijk voelt, zal dat je heel gelukkig maken.

13. Wat moet je volgens 2 Korinthiërs 4:16-18 in gedachte houden? (Zie ook de afbeelding.)

¹³ Bedenk dat je situatie tijdelijk is. Als je weet dat een probleem zal voorbijgaan, wordt het makkelijker te dragen. En de Bijbel maakt duidelijk dat de uitdagingen van het ouder worden maar tijdelijk zijn (Job 33:25; Jes. 33:24). Je kunt dus vreugde halen uit de gedachte dat je beste dagen niet achter je liggen maar vóór je. (Lees 2 Korinthiërs 4:16-18.) Maar wat kunnen anderen doen om te helpen?

WAT ANDEREN KUNNEN DOEN

14. Waarom is het belangrijk ouderen te bezoeken en op te bellen?

¹⁴ Bezoek en bel ze regelmatig (Hebr. 13:16). Ouderen kunnen zich eenzaam voelen. Camille, een broeder die aan huis gebonden is, zegt: ‘Ik kan van ’s ochtends vroeg tot ’s avonds laat de deur niet uit. Dus ik verveel me echt. Soms voel ik me als een oude leeuw in een kooi. Ik word onrustig en gefrustreerd.’ Door een oudere te bezoeken laat je hem weten dat hij belangrijk voor je is en dat je van hem houdt. Misschien is het weleens gebeurd dat je van plan was een oudere in je gemeente te bellen of te bezoeken maar dat het er niet van kwam. We hebben allemaal een druk leven. Wat kan je helpen te doen ‘wat echt belangrijk is’, zoals het bezoeken van ouderen? (Fil. 1:10) Misschien kun je in je agenda een notitie maken om je eraan te herinneren een oudere een berichtje te sturen of te bellen. En laat een bezoekje niet aan het toeval over maar plan er tijd voor in.

15. Wat kunnen jongeren en ouderen samen doen?

¹⁵ Als je nog wat jonger bent, vraag je je misschien af waar je met ouderen over kunt praten of wat jullie samen kunnen doen. Maar maak je daar niet te druk om. Wees gewoon een goede vriend (Spr. 17:17). Praat voor of na de vergadering met ze. Vraag naar hun lievelingstekst of een grappig verhaal uit hun jeugd. Of stel voor om samen naar een maandprogramma op JW Broadcasting^® te kijken. Je kunt ook praktische dingen voor ze doen. Help ze bijvoorbeeld met het updaten van hun telefoon of tablet of het downloaden van de nieuwste publicaties. Carol zegt: ‘Vraag ouderen mee naar dingen die je zelf leuk vindt. Ik ben misschien niet zo jong meer, maar ik wil ook nog gewoon plezier hebben. Ik vind het leuk om te winkelen, iets te gaan eten of de natuur in te gaan.’ En Maira zegt: ‘Een vriendin van me is al 90. Er zit dus 57 jaar tussen ons. Maar als we samen lachen en naar een film kijken, vergeet ik dat vaak. En we vragen elkaar om advies als we problemen hebben.’

16. Waarom kan het nuttig zijn met ouderen mee te gaan naar doktersafspraken?

¹⁶ Ga mee naar doktersafspraken. Als je een oudere naar de dokter of het ziekenhuis brengt, kun je er ook op toezien dat hij goed wordt behandeld en de aandacht krijgt die hij nodig heeft (Jes. 1:17). Misschien vindt hij het fijn als je notities maakt van wat de dokter zegt. Ruth zegt: ‘Als ik alleen naar de dokter ga, word ik niet serieus genomen. Soms krijg ik te horen dat m’n probleem psychisch is, dat het tussen de oren zit. Maar als er iemand met me meegaat, behandelt de dokter me heel anders. Ik ben m’n broeders en zusters heel dankbaar dat ze daar de tijd voor nemen.’

17. Hoe zou je ouderen bij de dienst kunnen betrekken?

¹⁷ Werk met ze samen in de dienst. Ouderen hebben soms niet meer de kracht om van huis tot huis te gaan. Maar misschien kun je bijvoorbeeld aan een oudere zuster vragen of ze met je bij de lectuurstand wil staan. Eventueel kun je voor haar een stoel bij de stand regelen. Of je kunt een oudere broeder vragen mee te doen met een Bijbelstudie, misschien zelfs bij hem thuis. En ouderlingen kunnen regelen dat er velddienstbijeenkomsten bij ouderen thuis zijn, zodat het makkelijker voor ze is om in de dienst mee te gaan. Wat je ook doet om de ouderen te eren, het is de moeite waard (Spr. 3:27; Rom. 12:10).

18. Waar gaat het volgende studieartikel over?

¹⁸ We hebben gezien dat Jehovah van de ouderen houdt en ze waardeert. En alle broeders en zusters in de gemeente ook! Ouder worden is niet leuk, maar met Jehovah’s hulp kun je je vreugde behouden (Ps. 37:25). Vergeet niet dat je beste dagen niet achter je liggen maar vóór je! Een heel andere uitdaging is mantelzorg. Hoe kun je je vreugde behouden als je zorg verleent aan iemand in je familie of vriendenkring die ziek of hulpbehoevend is? Daar gaat het volgende studieartikel over.