11 Na een tijdje koos hij een plaats om te overnachten, want de zon was al ondergegaan. Daarom pakte hij een van de stenen die daar lagen, legde die onder zijn hoofd en ging slapen.+
11 Na verloop van tijd kwam hij op een plaats en maakte aanstalten om daar te overnachten, omdat de zon was ondergegaan. Hij nam dus een van de stenen van de plaats en legde die neer als steun voor zijn hoofd* en ging op die plaats+ liggen.