28 Het terugstromende water overspoelde de strijdwagens en de ruiters en het hele leger van de farao dat achter hen aan de zee in was gegaan.+ Niemand van hen bleef gespaard.+
28 En de wateren bleven terugkeren.+ Ten slotte bedekten ze de strijdwagens en de ruiters die tot al Farao’s strijdkrachten behoorden en die achter hen aan de zee waren ingetrokken.+ Niet één onder hen was er overgebleven.+