15 ‘Wat is dat?’, vroegen de Israëlieten elkaar toen ze het zagen, want ze wisten niet wat het was. Mozes zei tegen ze: ‘Het is het brood dat Jehovah jullie als voedsel geeft.+
15 Toen nu de zonen van I̱sraël het zagen, zeiden zij vervolgens tot elkaar: „Wat is dat?”* Want zij wisten niet wat het was. Derhalve zei Mo̱zes tot hen: „Het is het brood dat Jehovah U tot voedsel gegeven heeft.+