9 Nadat ze in het E̱skoldal*+ waren geweest en het land hadden bekeken, ontnamen ze het volk Israël de moed om het land binnen te gaan dat Jehovah hun zou geven.+
9 Toen zij optrokken naar het stroomdal E̱skol+ en het land zagen, ontnamen zij vervolgens de zonen van I̱sraël de moed om het land dat Jehovah hun stellig geven zou, binnen te trekken.+