9 Ze zei tegen hen: ‘Ik weet dat Jehovah jullie het land zal geven.+ De angst voor jullie heeft ons overmand+ en alle bewoners van het land hebben vanwege jullie de moed verloren.+
9 Vervolgens zei zij tot de mannen: „Voorwaar, ik weet dat Jehovah U stellig het land zal geven,+ en dat de schrik voor U op ons is gevallen,+ en dat alle bewoners van het land versaagd zijn geworden wegens U.+