8 Toon loyale liefde voor je dienaar,+ want je hebt voor Jehovah’s ogen een verbond met me gesloten.*+ Maar als ik schuldig ben,+ dood me dan zelf. Waarom zou je me aan je vader overleveren?’
8 En gij moet uw knecht liefderijke goedheid* bewijzen,+ want in een verbond+ van Jehovah hebt gij uw knecht met u gebracht. Is er echter dwaling in mij,+ breng mij dan zelf ter dood, want waarom zoudt gij mij bij uw vader brengen?”