27 Ook op de dag na de nieuwemaan, de tweede dag, bleef Davids plaats leeg. Toen zei Saul tegen zijn zoon Jonathan: ‘Waarom is de zoon van I̱saï+ gisteren en vandaag niet aan tafel gekomen?’
27 Nu geschiedde het de dag na de nieuwe maan, op de tweede dag, dat Da̱vids plaats onbezet bleef. Toen zei Saul tot zijn zoon Jo̱nathan: „Waarom is de zoon van I̱saï+ gisteren noch vandaag aan de maaltijd gekomen?”