21 Ha̱dad hoorde in Egypte dat David bij zijn voorvaders+ was gaan rusten en dat Joab, de legeraanvoerder, was gestorven.+ Daarom zei Ha̱dad tegen de farao: ‘Laat me naar mijn land teruggaan.’
21 En Ha̱dad zelf hoorde in Egy̱pte dat Da̱vid zich bij zijn voorvaders had neergelegd+ en dat Jo̱ab, de legeroverste, gestorven was.+ Daarom zei Ha̱dad tot Farao: „Zend mij heen,+ opdat ik naar mijn eigen land kan gaan.”