18 Toen Zi̱mri zag dat de stad was ingenomen, ging hij de versterkte toren van het huis* van de koning binnen en stak het huis in brand. Hij kwam om in de vlammen.+
18 Het geschiedde nu dat zodra Zi̱mri zag dat de stad ingenomen was, hij daarop de woontoren van het huis van de koning binnenging en het huis van de koning boven zich met vuur verbrandde, zodat hij stierf,+