17Zodra David zijn intrek had genomen in zijn eigen huis,* zei hij tegen de profeet Nathan:+ ‘Ik woon hier in een huis van ceders+ terwijl de ark van het verbond van Jehovah in een tent staat.’+
17Nu geschiedde het dat zodra Da̱vid in zijn eigen huis was gaan wonen,+ Da̱vid voorts tot de profeet Na̱than+ zei: „Zie, ik woon in een huis van ceders,+ maar de ark+ van het verbond van Jehovah staat onder tentkleden.”+