14 ‘Jullie zeggen: “Het heeft geen waarde God te dienen.+ Wat hebben we eraan dat we onze verplichtingen tegenover hem nakomen en dat we treurend rondlopen voor Jehovah van de legermachten?
14 „GIJ hebt gezegd: ’Het heeft geen waarde God te dienen.+ En welk voordeel is erin gelegen dat wij de plicht jegens hem in acht hebben genomen en dat wij wegens Jehovah der legerscharen bedroefd hebben rondgelopen?+