-
Aantekeningen Mattheüs — Hoofdstuk 8Nieuwewereldvertaling van de Bijbel (studie-uitgave)
-
-
Mensenzoon: Of ‘Zoon van een mens’. Deze uitdrukking komt in de evangeliën zo’n 80 keer voor. Jezus paste die op zichzelf toe, blijkbaar om te beklemtonen dat hij echt een mens was, geboren uit een vrouw, en dat hij een passende menselijke tegenhanger van Adam was, met de macht om de mensheid te verlossen van zonde en de dood (Ro 5:12, 14, 15). Deze term laat ook uitkomen dat Jezus de Messias was, de Christus (Da 7:13, 14; zie Woordenlijst).
geen plek om zijn hoofd neer te leggen: Dat betekende dat hij geen eigen huis had.
-