HOOFDSTUK 30

Zijn we echt klaar voor het huwelijk?

Je hebt iemand gevonden die bij je past en jullie hebben lang genoeg verkering om zeker te weten dat jullie van elkaar houden. Jullie zien de toekomst samen zonnig in. Maar nu je vlak voor een van de grootste beslissingen in je leven staat, begin je je af te vragen . . .

Zijn we echt klaar voor het huwelijk?

ALS je overweegt om te trouwen, zijn twijfels heel normaal, zelfs als je van iemand houdt. Er zijn veel ongelukkige huwelijken en echtscheiding komt vaak voor, dus het is logisch dat je goed wilt nadenken over iets wat je leven zo zal veranderen. Hoe weet je of je er klaar voor bent? Het is nu belangrijker dan ooit om onrealistische verwachtingen die je misschien nog over het huwelijk hebt, uit te bannen en te vervangen door een realistische kijk. Bijvoorbeeld:

VERWACHTING 1 „We kunnen van de liefde leven.”

Realiteit: Met liefde kun je geen rekeningen betalen of financiële problemen oplossen. Uit onderzoek is zelfs gebleken dat geld een belangrijke oorzaak van huwelijksproblemen en van echtscheidingen is. Een onevenwichtige kijk op geld kan tot emotionele schade leiden, je band met Jehovah aantasten en je relatie met je partner uithollen (1 Timotheüs 6:9, 10). De les? Bespreek vóór je trouwen hoe jullie met geld zullen omgaan!

De Bijbel zegt: „Wie van u bijvoorbeeld die een toren wil bouwen, gaat er niet eerst voor zitten om de kosten te berekenen?” — Lukas 14:28.

Probeer dit eens: Bespreek met je toekomstige partner hoe jullie de financiën gaan regelen — en doe dat voordat je getrouwd bent (Spreuken 13:10). Praat over vragen als: Hoe zal ons budget eruitzien? Zullen we een gezamenlijke bankrekening nemen of gescheiden rekeningen? Welke partner kan het best de administratie bijhouden en ervoor zorgen dat de rekeningen worden betaald?a Hoeveel geld kan een van ons ergens aan uitgeven zonder met de ander te overleggen? Dit is het moment om als team te gaan samenwerken! — Prediker 4:9, 10.

VERWACHTING 2 „We zullen een volmaakt huwelijk hebben, want we zitten altijd op één lijn.”

Realiteit: Als jullie nooit onenigheid hebben, komt dat waarschijnlijk doordat jullie onderwerpen waarover een meningsverschil kan ontstaan altijd uit de weg zijn gegaan. Maar in het huwelijk heb je die luxe niet! Er bestaan geen twee onvolmaakte mensen die volmaakt bij elkaar passen, dus het is onvermijdelijk dat jullie af en toe verschillend over dingen zullen denken (Romeinen 3:23; Jakobus 3:2). Kijk niet alleen naar de dingen waarover jullie het eens zijn maar ook naar wat er gebeurt als jullie het niet met elkaar eens zijn. In een sterk huwelijk kunnen de partners open en eerlijk over een meningsverschil praten en het dan op een volwassen en vriendschappelijke manier oplossen.

De Bijbel zegt: „Blijf niet boos tot de volgende dag” (Efeziërs 4:26, GNB).

Probeer dit eens: Denk erover na hoe je tot nu toe bent omgegaan met meningsverschillen met je ouders en je broers en zussen. Maak een werkblad zoals dat op bladzijde 93 van dit boek of op bladzijde 221 van Deel 2. Schrijf op welke gebeurtenissen tot onenigheid leidden, hoe jij daarop reageerde en wat een betere reactie zou zijn geweest. Als je eerste reactie bijvoorbeeld was de kamer uit te stormen en met de deuren te slaan, schrijf dan op hoe je beter had kunnen reageren — op een manier waardoor het probleem opgelost zou zijn en niet verergerd. Als je leert om nu al beter op conflicten te reageren, leer je iets wat heel belangrijk is voor een gelukkig huwelijk.

VERWACHTING 3 „Als ik eenmaal getrouwd ben, zullen al mijn seksuele verlangens bevredigd worden.”

Realiteit: Als je getrouwd bent, wil dat niet zeggen dat je seks kunt hebben wanneer jij dat maar wilt. Je partner heeft ook gevoelens en daar moet je rekening mee houden. Er zullen nu eenmaal momenten zijn dat je partner er niet voor in de stemming is. Het huwelijk geeft je niet het recht om te eisen dat aan al jouw behoeften voldaan wordt (1 Korinthiërs 10:24). Zelfbeheersing is niet alleen belangrijk wanneer je vrijgezel bent, maar ook wanneer je getrouwd bent (Galaten 5:22, 23).

De Bijbel zegt: „Dat ieder van u zijn lichaam heiligt en in eerbaarheid weet te beheersen en dat u niet (...) toegeeft aan uw hartstocht en begeerte” (1 Thessalonicenzen 4:4, 5, NBV).

Probeer dit eens: Sta stil bij je eigen seksuele verlangens en denk erover na welke invloed die op je huwelijk kunnen hebben. Heb je bijvoorbeeld de egoïstische gewoonte om te masturberen? Heb je de gewoonte om naar porno te kijken? Kijk je stiekem met verkeerde gevoelens naar leden van het andere geslacht? Vraag je af: als ik het vóór het huwelijk al moeilijk vind om mijn seksuele verlangens te beheersen, hoe zal dat me dan lukken als ik getrouwd ben? (Mattheüs 5:27, 28) Nog iets om over na te denken: Sta je bekend als een flirt of een versierder? Hoe wil je die neiging dan bedwingen als je getrouwd bent en je gevoelens gericht moeten zijn op één persoon: je partner? — Spreuken 5:15-17.

VERWACHTING 4 „Als ik eenmaal getrouwd ben, word ik gelukkig.”

Realiteit: Iemand die als vrijgezel ongelukkig is, wordt door te trouwen meestal niet gelukkiger. Gelukkig zijn heeft namelijk meer te maken met iemands instelling dan met zijn omstandigheden (Spreuken 15:15). Personen die vaak negatief zijn over hun situatie, concentreren zich meestal op wat er in een relatie ontbreekt en niet op de goede kanten ervan. Het is het beste om al vóór het huwelijk te werken aan een positieve instelling. Als je dan trouwt, zul je het beste in jezelf en in je partner naar boven brengen.

De Bijbel zegt: „Het is beter te genieten van wat je hebt, dan altijd maar meer te willen” (Prediker 6:9, GNB).

Probeer dit eens: Soms is een negatieve instelling het gevolg van onrealistische verwachtingen. Schrijf op een vel papier eens twee of drie verwachtingen die je over het huwelijk hebt. Lees wat je opgeschreven hebt en vraag je dan af: Zijn mijn verwachtingen eerder op fantasie dan op de realiteit gebaseerd? Zijn ze beïnvloed door de media, bijvoorbeeld door romantische films of boeken? Zijn mijn verwachtingen vooral gericht op wat het huwelijk voor mij zal doen: bijvoorbeeld mijn eenzaamheid oplossen, mijn seksuele verlangens bevredigen, mij meer status bij mijn vrienden geven? Dan zul je moeten leren denken in termen van ’ons’ in plaats van ’mij’. Als hulp daarbij kun je twee of drie verwachtingen opschrijven waar zowel jij als je toekomstige partner bij betrokken zijn.

Onrealistische verwachtingen kunnen een nadelige uitwerking hebben op je geluk in het huwelijk. Doe dus moeite om zulke ideeën uit te bannen en een realistische kijk te krijgen. Het werkblad op bladzijde 216 en 217 kan jou en je toekomstige partner daarbij helpen. Dan kunnen jullie uitzien naar iets wat een van de mooiste dingen in het leven kan zijn: een gelukkig huwelijk! — Deuteronomium 24:5; Spreuken 5:18.

[Voetnoot]

SLEUTELTEKST

’Een man zal zijn vader en zijn moeder verlaten en hij moet zich hechten aan zijn vrouw en zij moeten één vlees worden.’ — Genesis 2:24.

TIP

Vraag een echtpaar dat al een tijdje getrouwd is wat je volgens hen moet doen om een gelukkig huwelijk te hebben (Spreuken 27:17).

WEETJE

In een goed huwelijk zien de partners elkaar als vrienden, kunnen ze goed met elkaar praten, weten ze hoe ze meningsverschillen moeten oplossen en zien ze hun relatie als een verbintenis voor het leven.

ACTIEPUNTEN

De eigenschap waar ik nu aan ga werken om een betere relatie met mijn toekomstige partner te krijgen, is ․․․․․

Wat ik mijn ouder(s) over dit onderwerp wil vragen: ․․․․․

WAT DENK JIJ?

● In sommige landen eindigen veel huwelijken in een echtscheiding. Waarom zou dat zo zijn?

● Wat is het gevaar als je alleen maar trouwt om een vervelende situatie thuis te ontvluchten?

● Waarom is het belangrijk om je in je huwelijk aan Bijbelse principes te houden?

[Inzet op blz. 220]

„Het huwelijk is een serieuze stap. Het is belangrijk dat je niet alleen weet waar je aan begint, maar ook met wie je eraan begint.” — Audra

[Kader/Illustratie op blz. 216, 217]

Werkblad

Ben je klaar voor het huwelijk?

Sta eens stil bij de vragen op deze bladzijden. Je kunt deze vragen ook gebruiken als basis voor een bespreking met je toekomstige partner. Zoek in ieder geval de Bijbelteksten op.

financiën

□ Hoe denk je over geld? — Hebreeën 13:5, 6.

□ Op welke manieren laat je nu al zien dat je goed met geld kunt omgaan? — Mattheüs 6:19-21.

□ Heb je op dit moment schulden? Wat doe je dan om die af te betalen? — Spreuken 22:7.

□ Hoeveel gaat jullie bruiloft kosten? Hoeveel schuld zou je eventueel redelijk vinden? — Lukas 14:28.

□ Moeten jullie allebei werken als jullie getrouwd zijn? Hoe ga je dan om met de verschillende werktijden en hoe gaan jullie het vervoer regelen? — Spreuken 15:22.

□ Waar gaan jullie wonen? Hoeveel zullen jullie ongeveer kwijt zijn aan huur, eten, kleren en andere dingen? Hoe gaan jullie dat betalen? — Spreuken 24:27.

familie

□ Kun je goed opschieten met je ouders en je broers en zussen? — Exodus 20:12; Romeinen 12:18.

□ Hoe los je thuis meningsverschillen op? — Kolossenzen 3:13.

□ Als je een jonge vrouw bent, op welke manieren laat je dan zien dat je een „stille en zachtaardige geest” hebt? — 1 Petrus 3:4.

□ Willen jullie kinderen? (Psalm 127:3) Als dat niet zo is, wat voor voorbehoedsmiddel gaan jullie dan gebruiken?

□ Als je een jonge man bent, hoe ga je dan in de geestelijke behoeften van je gezin voorzien? — Mattheüs 5:3.

persoonlijkheid

□ Op welke manieren laat je zien dat je ijverig bent? — Spreuken 6:9-11; 31:17, 19, 21, 22, 27.

□ Waaruit blijkt dat je zelfopofferend bent? — Filippenzen 2:4.

□ Als je een jonge man bent, hoe laat je dan zien dat je net als Jezus op een goede manier met je autoriteit omgaat? — Efeziërs 5:25, 28, 29.

□ Als je een jonge vrouw bent, waaruit blijkt dan dat je bereid bent autoriteit te aanvaarden? — Efeziërs 5:22-24.

[Illustratie op blz. 219]

Spring niet zomaar in het diepe. Weet waar je aan begint als je trouwt