-
Een aarde zonder pijnDe Wachttoren 1976 | 15 juni
-
-
moeite voor te doen anderen niet nodeloos in emotioneel of fysiek opzicht pijn te doen. Nederig moeten wij ons aan Gods wil onderwerpen zoals hij die in zijn Woord de bijbel aan de mensheid heeft geopenbaard. Indien wij dit doen, kunnen wij met vertrouwen uitzien naar de tijd dat de aarde bevrijd zal zijn van de verschrikkelijke pijn die de mensheid vele eeuwen achtereen met verdriet heeft vervuld. Ja, dan kunnen wij tot degenen behoren die voordeel zullen trekken van de vervulling van Gods belofte, hetzij door het einde van het goddeloze samenstel te overleven of — indien wij vóór die tijd zouden sterven — door een opstanding uit de doden te ontvangen.
-
-
Gods oordelen onthullen zijn persoonlijkheidDe Wachttoren 1976 | 15 juni
-
-
Gods oordelen onthullen zijn persoonlijkheid
VERWIJST de bijbel slechts naar één periode van goddelijk oordeel? Neen, het is in de loop van de menselijke geschiedenis verscheidene malen voorgekomen dat Jehovah God een specifiek oordeel velde. Een onderzoek van deze oordelen is bijzonder verlichtend. Er wordt een God met een oneindige wijsheid en gerechtigheid door onthuld, een God die zich intens om het welzijn van zijn met verstand begiftigde schepping bekommert.
Wij kunnen de redenen voor Jehovah’s oordelen beter begrijpen door ze in het licht van zijn voornemen met betrekking tot de mensheid te bezien. De eerste man en vrouw, Adam en Eva, schonk hij het vooruitzicht eeuwig op aarde te leven. Hij gaf hun in Eden een schitterend tehuis — een liefelijke tuin met een verscheidenheid van vruchtbomen waarvan zij tot verzadiging konden eten. Toen Jehovah hen over zijn voornemen inlichtte, zei hij: „Weest vruchtbaar en wordt tot velen en vult de aarde en onderwerpt haar, en hebt de vissen der zee en de vliegende schepselen van de hemel en elk levend schepsel dat zich op de aarde beweegt, in onderworpenheid.” — Gen. 1:28.
Deze woorden, die tot de eerste mensen werden gesproken, geven te kennen dat Jehovah zich had voorgenomen dat de gehele aarde als de hof van Eden zou worden, en dat ze gevuld zou zijn met mensen die zijn wil zouden doen en het welzijn van de dierlijke schepping op het oog zouden hebben. Adam en Eva negeerden Gods wet evenwel, waardoor zij het voorrecht er een aandeel aan te hebben het wonderbaarlijke voornemen van hun Maker ten uitvoer te brengen, verbeurden. Hoe ging dit in zijn werk?
Door een slang als zijn instrument te gebruiken, misleidde de onzichtbare geestelijke persoon die later als Satan de Duivel bekend kwam te staan, Eva tot de gedachte dat ongehoorzaamheid aan God een middel tot gewin was. Eva zwichtte voor de leugen en slaagde er later in haar man ertoe over te halen zich in de overtreding bij haar aan te sluiten.
Door de opstand van Satan en van Adam en Eva werd de indruk gewekt dat alle met verstand begiftigde schepselen in werkelijkheid door zelfzucht werden aangezet, ook al leek het dat zij zich gewillig aan Gods bestuur onderwierpen. Dit was in feite Satans bewering, zoals blijkt uit wat hij eeuwen later met betrekking tot de getrouwe man Job zei: „Al wat de mens heeft, zal hij geven ten behoeve van zijn ziel. Steek voor de verandering alstublieft uw hand eens uit en tast hem tot in zijn gebeente en zijn vlees aan en zie eens of hij u niet recht in uw gezicht zal vervloeken.” — Job 2:4, 5.
De strijdvraag die door Satan werd opgeworpen, kon niet worden opgelost door hem en ieder ander die daarna te kennen zou geven overeenkomstige ideeën en beweegredenen te bezitten, onmiddellijk te vernietigen. Was dit gebeurd, dan zou de vraag zijn blijven bestaan: ’Zou Satan, als
-