De verandering van meisje tot vrouw
Nuttige feiten die jonge mensen dienen te weten
DE LENTE gaat uiteindelijk over in de zomer; bloeiende bomen ontwikkelen zich tot bomen die rijpe vruchten dragen. Evenzo ondergaan jonge meisjes van nature de verandering van meisje tot jonge vrouw. Het is net zo’n grote overgang als die van de baby- naar de kinderjaren.
Evenals bij het opengaan van een knop wordt onthuld hoe de bloem er zal uitzien, wordt aan het einde van deze periode eveneens duidelijker wat voor vrouw je zult zijn. Ook al ben je misschien heel erg nieuwsgierig, zul je wat dit betreft toch geduld moeten hebben. Niettemin kun je veel doen wat in deze ontwikkeling tot gunstige resultaten zal bijdragen.
De puberteit, zoals deze overgangsperiode wordt genoemd, begint voor meisjes gewoonlijk omstreeks de leeftijd van elf jaar en kan, overgaand in de adolescentieperiode, voortduren totdat zij ongeveer zeventien of achttien jaar oud zijn. Het is een tijd met zijn eigen vreugden en problemen. Hoeveel je van deze beide uitersten zult ontvangen, hangt in hoge mate van jezelf af. Het zal je beslist helpen wanneer je enkele nuttige punten weet en begrijpt.
LICHAMELIJKE VERANDERINGEN EN HUN OORZAKEN
Hiertoe behoort onder andere kennis over de wijze waarop je lichaam verandert en de oorzaken hiervan. Gedurende de puberteitsjaren word je niet alleen langer, waardoor je lengte met zo’n twaalf tot vijftien centimeter toeneemt, maar neemt ook je gewicht met zo’n dertig pond toe. De meeste meisjes maken een periode van enkele jaren door waarin zij extra snel „omhoogschieten” en aanzienlijk in lengte en gewicht toenemen. Misschien zie je dat andere meisjes van jouw leeftijd sneller groeien dan jij, of misschien streef jij hen in dit opzicht voorbij. Hoe het ook zij, er is geen reden je hier bezorgd over te maken. Deze snelle groeiperiode komt voor iedereen op zijn of haar eigen tijd. Meisjes maken deze groeiperiode vaak één of twee jaar eerder door dan jongens. Er is zelfs een tijd dat meisjes langer neigen te zijn dan jongens van dezelfde leeftijd. Maar de jongens halen hen in en aangezien hun groeiperiode langer duurt dan die van meisjes, blijken zij uiteindelijk meestal langer — en sterker — te worden.
Soms is deze kortstondige snelle groei aanvankelijk in één deel van het lichaam duidelijker kenbaar dan in een ander deel. Je voeten of handen lijken op een bepaald moment misschien beangstigend groot te worden, vergeleken met de rest van je lichaam. Maar na verloop van tijd gaat ook de rest van het lichaam meegroeien en komt er meer evenwicht in het groeiproces, waarbij de groei van de romp en de vergroting van de borstkas als laatste komen. De vorm van het gezicht verandert en wordt over het algemeen iets hoekiger, aangezien de kin spitser wordt en de neus langer. Terzelfder tijd beginnen er op andere gedeelten van het lichaam vetafzettingen voor te komen die het vrouwelijke figuur de karakteristieke ronde vormen geven.
VOORBEREIDING VOOR EEN BELANGRIJKE ROL IN HET LEVEN
Maar er doet zich gedurende de vrouwelijke puberteit nog een belangrijke ontwikkeling voor. Ze luidt het begin in van wat Jakobs vrouw Rachel „wat voor vrouwen gewoon is”, ofte wel de menstruatie, noemde (Gen. 31:34, 35). Het is in zekere zin een opwindend moment — het toont aan dat je de drempel van het vrouw-zijn hebt bereikt. Er zijn in je lichaam hormonen aan het werk gegaan. Deze zetten de eierstokken ertoe aan eicellen los te laten, in het begin vrij onregelmatig maar vervolgens ongeveer eens in de vier weken. Wanneer een eicel is vrijgekomen, komt ze in de baarmoeder of uterus terecht, die ertoe is gebracht een speciale bekleding te ontwikkelen om het eitje te ontvangen als het bevrucht mocht zijn. Wanneer het eitje onbevrucht blijft, wordt deze bekleding na enige tijd afgestoten. Dit is wat de menstruatie veroorzaakt, de periodieke verwijdering van bloed, vocht en afgestorven weefsel. Hoewel dit met enige pijn en ongemak gepaard kan gaan, is het dus een normaal proces waarover je je niet al te bezorgd hoeft te maken.
Wanneer het begint? Dit varieert van persoon tot persoon. Hoewel de gemiddelde aanvangsleeftijd in veel landen rond de dertien jaar ligt, kan het ene meisje reeds op tienjarige leeftijd (in sommige gevallen zelfs nog vroeger) beginnen te menstrueren terwijl dit bij een ander pas begint als zij zestien jaar of nog ouder is. Evenzo kan de duur van de menstruatie variëren — van drie tot vijf dagen.
Gelijktijdig hiermee beginnen de heupen zich te verbreden en gaan de borsten zich ontwikkelen. Al deze ontwikkelingen — sommige zichtbaar, andere onzichtbaar — zijn voorbereidingen voor de tweezijdige rol die de Schepper van de mensheid de vrouw in het leven heeft toebedeeld: de rol van echtgenote en moeder. De bredere heupen die bij meisjes tot ontwikkeling komen, stellen haar later niet alleen beter in staat kinderen ter wereld te brengen, maar vergemakkelijken ook het dragen ervan. Gedurende de zwangerschap vormen de vetafzettingen op het lichaam van de vrouw een reservevoorraad die aangeboord kan worden wanneer zij een ongeboren of pasgeboren kind voedt, terwijl de borsten bij de geboorte melk beginnen te produceren.
EXTRA VERANTWOORDELIJKHEDEN TOT RESULTAAT
De voorrechten die ’s mensen Schepper, Jehovah God, aan vrouwen heeft geschonken, brengen de verantwoordelijkheid met zich mee in overeenstemming met het voornemen van de Schepper te handelen. De wederzijdse aantrekkingskracht die God tussen de seksen heeft geschapen, houdt voornamelijk verband met de voortplanting. Naarmate het lichaam van een meisje zich ontwikkelt, zodat zij in staat is kinderen voort te brengen, oefent zij een sterkere aantrekkingskracht uit op jonge mannen die het stadium hebben bereikt dat zij kinderen kunnen verwekken. Deze aantrekkingskracht kan echter misbruikt worden. Wat dienen jonge meisjes dus in gedachten te houden, zodat zij de juiste handelwijze kunnen volgen, een handelwijze die hen van Gods zegen en gunst verzekert en tot hun blijvende toekomstige geluk zal bijdragen?
In het bijbelboek Het Hooglied treffen wij een interessante uitspraak aan, klaarblijkelijk afkomstig van de oudere broers van een meisje uit Sulem. Eerst wordt een van hen geciteerd als hij zegt: „Wij hebben een kleine zuster die geen borsten heeft. Wat zullen wij voor onze zuster doen op de dag dat zij zal worden gevraagd?” Met andere woorden, wat zouden zij voor hun zuster doen als zij niet langer een platte boezem zou hebben maar tot de volwassen leeftijd zou zijn opgegroeid en iemand zou vragen haar huwelijk te mogen regelen? Een andere broer antwoordde door te zeggen: „Indien zij een muur is, zullen wij zilveren kantelen op haar bouwen; maar indien zij een deur is, zullen wij haar afsluiten met een cederen plank” (Hoogl. 8:8, 9). Wat betekent dit?
Hun figuurlijke taal betekende klaarblijkelijk dat als hun zuster zo standvastig als een „muur” zou blijken te zijn, zij haar passend zouden belonen en zouden eren. Hoe zou zij dat kunnen zijn? Door er vastberaden blijk van te geven dat zij haar eerbaarheid wilde bewaren en te tonen dat zij de kracht bezat alle pogingen om haar tot immoreel gedrag te verleiden, te weerstaan. Wanneer zij de huwbare leeftijd had bereikt, zou zij er blijk van hebben gegeven evenwichtig en standvastig te zijn in het vasthouden aan juiste beginselen. Indien zij daarentegen als een „deur” zou zijn die voor iedereen openzwaait die er een zacht duwtje tegen geeft, zelfs voor een immoreel persoon, zouden zij stappen moeten doen om haar in haar activiteit te beperken, ja, zij zouden haar ’achter slot en grendel’ moeten houden als iemand die niet te vertrouwen is met betrekking tot de andere sekse. Zij zou ook als een deur kunnen zijn door ten aanzien van haar genegenheid heen en weer te slingeren en dan weer op de een en dan weer op een ander verliefd te worden.
Het Sulammitische meisje, dat nu een volwassen vrouw met borsten was geworden, doorstond deze proef glansrijk en kon tegen haar broers zeggen: „Ik ben een muur, en mijn borsten zijn als torens. In dit geval ben ik in zijn ogen [dat wil zeggen, in de ogen van haar toekomstige echtgenoot] geworden als zij die vrede vindt.” — Hoogl. 8:10.
Jij komt voor net zo’n proef te staan als je de leeftijd van een volwassen vrouw bereikt. Als je werkelijke vrede van geest, hart en geweten wenst te genieten en je tegen vrede-verstorende problemen wilt beschermen, moet je zelfbeheersing oefenen en tonen dat je de kracht bezit het goede te doen (Ps. 119:165). Dien je dan opzettelijk de aandacht te vestigen op die delen van je lichaam die met het moederschap verband houden door korte, nauwsluitende rokken, laag uitgesneden bloesjes of strakke truitjes te dragen? Dat zou een seksueel stimulerende uitwerking hebben op personen van de andere sekse. En wat dan?
Welnu, zou je de standvastigheid en kracht bezitten om weerstand te bieden aan eventuele avances die door zulk een nadruk op die lichaamsdelen worden uitgelokt? En ook al vertoont je lichaam alle tekenen van fysieke ontwikkeling, dan rest nog de vraag of je de mentale en emotionele ontwikkeling bezit die voor het huwelijk en het eventuele moederschap nodig zijn. Een kat die nog maar twaalf maanden oud is, kan reeds jongen en instinctief heel goed voor haar kleintjes zorgen. Maar mensen zijn geen schepselen met instinct, zoals dieren. Mensen moeten het niet zozeer van overerving als wel van leren hebben, en voor leren is tijd nodig. Te trachten het proces te verhaasten, zou hetzelfde zijn als te trachten de blaadjes van een rozeknop vóór hun tijd open te peuteren. Men zou de bloem daardoor alleen maar beschadigen en elke toekomstige schoonheid die ze gehad zou hebben, bederven. Houd ook in gedachten dat het huwelijk meer is dan alleen maar „bruidje wezen”. Je zult ook een huishoudster, kokkin en wasvrouw moeten zijn, terwijl het moederschap hoge eisen stelt aan geduld en volharding in een onvermoeide zorg voor de kinderen — en dit alles in goede en in slechte tijden, bij ziekte en bij gezondheid.
Maar ook al vindt een jonge vrouw dat zij voor het huwelijk en voor het werk en de problemen die ermee samengaan, gereed is, dan blijft nog de vraag open wat voor echtgenoot zij probeert te boeien. Indien een jongeman zich alleen maar tot een meisje aangetrokken voelt door wat zij op het gebied van seksuele bevrediging schijnt te kunnen bieden, heeft zij dan veel kans een goede echtgenoot te treffen? (Vergelijk 2 Samuël 13:1-9.) Zou je, in plaats van te trachten op die basis aantrekkelijk te zijn, er niet veel beter aan doen duurzame vriendschappen te zoeken op grond van wat je als persoon bent — in je geest en hart? Je kunt dit doen door een geestesgesteldheid en persoonlijke eigenschappen te ontwikkelen die voor anderen aantrekkelijk zijn. Ook door zulke dingen als je conversatie, door een gezonde, opgewekte levenskijk en door er blijk van te geven dat je zulke eigenschappen als eerlijkheid, bescheidenheid, fatsoen, vriendelijkheid en onzelfzuchtigheid waardeert, kun je dit doen.
Je kunt bewijzen dat je hierin oprecht bent door te weigeren deze schitterende hoedanigheden voor enkele ogenblikken van genot te verkwanselen waardoor je jezelf alleen maar in je eigen ogen en in die van degenen voor wie je achting, bewondering en liefde hebt, verlaagt. Vooral door te tonen dat je werkelijk waardevolle doeleinden in je leven hebt en dat je ’je Schepper in je meisjesjaren wilt gedenken’, kun je de vriendschap verwerven van personen wier genegenheid je altijd op prijs zult stellen, aangezien deze je werkelijk geluk schenkt. — Pred. 12:1; 1 Tim. 2:9,10.
NAAR EMOTIONEEL EVENWICHT STREVEN
De fysieke veranderingen gedurende de puberteit hebben een emotionele terugslag. Evenals een jong meisje het ene ogenblik een en al energie kan zijn en zich het volgende ogenblik uitgeput kan voelen, kunnen ook haar emoties heel erg wisselen, en vaak zonder enige verklaarbare reden. Periodes van opgewektheid en blijdschap kunnen snel gevolgd worden door periodes van somberheid en neerslachtigheid. Misschien vraag je jezelf wel af of je eigenlijk wel normaal bent of wat er van je terecht moet komen. Vooral in moderne industriële samenlevingen, met hun veranderende waarden, zijn meisjes in de puberteitsjaren onderhevig aan spanningen en onzekerheid.
Het zou gemakkelijk zijn om aan deze onevenwichtigheid toe te geven door hetzij teruggetrokken of introvert òf heel erg onafhankelijk en zelfbewust te worden. Sommige meisjes laten zich inderdaad gaan door grof op te treden, humeurig te zijn of ruwe taal te gebruiken; anderen gaan zich anders voordoen dan zij in werkelijkheid zijn en worden oppervlakkig. Maar dit helpt niets; de toestand wordt er alleen maar erger door. Nu je geleidelijk aan de kinderschoenen ontgroeit, is het tijd ernstige persoonlijke krachtsinspanningen in het werk te stellen om de vruchten van Gods geest te ontwikkelen — liefde, vreugde, vrede, lankmoedigheid, vriendelijkheid, goedheid, geloof, zachtaardigheid en zelfbeheersing. — Gal. 5:22, 23.
Werk ook aan gewoonten die tot een evenwichtige gemoedstoestand bijdragen. Houd je kamer ordelijk en netjes in plaats dat je hem rommelig laat worden. Streef naar regelmaat in je slaap- en eetgewoonten; je ontwikkelende lichaam heeft alle hulp nodig die je het maar kunt geven. Hoe meer je op dit gebied kunt doen, des te rustiger en evenwichtiger je je zult voelen, hetgeen er op zijn beurt toe zal bijdragen dat je je emotionele roeringen in bedwang kunt houden.
Laat in geen geval toe dat deze overgangsperiode je van je ouders vervreemdt. Zij kunnen de solide hulp en betrouwbare standvastigheid verschaffen waarop je in deze periode van veranderingen moet kunnen terugvallen om je evenwicht te bewaren. Hoewel er in deze tijd veel druk op je zal worden uitgeoefend van de zijde van je leeftijdgenoten, moet je maar bedenken dat ook zij veranderingen ondergaan. Daardoor komt het ook dat wat zij vandaag prettig vinden, hun morgen misschien helemaal niet aanstaat. Door je al te druk te maken over hoe zij over je denken, zul je je problemen alleen maar verergeren. Daarom zijn je ouders ook de aangewezen personen tot wie je je moet wenden als je met persoonlijke, intieme vragen zit. Zij kunnen je een veel vollediger en evenwichtiger antwoord geven dan welke leeftijdgenoot maar ook je ooit zou kunnen verschaffen. — Spr. 6:20-23; 19:20, 21.
Evenals vroege regens gevolgd worden door schitterende bloemen, zal ook jij, als je leert deze stormachtige periode te doorstaan en je problemen te overwinnen, de weg tot stabiliteit en vertrouwen vinden. Hoewel je eraan moet blijven werken jezelf in fysiek opzicht gezond en rein te houden (door het nuttigen van gezond voedsel en het betrachten van een goede lichaamshygiëne) moet je je niet in de eerste plaats concentreren op wat je uiterlijk bent, maar veeleer op wat je innerlijk bent. De versiering van een „stille en zachtaardige geest”, die wordt voortgebracht door „de verborgen persoon van het hart” zal je zowel in Gods ogen als in die van de mensen werkelijk aantrekkelijk maken. — 1 Petr. 3:3, 4.
Wees dus niet bezorgd of ontevreden over je uiterlijk, alsof je hele toekomst hiervan afhangt. Kijk naar de volwassenen om je heen — mensen van wie je houdt en die je bewondert. Hebben velen van hen, misschien zelfs wel de meesten van hen, niet een tamelijk gewoon uiterlijk? Fysieke aantrekkelijkheid is niet de werkelijke sleutel tot toekomstig geluk.
En dit is evenzeer waar met betrekking tot het meisje dat wel fysieke schoonheid bezit. Zij dient te beseffen dat veel mooie vrouwen ten slotte een bijzonder leeg en vaak immoreel leven gaan leiden. (Vergelijk Spreuken 6:24, 25; Ezechiël 16:15.) En hoe waar is de uitspraak: „Als een gouden neusring in een varkenssnuit, zo is een vrouw die schoon is maar zich afkeert van verstandigheid” (Spr. 11:22). Ja, „charme kan bedrieglijk zijn en schoonheid ijdel; maar de vrouw die Jehovah vreest, díe verwerft zich lof”. — Spr. 31:30.
Laat het dus zo zijn dat je uiteindelijk mooi wordt in de blijvende hoedanigheden die werkelijk tellen. Deze leiden namelijk niet alleen tot werkelijke vreugde in het leven thans, maar ook tot eeuwig leven in een nieuwe ordening van nimmer eindigende schoonheid en volmaaktheid.