-
Vragen van lezersDe Wachttoren 1967 | 15 januari
-
-
verantwoordelijkheden die hij als gehuwd man krijgt te dragen. Wanneer hij dan de huwelijksgelofte voor het aangezicht van God en menselijke getuigen aflegt, dient hij de gelofte ernstig op te nemen en zijn huwelijkspartner trouw te blijven (Matth. 19:4-6). Ongeacht door wie het huwelijk wordt voltrokken, als het wettelijk is, is zijn gelofte bindend voor hem, ook nadat hij een opgedragen christen is geworden.
Iemand zou in de afgelopen jaren, voordat hij een opgedragen christen werd, vrijwillig een andere persoonlijke gelofte aan God gedaan kunnen hebben. Het was meer dan alleen maar een verlangen of een plan dat hij koesterde of aan een vriend had meegedeeld; het was een plechtige gelofte aan God. Hij werd er niet toe gedwongen de gelofte af te leggen. Nu zou hij er echter van bevrijd willen worden. Hij zou iemand anders kunnen vragen of de gelofte bindend is. Men dient echter goed te beseffen dat iemand anders niet in de positie verkeert dat hij degene die een gelofte heeft gedaan, kan ontslaan van de verantwoordelijkheid die hij als gevolg van zijn plechtige gelofte aan God op zich heeft genomen. Dit is een zaak tussen de desbetreffende persoon en Jehovah God. — Rom. 14:4.
Misschien was de gelofte niet door de bijbel verplicht gesteld. Als ze niet in strijd is met de Schrift, zou het niettemin juist zijn de gelofte te betalen, ook al worden hierdoor in het latere leven problemen geschapen.
Voordat iemand de waarheid uit Gods Woord heeft geleerd, zou hij echter iets beloofd kunnen hebben wat in strijd is met Jehovah’s wil. Hij zou hiervan bewust kunnen worden wanneer hij voortgaat de bijbel te bestuderen. Hoe dient hij nu deze gelofte, die niet strookt met Gods in de Schrift uiteengezette wil, te bezien? Hij dient hierin een beslissing te nemen, maar het zou van getrouwheid jegens Jehovah getuigen wanneer hij in harmonie met Gods duidelijk bekendgemaakte wil zou handelen. Dit betekent dat hij positieve stappen zal doen, hetgeen inhoudt dat hij zal breken met een gewoonte of omgang die in Gods ogen onrein is. Een dergelijke tentoonspreiding van toewijding jegens Jehovah zal een zegen tot resultaat hebben (2 Kor. 6:16-18). Iemand kan zich niet door bemiddeling van Christus aan God opdragen wanneer hij zo’n gelofte niet geheel en al ongedaan maakt.
-
-
Avond- en ochtendschemeringDe Wachttoren 1967 | 15 januari
-
-
Avond- en ochtendschemering
Tussen zonsondergang en de werkelijke duisternis ligt een korte periode, de avondschemering, wanneer de sterren zichtbaar beginnen te worden. De Hebreeën uit de oudheid noemden deze periode nesjef, en dit is blijkbaar de periode waar in Exodus 12:6 (SV) de uitdrukking „tussen twee avonden”, of het woord „avondschemering” (NBG) op doelt. Evenzo is aan het eind van de nachtelijke duisternis een ochtendschemering, waarna de dag aanbreekt. Ook deze periode werd met hetzelfde Hebreeuwse woord aangeduid. Aldus schrijft de psalmist in Psalm 119:147: „Vóór de morgenschemering roep ik om hulp.”
-
-
MededelingenDe Wachttoren 1967 | 15 januari
-
-
Mededelingen
WERKT SAMEN, ALS EEN KUDDE MET DIENAARSLEIDERSCHAP
Alle mensen worden in de bijbel met schapen vergeleken. Ten einde in leven te kunnen blijven, moeten schapen in kudden bij elkaar blijven, terwijl herders ze naar voedsel- en waterrijke plaatsen leiden. In de bijbel wordt echter ook verklaard dat de schapen zouden ronddolen omdat de herders ze in de steek zouden laten. Het klaaglijke geblaat van de schapen in de christenheid, hun wilde en rusteloze blik, hun koortsachtig gezoek in alle richtingen in een hopeloze poging het verloren pad weer terug te vinden, bewijst duidelijk genoeg dat de herders van de christenheid hebben gefaald. Zo wordt hun toestand in Jeremia 50:6 beschreven: „Een kudde verloren schapen was mijn volk, hun herders misleidden hen, naar de bergen voerden zij hen”, in plaats van naar de grazige weiden van Gods Woord.
Jehovah God, de Grote Herder, wil echter dat zijn kudde gelukkig is. Hij voorziet in een grote voorraad voedsel in de vorm van zijn geschreven Woord. Tevens heeft hij personen aangesteld om in de hoedanigheid van opzieners en herders ervoor te zorgen dat Zijn aardse kudde niet zal afdwalen en aldus ongelukkig wordt. Door middel van het op de bijbel gebaseerde kanaal De Wachttoren voeden zowel herders als schapen zich regelmatig met de levengevende waarheid uit Gods Woord. Gehoorzamend aan het gebod „discipelen van mensen uit alle natiën” te maken, delen zij deze maand aan alle mensen die hongerend zijn, het geestelijke voedsel uit, ook aan u. Grijp deze gelegenheid aan door het u aangeboden abonnement op het tijdschrift De Wachttoren te nemen. Het doel van dit tijdschrift is de lezers de benodigde niet-sektarische hulp te verschaffen om het Boek van ware religie en onfeilbare profetieën te begrijpen. Een jaarabonnement van ƒ 4,– met drie gratis brochures verzekert u van een grote voedselvoorraad.
-