De wijsheid van Salomo
WIE heeft niet van de wijsheid van koning Salomo gehoord? Deze is even spreekwoordelijk als het geduld van Job. Zou u graag even wijs zijn als Salomo? Onmogelijk? Niet helemaal. U kunt bij het oplossen van uw problemen zelfs een soortgelijke wijsheid als die van Salomo aan de dag leggen als u zich maar aan dezelfde regels houdt die hij als richtsnoer aanhield.
In Gods Woord de bijbel wordt op overvloedige en welsprekende wijze van de wijsheid van Salomo getuigenis afgelegd. Tot de eerste opgetekende voorbeelden behoort het voorval waarbij twee vrouwen betrokken waren van wie elk beweerde dat een bepaald levend kind van haar was en dat een bepaald dood kind de ander toebehoorde. Hoe moest Salomo achter de waarheid komen? Daar hij heel goed wist hoe groot de liefde van een moeder is voor haar eigen kind, gaf hij opdracht het levende kind in tweeën te delen en aan elke vrouw een helft te geven. De reactie die dit bij elk uitlokte, openbaarde precies van wie het kind was. — 1 Kon. 3:16-28.
Er was van Salomo’s zijde ook veel wijsheid voor nodig om zijn reusachtige bouwprogramma — waarbij niet alleen meer dan 183.000 werkers waren ingeschakeld, maar ook zulk een groot kopermijnproject was betrokken dat hij „de Koperkoning” wordt genoemd — op een doeltreffende wijze te organiseren. De manier waarop hij Jehovah’s tempel inwijdde, getuigde ook van Salomo’s wijsheid. Hij was daardoor in de gelegenheid een groots opgezet feest te organiseren, zoals blijkt uit het feit dat hij 22.000 runderen en 120.000 schapen offerde, een kolossaal groot en goed geoefend orkest met koor had en bij die gelegenheid een bewogen gebed uitsprak. — 1 Kon. 5:1–8:66; 2 Kron. 2:1–7:11.
Het geïnspireerde bericht zegt ons verder nog over Salomo’s wijsheid: „De wijsheid van Salomo [was] groter . . . dan die van allen uit het Oosten, . . . hij was wijzer dan alle mensen, . . . Hij sprak immers drie duizend spreuken, en liederen van hem waren er duizend vijf”, waarvan het „Hooglied” wel het belangrijkste was. Hij was ook een autoriteit op het gebied van natuurlijke historie en het planten- en dierenleven. De mensen kwamen van heinde en ver om zijn wijsheid te horen. — 1 Kon. 4:29-34.
Salomo’s boek Prediker staat letterlijk vol met wijze waarnemingen. Hij heeft het daarin over de ijdelheid van al het aardse streven, met het oog op het rampzalige waarmee de mensheid zich wegens de onzekerheid van het leven moet bezighouden. Hij maakt in dat boek bijvoorbeeld de verstandige opmerking dat tijdsindeling belangrijk is („Ieder ding onder den hemel [heeft] zijn tijd”), dat twee beter zijn dan één, dat wijsheid en kennis evenals geld een verdediging vormen, dat de mens in de dood geen bewustzijn bezit en niet boven de dieren staat en — wat het voornaamste is — dat vrees voor God en het houden van zijn geboden de gehele verplichting van de mens uitmaken. — Pred. 3:1; 4:9; 7:12; 3:19; 12:13.
In het boek Spreuken worden nog veel meer voorbeelden van Salomo’s wijsheid gegeven. Hij toont hierin allereerst aan waarom wijsheid wenselijk is: Wijsheid betekent vrede, geluk en een lang leven (3:13-18). Meer dan dit, door verstandig te handelen kunnen nederige menselijke schepselen tot het geluk van de Schepper en tot zijn rechtvaardiging bijdragen: „Wees wijs, mijn zoon, en verheug mijn hart, opdat ik een antwoord heb voor wie mij smaadt” (27:11). En in het gehele boek — ongeveer vijftien maal — legt hij de nadruk op het vrezen van Jehovah, wat, zoals hij in Spreuken 9:10 toont, zelfs „het begin der wijsheid” is.
Van de vele uitgelezen brokjes wijsheid die in dit boek zijn vervat, noemen wij er slechts een paar:
„Behoed uw hart boven al wat te bewaren is, want daaruit zijn de oorsprongen des levens.” „De zegen des Heeren maakt rijk zonder smart.” „De zegenende ziel wordt overvloedig verkwikt, wie laaft, wordt ook zelf gelaafd.” „Wie met wijzen omgaat, wordt wijs.” „Een zacht antwoord keert de grimmigheid af.” „Hovaardij gaat vooraf aan het verderf.” „Een lankmoedig mens overtreft een held.” „Wie antwoord geeft, voordat hij hoort, dien is het tot dwaasheid en smaad.” „Koop waarheid en verkoop ze niet.” „Beroem u niet op den dag van morgen, want gij weet niet wat een dag kan baren.” „Oprecht gemeend zijn de wonden door een vriend geslagen.” „Vrees voor mensen spant een strik, maar wie op den HERE vertrouwt, is onaantastbaar.” — Spr. 4:23; 10:22, LV; 11:25; 13:20; 15:1; 16:18, 32; 18:13; 23:23; 27:1, 6; 29:25.
Waar kreeg koning Salomo deze wijsheid vandaan? Van zijn Schepper, Jehovah God, in antwoord op een gebed: „HERE, mijn God, . . . ik [ben] een jonge man . . .; ik weet niet uit te gaan of in te gaan. . . . Geef dan uw knecht een opmerkzaam [gehoorzaam, NW] hart, opdat hij uw volk richte, door te onderscheiden tussen goed en kwaad.” Ja, doordat Salomo als jongeman zijn behoefte aan wijsheid inzag en zich hiervoor tot de juiste Bron wendde, werd hij waarlijk wijs. — 1 Kon. 3:7-9.
Salomo bleef echter slechts zolang wijs als hij een „gehoorzaam hart” bleef behouden. Op zijn oude dag, nadat hij Gods uitdrukkelijke gebod aan zijn dienstknechten, om zich niet met de heidenen te verzwageren, en aan zijn koningen, om niet vele vrouwen te nemen, in de wind had geslagen, verloor Salomo zijn wijsheid. Let wel dat hij hierbij in strijd handelde met de raad die hij zelf had gegeven: „Vertrouw op den HERE met uw ganse hart en steun op uw eigen inzicht niet. Ken Hem in al uw wegen.” Het gevolg was dat Salomo een dwaas werd en buiten Gods gunst stierf (Spr. 3:5, 6; Deut. 7:3, 4; 17:14-18). Wij hebben in Salomo dus zowel een voorbeeld dat wij kunnen navolgen, namelijk toen hij verstandig was, als een voorbeeld dat wij moeten vermijden, toen hij dwaas ging handelen.
Ook al beziet u het leven niet zo scherp als Salomo en bent u niet zo’n doeltreffende organisator als hij, toch kunt u zich op dezelfde Bron van wijsheid verlaten als waarop hij vertrouwde en aldus in uw leven een wijsheid tentoonspreiden welke die van mensen verre overtreft. Evenals Salomo kunt u God om wijsheid bidden. „Indien . . . iemand van u in wijsheid te kort schiet, dan bidde hij God daar om, die aan allen geeft, eenvoudigweg en zonder verwijt; en zij zal hem gegeven worden.” — Jak. 1:5.
Dit is echter nog niet alles. Mozes zei namelijk tot het volk Israël: „Ik heb u voorschriften en rechterlijke beslissingen geleerd, precies zoals Jehovah mijn God mij heeft geboden . . . En gij moet ze houden en doen, want dit betekent van uw zijde wijsheid en inzicht.” — Deut. 4:5, 6.
Ja, om een wijsheid als die van Salomo te bezitten, moet u zich tot God en zijn Woord wenden en vervolgens met een „gehoorzaam hart” doen wat u als Zijn wil voor u leert kennen.