-
Onze geestelijke gezondheid en „de nieren”De Wachttoren 1978 | 1 februari
-
-
als hij goud en zilver loutert. David was er zeker van dat Jehovah ondanks zo’n grondige doorvorsing van hem, geen „slakken”, geen onreinheid, geen geestelijk zieke toestand, in hem zou aantreffen. Er zou niet aan het licht komen dat hij als het ware aan niersteen leed.
26. Wat kunnen wij, als personen die thans onze rechtschapenheid bewaren, dienovereenkomstig van Jehovah vragen, en met welk vertrouwen?
26 Als eerlijke bewaarders van onze rechtschapenheid in deze tijd, kunnen ook wij aan God vragen ons grondig te onderzoeken, als door middel van het vurige proces dat door een metaalsmelter wordt gebruikt. Waarom? Omdat wij het vertrouwen hebben dat zulk een grondig onderzoek geen zondige „slakken” aan de oppervlakte zal brengen waardoor te kennen gegeven zou worden dat wij diep in ons binnenste bedorven, besmet en werelds zijn en christelijke rechtschapenheid ontberen.
27. Welke resultaten van zijn onderzoek van ons zullen Jehovah grote vreugde schenken?
27 Wat zal Jehovah’s diepgaande onderzoek van onze „nieren” hem thans derhalve onthullen? Naar wij hopen een geestelijk gezonde toestand ten aanzien van wat wij werkelijk als persoonlijkheid zijn. In dat geval zullen wij bewijzen dat wij wijs hebben gehandeld en slechts Gods goedkeuring kunnen genieten. Jehovah zal wegens ons diep in zichzelf vreugde ervaren. Jehovah spreekt over zichzelf als over een vader die nieren heeft wanneer hij tegen ons zegt: „Mijn zoon, indien uw hart wijs geworden is, zal mijn hart zich verheugen, ja het mijne. En mijn nieren zullen uitgelaten van vreugde zijn wanneer uw lippen oprechtheid spreken.” — Spr. 23:15, 16.
28. Tot in welke mate zullen wij derhalve op de echtheid van onszelf als Jehovah’s aanbidders en getuigen toezien, met welke hoop dat wij het onderzoek met succes hebben doorstaan?
28 Ja, ten einde onze hemelse Vader „uitgelaten van vreugde” te doen zijn, zullen wij ons hart en onze nieren in onze heilige dienst voor hem inzetten. Aangezien wij zijn aanbidders en getuigen zijn, zullen wij tot in ons diepste innerlijk echt zijn. Dan zullen wij geen geheime zonden voor hem te verbergen hebben (Ps. 19:13, 14). Wij zullen zijn uiteindelijke onderzoek van ons niet vrezen, ongeacht hoe diep hij ons doorvorst. Op zulk een onberispelijke basis zullen wij Jehovah’s onderzoek van onze nieren met eeuwige lof voor onszelf met succes doorstaan. „Uitgelaten van vreugde” zal hij ons „volkomen gezond” verklaren.
-
-
Wijn als geneesmiddelDe Wachttoren 1978 | 1 februari
-
-
Wijn als geneesmiddel
● Verwijzend naar wat „het oudst bekende verslag van het medicinale gebruik van wijn” werd genoemd, schreef The Journal of the American Medical Association onlangs over een Sumerisch tablet uit Nippur dat beschrijvingen bevat van geneesmiddelen die met wijn bereid zijn. „Later,” zo merkte het tijdschrift op, „was wijn een belangrijk geneesmiddel in Griekenland. . . . Hippocrates van Kos (460-370 G.T.) . . . maakte op grote schaal gebruik van wijn. Hij schreef voor om met wijn bevochtigd verband op wonden te leggen, het als afkoelingsmiddel tegen koorts, als purgeermiddel en als laxeermiddel te gebruiken.”
Deze vermeldingen zullen sommige moderne lezers misschien verbazen. Nochtans erkent de Schrift de medicinale waarde van wijn. Doelend op zijn antiseptische en desinfecterende eigenschappen, zei Jezus dat een vriendelijke Samaritaan de wonden van een aangevallen reiziger verbond „terwijl hij er olie en wijn op goot” (Luk. 10:30-34). Paulus wees op de geneeskrachtige waarde die wijn bij sommige maagklachten kon hebben. Daarom zei hij tot zijn medewerker Timótheüs: „Drink geen water meer, maar gebruik wat wijn ter wille van uw maag en uw veelvuldige ziektegevallen.” — 1 Tim. 5:23.
-