Watchtower ONLINE LIBRARY
Watchtower
ONLINE LIBRARY
Nederlands
  • BIJBEL
  • PUBLICATIES
  • VERGADERINGEN
  • w74 1/10 blz. 602-605
  • Wat belet u gedoopt te worden?

Voor dit gedeelte is geen video beschikbaar.

Helaas was er een fout bij het laden van de video.

  • Wat belet u gedoopt te worden?
  • De Wachttoren — Aankondiger van Jehovah’s koninkrijk 1974
  • Vergelijkbare artikelen
  • ’Moet ik mij laten dopen?’
    De Wachttoren — Aankondiger van Jehovah’s koninkrijk 1992
  • De doop en je band met God
    Wat kun je leren uit de Bijbel?
  • Bent u klaar voor de doop?
    De Wachttoren — Aankondiger van Jehovah’s koninkrijk 1967
  • Ben je klaar voor de doop?
    De Wachttoren — Aankondiger van Jehovah’s koninkrijk (studie-uitgave) 2020
Meer weergeven
De Wachttoren — Aankondiger van Jehovah’s koninkrijk 1974
w74 1/10 blz. 602-605

Wat belet u gedoopt te worden?

BESTUDEERT u reeds enige tijd de bijbel met een van Jehovah’s getuigen? Bent u ervan overtuigd geraakt dat wat u leert de waarheid is? Hebt u omgang met de Getuigen in hun Koninkrijkszaal en spreekt u, als de gelegenheid zich daartoe leent, met anderen over datgene wat u leert? Maar hebt u zich er tot dusver door de een of andere oorzaak van laten weerhouden gedoopt te worden?

U hebt misschien reeds een van de „Goddelijke voornemen”-vergaderingen bijgewoond die gedurende de afgelopen vier maanden zijn gehouden. Op de vorig jaar gehouden 140 „Goddelijke zegepraal”-vergaderingen hebben in totaal 81.830 bijbelonderzoekers voordeel getrokken van de gelegenheid gedoopt te worden. Dit jaar worden er nog meer districtsvergaderingen gehouden. Op elk van deze vergaderingen zal er voor personen zoals u weer een gelegenheid zijn gedoopt te worden — in de meeste gevallen op de vrijdagochtend van het vergaderingprogramma.

Het is waar dat gedoopt te willen worden niet een kwestie is van de weg van de minste weerstand te volgen. U moet misschien wel veel belemmeringen overwinnen. Maar niets wat de moeite waard is, komt gemakkelijk. Door de moeilijkheden te overwinnen, zult u de oprechtheid van uw geloof kunnen tonen. Bent u reeds op leeftijd? Ouderdom weerhield een vijfennegentigjarige Russische vrouw er niet van zich vorig jaar samen met haar tweeënzestigjarige dochter in het Yankee Stadion te laten dopen. Ook weerhield het een andere, vijfentachtigjarige persoon er niet van te zamen met zijn zestienjarige kleinzoon gedoopt te worden.

Of ontmoet u tegenstand van de zijde van uw gezinsleden? Velen hebben ook deze belemmering overwonnen. Zo had één vrouw het vaste voornemen zich te laten dopen, ook al dreigde haar man dat hij zich van haar zou laten scheiden als zij dit deed. Als laatste toevlucht nam hij haar mee naar een jezuïetenpater. De pater zei tegen hem: ’De Getuigen hebben God een beetje meer lief dan wij; laat uw vrouw dus maar met rust.’ De pater zei ook nog: ’Als u zich van uw vrouw laat scheiden, bent u geen ware christen.’ Het uiteindelijke resultaat was dat de man zei: „Ik zal ermee leren leven maar ik ben niet van plan van religie te veranderen.” Tot degenen die tijdens deze vergaderingen werden gedoopt, behoorde een man die enige tijd geleden had gezegd dat hij zijn vrouw zou doden als zij een Getuige werd. Dat zij zich hier niet door vrees van liet afschrikken, had tot resultaat dat hij zich slechts één jaar na haar doop, voor de doop aanbood.

Weerhoudt een fysieke handicap u ervan u te laten dopen? Welnu, tijdens een van deze afgelopen vergaderingen werden verscheidene kandidaten in rolstoel gedoopt, waarbij zij in en uit het water werden getild. Een van hen was een jongeman die tot aan zijn middel verlamd was ten gevolge van een kogelwond die zijn eigen moeder hem eens had toegebracht toen hij haar onder invloed van drugs met een mes had willen doden. De ziekte van Little, waaraan een moeder van drie kinderen leed, weerhield haar er niet van gedoopt te worden, en ook belette blindheid een tweeënzeventigjarige man die vrachtwagenchauffeur was geweest, er niet van zijn opdracht door de doop te symboliseren.

Evenals de heidense legeroverste Cornelius in de eerste eeuw het christendom aanvaardde en werd gedoopt, hebben in deze twintigste eeuw een aantal beroepsmilitairen ontslag genomen uit het leger ten einde in overeenstemming te handelen met Jesaja 2:4 en gedoopt te worden. Een van hen was een sergeant eerste klasse die nog slechts vier maanden van dienst voor zich had om voor een goed pensioen in aanmerking te komen; ook bevond zich onder hen een soldaat die zeventien jaar in het leger was geweest, terwijl een andere soldaat na twintig jaar dienst in het leger ontslag nam en werd gedoopt.

Wat valt er over uw vroegere religieuze achtergrond te zeggen? Aarzelt u als gevolg hiervan? Beschouw dan eens wat anderen hebben gedaan. Het afgelopen jaar werd een vrome katholiek, die in een klooster was grootgebracht, tijdens een van de congressen gedoopt. Ook een man die jaren achtereen godsdienstonderwijs op een katholieke school had gegeven, werd gedoopt, evenals een voormalige baptistenpredikant en een Indiaanse vrouw die vroeger tovenarij beoefend had. Weer anderen waren bij de Jezusbeweging geweest, of waren atheïsten, boeddhisten, beoefenaars van yoga en van spiritisme geweest. Er waren er ook bij die vroeger het geld tot hun god hadden gemaakt, die grote rijkdommen hadden bijeengegaard of miljonair hadden willen worden.

Hebt u in het verleden problemen op moreel gebied gehad? Vele anderen hebben deze problemen overwonnen om gedoopt te kunnen worden. Verscheidenen hadden eens deel uitgemaakt van zulke beruchte motorbenden als de „Hell’s Angels”, anderen waren losbandig levende hippies geweest, heel wat waren verslaafd geweest aan verdovende middelen — sommigen hadden er zelfs in gehandeld — en weer anderen waren vanaf hun jeugd alcoholici geweest. Er was een voormalig go-go meisje bij en ook een voormalige flamingodanseres die beroepshalve mannen in een cabaret moest amuseren. Anderen hadden in hoererij geleefd of waren bigamisten geweest. Sommigen hadden ingebroken en gestolen. En de meesten van hen waren ook verslaafd geweest aan de tabaksgewoonte, die zij hadden overwonnen, maar niet zonder hier heel veel moeite voor te doen. Dit doet ons denken aan wat Paulus schreef. Na verscheidene slechte dingen opgenoemd te hebben die mensen buiten Gods koninkrijk houden, besloot hij met de opmerking: „Toch zijn sommigen van u dat geweest.” Maar evenals die Korinthische christenen in de eerste eeuw, hebben ook degenen die tijdens een van de „Goddelijke zegepraal”-vergaderingen werden gedoopt, een radicale verandering in hun levenswijze aangebracht, terwijl zij zich nu verheugen in hun opgedragen dienst voor Jehovah God. — 1 Kor. 6:9-11.

U zult natuurlijk wel begrijpen dat men niet als het ware van de ene dag op de andere voor de doop in aanmerking komt. U dient niet in een opwelling gedoopt te worden omdat u naar een emotionele spreker hebt geluisterd die u in welsprekende bewoordingen hiertoe aanspoorde. Neen, u moet eerst een tijdlang kennis tot u nemen van Jehovah God en Jezus Christus. U moet leren dat Jehovah de ene ware God is, de Schepper en Onderhouder van het universum, en dat zijn Zoon Jezus Christus voor uw zonden is gestorven opdat u eeuwig leven zou kunnen verwerven. — Joh. 17:3.

Deze kennis houdt een uitnodiging in om berouw te hebben en uw houding ten opzichte van uw vroegere handelwijze te veranderen. U moet hier heel erg spijt van hebben en er dus mee ophouden zo’n verkeerde, zelfzuchtige handelwijze te volgen. U moet deze verwerpen en besluiten een juiste handelwijze te volgen; bij waar berouw is zowel een verandering van geest of zienswijze als een verandering van hart, van gevoel en van beweegreden betrokken. Een dergelijk berouw is echter met betrekking tot meer dan zulk een onreinheid als seksuele immoraliteit en verslaving aan drugs en tabak noodzakelijk. Men moet ook een zelfzuchtige, egocentrische houding en levenswijze verwerpen, aangezien men ook daardoor zonde beoefent.

Zulk een oprecht berouw leidt tot bekering, tot een ommekeer en algehele verandering van richting. Nu bekommert u zich om datgene wat God u gebiedt en verbiedt en tracht u uw leven met Gods vereisten voor u in overeenstemming te brengen. Als u zover bent gekomen, verkeert u in de positie uzelf op deugdelijke wijze aan het doen van Gods wil op te dragen, in de voetstappen van Jezus Christus te treden en gedoopt te worden. Ja, Jezus nodigt u nu uit: „Wil iemand achter mij komen, dan moet hij zichzelf verloochenen, zijn martelpaal opnemen en mij voortdurend volgen.” — Matth. 16:24.

Indien er geen ernstig beletsel bestaat tegen uw doop, zoals een tekort aan fundamentele kennis van Gods wil voor u of een levenswijze die niet strookt met bijbelse beginselen, en indien u belijdt God lief te hebben en u er toch van weerhoudt de christelijke doop te ondergaan, volgt u in werkelijkheid een inconsequente handelwijze. Waarom dan wel? Omdat gedoopt worden een gebod is: „Gaat daarom en maakt discipelen van mensen uit alle natiën, hen dopende . . . en leert hun onderhouden alles wat ik u geboden heb” (Matth. 28:19, 20). Zo gebood ook de apostel Petrus de berouwvolle joden die hem op de pinksterdag hadden horen prediken: „Hebt berouw, en een ieder van u worde gedoopt in de naam van Jezus Christus” (Hand. 2:38). Hij gebood ook dat Cornelius en zijn familie gedoopt zouden worden (Hand. 10:48). Hetzelfde deed Ananías, die getuigenis had gegeven aan Saulus van Tarsus — bij welke gelegenheid deze het gezicht had terugontvangen — en tegen hem zei: „En nu, waarom talmt gij nog? Sta op, word gedoopt en was uw zonden weg doordat gij zijn naam aanroept.” Wij kunnen in werkelijkheid geen goed geweten tegenover Jehovah God krijgen als wij ons niet opdragen om zijn wil te doen en ons als een symbool van die opdracht laten dopen. — Hand. 22:16; 1 Petr. 3:21.

Hierbij komt nog dat u, op grond van wat u over de grootheid en goedheid van uw Schepper, Jehovah God, hebt geleerd, liefde voor hem bezit, niet waar? Zou u het niet een voorrecht vinden zijn hart te verheugen? Gods Woord zegt ons dat het Jehovah’s hart verheugt wanneer wij een wijze handelwijze volgen, hetgeen allereerst inhoudt dat wij ons opdragen om zijn wil te doen en ons laten dopen. „Wees wijs, mijn zoon, en verheug mijn hart, opdat ik een antwoord kan geven aan hem die mij hoont.” — Spr. 27:11.

Ook al is het een goddelijk gebod en zijn uitdrukkelijke wil, toch is het waar dat Jehovah God niemand zal dwingen hem te dienen. Hij schenkt u de gelegenheid tussen het leven en de dood te kiezen, tussen de zegen en de vervloeking, tussen de handelwijze die juist en liefdevol is en de handelwijze die verkeerd en zelfzuchtig is, evenals hij de Israëlieten uit de oudheid de gelegenheid schonk te kiezen. En wegens zijn liefde voor u spoort hij u ertoe aan een wijze en liefdevolle keuze te doen. — Deut. 30:19, 20.

Of stelt u de doop uit omdat u bang bent dat u, na alle werken van het vlees, met inbegrip van zulke dingen als de tabaksgewoonte, achter u gelaten te hebben, er weer naar zou kunnen terugkeren en er dan de consequenties van moet ondergaan? Een dergelijke houding weerspiegelt een gebrek aan geloof en inzicht. Hoe dan wel? Nu, Jehovah God heeft immers beloofd: „Geen verzoeking is over u gekomen behalve die welke mensen gemeen is. Maar God is getrouw en hij zal niet toelaten dat gij wordt verzocht boven hetgeen gij kunt dragen, maar met de verzoeking zal hij ook voor de uitweg zorgen, opdat gij ze kunt doorstaan.” Wat zou u nog meer kunnen wensen? — 1 Kor. 10:13.

Ja, doe de stap van geloof en ondersteun uw geloof door werken. U zult dan bemerken dat Jehovah God zich aan zijn belofte houdt. Hij zal u helpen. Evenals de apostel Paulus dit in zijn eigen leven ondervond, zult u kunnen zeggen: „Voor alle dingen bezit ik de sterkte door hem die mij kracht verleent” (Fil. 4:13). Jehovah geeft ons leiding en kracht door middel van zijn geïnspireerde Woord, de bijbel, via zijn heilige geest of werkzame kracht en door middel van zijn zichtbare organisatie, de plaatselijke gemeente en haar lichaam van ouderlingen. — Zach. 4:6; Matth. 24:45-47.

Met de hulp die u hierdoor ontvangt, zult u ondanks de ingeboren zwakheden van uw vlees, ondanks de kuiperijen van de Duivel en zijn demonen en ondanks de verleidingen waaraan dit goddeloze samenstel van dingen u blootstelt, overeenkomstig uw opdracht om Gods wil te doen, kunnen leven. — Ef. 6:11-18.

Indien u, na het bovenstaande gelezen te hebben, inziet dat u het voorrecht hebt u te laten dopen, dient u contact op te nemen met de presiderende opziener van de gemeente waarmee u bent verbonden ten einde verdere inlichtingen te ontvangen. Wees niet als een bijbelonderzoeker die tijdens de „Goddelijke zegepraal”-vergadering werd gedoopt maar die de Koninkrijksboodschap reeds in 1951 had gehoord en toch tweeëntwintig jaren wachtte met zich te laten dopen totdat hij in 1973 werd gedoopt. Houd in gedachten dat de tijd thans werkelijk ten einde loopt! Laat niets u ervan weerhouden gedoopt te worden! — Matth. 24:34.

    Nederlandse publicaties (1950-2025)
    Afmelden
    Inloggen
    • Nederlands
    • Delen
    • Instellingen
    • Copyright © 2025 Watch Tower Bible and Tract Society of Pennsylvania
    • Gebruiksvoorwaarden
    • Privacybeleid
    • Privacyinstellingen
    • JW.ORG
    • Inloggen
    Delen