Rijkdommen binnen uw bereik

WIE zou niet graag rijk willen zijn? Er zijn vele professionele raadgevers die u ervan willen overtuigen dat als u naar hen luistert, hun advies opvolgt, u rijk kunt worden, rijk in materieel opzicht. Maar de feiten logenstraffen hun beweringen. Er zijn gewoon te veel onzekere factoren — gezondheid, opleiding, milieu, natuurlijke geaardheid of talenten en onvoorziene omstandigheden — om iedereen die naar hun advies luistert, te kunnen garanderen dat ook hij rijk kan worden.

Vanwege de hindernissen die overwonnen moeten worden door hen die materiële rijkdommen najagen (en het najagen van dergelijke rijkdommen is inderdaad een hordenloop!), zijn de gevolgen vaak erg schadelijk geweest voor hen die ernaar streven rijk te worden. Daarom richt de apostel Paulus zich met een waarschuwing tot hen die „besloten zijn rijk te worden”. En de wijze koning Salomo schreef: „Hij die zich haast om rijkdom te verwerven, zal niet onschuldig blijven.” — 1 Tim. 6:9; Spr. 28:20.

Hoe waar is dit! Hebt u dit niet in de praktijk bewezen gezien? Zij die besloten zijn rijk te worden of die zich haasten rijkdom te vergaren, bekommeren zich er zelden om onschuldig te blijven, en het loopt vaak slecht met hen af. Zo zijn bijvoorbeeld veel zakenmensen geneigd uit winstbejag een onjuiste voorstelling te geven van de produkten of diensten die zij aanbieden, waardoor de regering verplicht is hen ter verantwoording te roepen en zware boetes op te leggen. Politici nemen steekpenningen aan omdat zij snel rijk willen worden. Anderen plegen winkeldiefstallen, of stelen op andere manieren, beroven zelfs banken — welk misdrijf steeds algemener wordt — om maar snel rijk te worden. Volgens een van Amerika’s vooraanstaande schrijvers op het gebied van de economie „tart de omvang van misdaad in het zakenleven in de V.S. tegenwoordig iedere voorstelling . . . naar schatting $125 miljard per jaar”. In juli 1976 groef een aantal misdadigers een tunnel naar een Parijse bankkluis en wist een buit te behalen van meer dan ƒ 16.000.000, het hoogste bedrag dat ooit gestolen is. Heeft die buit hun geluk gebracht? Neen, voor een aantal van hen heeft het langdurige gevangenisstraffen opgeleverd.

Feitelijk maken materiële rijkdommen, zelfs wanneer ze met eerlijke methoden zijn verworven, hun bezitters maar zelden gelukkig. Met de rijkdom komt vaak het verlies van echte vrienden en de vrees beroofd of ontvoerd te worden. Voor voldoening, tevredenheid en geluk heeft men geen materiële rijkdommen nodig. En rijkdom zal ook zeker niet iemands leven in stand houden. Jezus verklaarde: „Ook al heeft iemand overvloed, zijn leven spruit niet voort uit de dingen die hij bezit” (Luk. 12:15). Dus er pleit werkelijk niet veel voor het vurig nastreven van rijkdom. Òf het nastreven ervan blijkt tevergeefs òf het bezit ervan blijkt ijdel te zijn, zoals koning Salomo zo goed merkte bij het vergaren van zijn grote rijkdom. — Pred. 2:4-11.

Er zijn echter rijkdommen die binnen ieders bereik liggen. Ware kennis en wijsheid zijn daarvan voorbeelden. Deze kunnen verkregen worden door een oprechte en verhelderende studie van Gods Woord. Dit vergt tijd en inspanning, maar de resultaten zijn het waard. Bekend raken met uw Schepper, vernemen welke gedragsregels hij heeft gesteld en die in uw leven toepassen, zal u werkelijk rijk maken, zoals Gods Woord toont met de uitspraak: „Haar [wijsheid] als winst te hebben, is beter dan zilver als winst te hebben, en haar als opbrengst te hebben, beter dan het goud zelf.” Waarom? Wel, „lengte van dagen is in haar rechterhand” en „haar wegen zijn aangename wegen, en al haar paden zijn vrede. Ze is een boom des levens voor wie haar aangrijpen, en zij die haar stevig vasthouden, zijn gelukkig te noemen”. — Spr. 3:13-18.

Er bestaat nog een andere vorm van rijkdom die binnen uw bereik ligt. Dat is de rijkdom van het doen van voortreffelijke werken, onzelfzuchtige daden. Personen die rijk zijn in materiële dingen, krijgen in 1 Timótheüs 6:18 de opdracht om „goed te doen, rijk te zijn in voortreffelijke werken, vrijgevig te zijn, mededeelzaam”. Jezus Christus bracht een soortgelijke gedachte onder woorden toen hij in zijn Bergrede de aanbeveling deed schatten in de hemel te vergaren en zei dat iemand door zijn hemelse Vader beloond zou worden als hij goed had gedaan jegens anderen (Matth. 6:3, 4, 20). Door zulke daden van vriendelijkheid of barmhartigheid wordt iemand rijk in tevredenheid en in uitingen van waardering van de zijde van anderen.

Zo is er een zekere christelijke vrouw die, hoewel zij een baan heeft met een werktijd van 40 uur per week, toch tijd vindt om allerlei nuttige kledingstukken te naaien voor oudere personen en anderen die voor hulp in aanmerking komen. Daarmee nog niet tevreden, heeft zij er de tijd voor genomen de hele bijbel hardop te lezen en op bandjes vast te leggen, en deze bandjes leent zij uit aan een oudere blinde geloofsgenote die het heerlijk vindt ernaar te luisteren. Ook predikt zij het goede nieuws van Gods koninkrijk van huis tot huis en leidt bijbelstudies met geïnteresseerde personen. Vindt zij tevredenheid, voldoening en geluk in het doen van deze dingen? Wis en waarachtig. Deze vrouw is ook rijk in uitingen van waardering van de kant van degenen voor wie zij deze dingen doet.

Zo was er ook een bejaard echtpaar dat onverwacht een behoorlijk grote som gelds kreeg. Het was niet zoveel dat zij zich vermogend konden noemen, maar zij gebruikten een deel van het geld zo dat zij zich rijk voelden. Hoe? Door edelmoedig deze onverwachte zegen te delen met bepaalde bekenden die in behoeftige omstandigheden verkeerden en aanspraak mochten maken op hulp. Het feit reeds dat zij in een dergelijke mate konden helpen, maakte dat zij zich rijk voelden. En natuurlijk waren zij rijk in voortreffelijke werken en daarom rijk in het vergaren van schatten in de hemel.

Dit alles houdt verband met de wijze waarop onze Schepper ons heeft gemaakt. Hij heeft ons begiftigd met zijn vier voornaamste eigenschappen: wijsheid, rechtvaardigheid, macht en liefde. Hij heeft ons ook een geweten gegeven. Niet alleen dient dat geweten om ons te waarschuwen tegen kwaaddoen, en verklaart het ons schuldig als wij een overtreding begaan, maar het schenkt ons ook een prettig gevoel als wij onzelfzuchtig, edelmoedig, barmhartig, liefdevol handelen. Dit is in overeenstemming met het beginsel dat door Jezus Christus, de Zoon van God, werd gesteld: „Het is gelukkiger te geven dan te ontvangen” (Hand. 20:35). Ook stemt het overeen met wat koning Salomo ongeveer 1000 jaar eerder zei: „Een weldadige ziel wordt rijk gemaakt, wie drenkt wordt ook zelf gelaafd” (Spr. 11:25, Leidse Vertaling). De apostel Paulus bracht een soortgelijke gedachte onder woorden toen hij schreef: „Wie overvloedig zaait, zal ook overvloedig oogsten” (2 Kor. 9:6). Hij bedoelde niet in de eerste plaats dat wie materiële dingen geeft, soortgelijke materiële dingen zal oogsten. Dat hoeft helemaal niet het geval te zijn. In plaats daarvan bedoelde de apostel dat hij die edelmoedig aan behoeftigen geeft, geestelijke rijkdommen zal oogsten, Gods gunst, geluk en tevredenheid. Waarlijk, dergelijke rijkdommen liggen binnen uw bereik.