Zelfbeheersing getuigt van wijsheid
IEDEREEN die bij zijn volle verstand is, stemt het tot voldoening wijs te zijn. Hij wil geen dwaas zijn. Dat hij werkelijk wijs is, kan hij onder andere tonen door zelfbeheersing. Zo zegt de spreuk: „De dwaas laat zijn toorn de vrije loop, de wijze houdt zijn gramschap in.” — Spr. 29:11, PC.
Het is echter niet gemakkelijk zich te beheersen; het is niet de weg van de minste weerstand. Daarom ziet men het thans zo weinig. De huidige situatie doet aan de dagen van vóór de Vloed denken, want daarover staat geschreven, dat „de boosheid des mensen groot was op de aarde”, en dat ’de aarde verdorven was voor Gods aangezicht’. — Gen. 6:5, 11.
In feite profeteerde Jezus Christus dat het tijdens „de tegenwoordigheid van de Zoon des mensen”, waarin wij ons nu bevinden, net zo zou zijn als in de dagen van Noach. In dezelfde trant voorzei de apostel Paulus dat „er in de laatste dagen kritieke tijden zullen zijn, die moeilijk zijn door te komen. Want de mensen zullen . . . zonder zelfbeheersing” zijn. Dit alles maakt het zelfs nog moeilijker om zelfbeheersing te oefenen. — Matth. 24:37-39; 2 Tim. 3:1-3, NW.
Dat zelfbeheersing van wijsheid getuigt, kan moeilijk te veel beklemtoond worden. „Een stad met omvergehaalde muren, zo is iemand die zijn geest niet in bedwang heeft” (Spr. 25:28). Elk moment dat wij wakker zijn, ja, tot op zekere hoogte zelfs de tijd dat wij slapen, al onze gedachten en gevoelens, al onze woorden en daden vallen binnen het terrein van onze zelfbeheersing. Indien onze geest er scherp, grondig en onuitwisbaar van doordrongen is dat zelfbeheersing van wijsheid getuigt, zal ons dit in tijden van druk of verleiding enorm helpen. Laten wij eens een paar voorbeelden onder de loep nemen.
Bent u ooit, wellicht in aanwezigheid van anderen, min of meer ernstig door een meerdere berispt? Wat was uw eerste opwelling? Probeerde u zichzelf te rechtvaardigen, misschien met haastige, onverstandige woorden? Toch maakt dat het alleen maar erger. Wij ontvangen de wijze raad: „Als de toorn van een vorst u bedreigt, loop dan niet weg van uw post; want kalmte brengt grote opwinding tot bedaren.” Ja, „een zacht antwoord keert de grimmigheid af”. Er is werkelijk zelfbeheersing voor nodig om op uw post te blijven en een zacht antwoord te geven indien iemand tegen u uitvaart, maar het is de enige verstandige handelwijze, want daardoor worden de moeilijkheden uit de weg geruimd en wordt de basis gelegd voor vreedzame betrekkingen. — Pred. 10:4, PC; Spr. 15:1.
Algemene beginselen leren ons dus reeds dat het, vooral wanneer men nogal praatziek is, wijs is om zijn tong te beheersen: „De dwaas is het, die vele woorden gebruikt.” „In veelheid van woorden ontbreekt de overtreding niet, maar wie zijn lippen bedwingt, is verstandig.” „De verstandige houdt zijn woorden in, . . . Zelfs een dwaas die zwijgt, gaat door voor wijs.” — Pred. 10:14; Spr. 10:19; 17:27, 28.
Dan is er nog de kwestie van zelfbeheersing ten aanzien van eten en drinken. Wanneer men zichzelf aan tafel niet onder controle houdt, wordt men te dik, hetgeen bijvoorbeeld in de VS gezondheidsprobleem nr. 1 is; het leidt tot chronische degeneratieve kwalen, waarvan de voornaamste de ziekte van hart en bloedvaten is, ook wel een „hartkwaal” genaamd. En hoeveel gezinnen zijn niet uiteengevallen, hoeveel carrières zijn er niet geruïneerd en hoeveel ziektes zijn er niet voortgevloeid uit een gebrek aan zelfbeheersing bij het „drinken”! Gods Woord zegt dan ook terecht: „Bij wie is wee? . . . bij wie geklaag? . . . Bij hen die laat opzitten bij den wijn.” „De wijn is een spotter, de drank een luidruchtige, ieder die zich daaraan overgeeft, is onwijs.” Met andere woorden, indien het u aan zelfbeheersing ontbreekt, maken deze dingen u tot een dwaas. — Spr. 23:29, 30; 20:1.
Hebt u een auto? Dan zult u ook bij het autorijden zelfbeheersing aan de dag willen leggen. Jaar na jaar komen bij auto-ongelukken duizenden mensen om het leven en worden miljoenen verminkt. In 1962 kwamen alleen al in West-Duitsland 14.213 personen bij verkeersongelukken om, terwijl 413.457 gewond werden. De recentste aantallen voor andere landen zijn: 38.000 doden in de Verenigde Staten, 9000 in Italië en 7000 in Groot-Brittannië, terwijl het aantal gewonde personen twintig tot dertig keer zo groot was. Volgens ongevallenverzekeringsmaatschappijen zijn een te grote snelheid, drank, dagdromerij, slaperigheid en achteloosheid de voornaamste oorzaken van verkeersongelukken. En wat is dit alles anders dan een gebrek aan zelfbeheersing?
Nog een algemeen terrein waar zelfbeheersing van wijsheid getuigt, is dat van de betrekkingen tussen personen van het manlijk en het vrouwelijk geslacht. Nog niet zo lang geleden maakten psychologen het idee van kuisheid vóór het huwelijk belachelijk, maar thans lezen wij verklaringen zoals de volgende: „Geen enkele sociologische studie heeft ooit getoond dat seksuele omgang vóór het huwelijk, of overspel, in een gelukkiger huwelijk resulteert.” „Weegt het genot van seksuele omgang vóór het huwelijk ook maar enigszins op tegen het lijden dat het gevolg is indien het meisje zwanger wordt?” „In de Verenigde Staten is het aantal mensen die syfilis hebben of dit hebben gehad, thans tot tien miljoen gestegen, en het aantal voor gonorroea ligt twee keer zo hoog.” — Love and Marriage, door Magoun.
Ook in het huwelijk zelf is zelfbeheersing noodzakelijk, en de beste oefening is zelfbeheersing vóór het huwelijk. Voor christenen vormen een rein geweten en de omgang met de christelijke gemeente nog krachtiger redenen om in dit opzicht goed de belangrijkheid van zelfbeheersing in het oog te houden, want „hoereerders en echtbrekers zal God oordelen”. — Hebr. 13:4.
Daar zelfbeheersing van wijsheid getuigt, is het goed om eens alle factoren die hiertoe kunnen bijdragen, de revue te laten passeren. Hiertoe behoort „de vreze Jehovah’s”, die werkelijk „het begin der wijsheid” is. Eén reden hiervoor is, dat ’de vreze Jehovah’s inhoudt het kwade te haten’. Op zijn beurt vormt het gebed weer een hulp om in deze vrees te wandelen. — Ps. 111:10; Spr. 8:13, NW.
Ook nederigheid is een hulp, want iemand die nederig is, ergert zich niet aan de beperkingen waaraan zijn vrijheid door wijsheid wordt onderworpen; hij erkent dat in de grond der zaak alle vrijheid betrekkelijk moet zijn. Voorts vormt medegevoel een factor; kunnen wij ons in een ander verplaatsen, dan zal dit ons in staat stellen om geduld met hem te hebben.
Zelfbeheersing is niet gemakkelijk, maar ze is de moeite waard, want ze getuigt van wijsheid, en wie wil niet wijs zijn?