-
De Bergrede — „Sluit eerst vrede met uw broeder”De Wachttoren 1978 | 15 augustus
-
-
iemand kwam opdagen om de schuld van de gevangene te betalen, zou hij lang in de gevangenis kunnen blijven.
Aanvaardbare aanbidding moet een juiste behandeling van de medemens omvatten. De apostel Paulus geeft medegelovigen de raad: „Neemt . . . deze beslissing, een broeder geen struikelblok in de weg te leggen noch iets waarover hij kan vallen” (Rom. 14:13). Mocht zo’n struikelblok zich voordoen, dan moet een christen zich Jezus’ woorden te binnen roepen en ’zich haasten de kwestie bij te leggen’ (Matth. 5:25). „Want in liefderijke goedheid heb ik behagen geschept”, zegt Jehovah, „en niet in slachtoffer.” — Hos. 6:6.
-
-
Wat bedoelde de wijze man?De Wachttoren 1978 | 15 augustus
-
-
Wat bedoelde de wijze man?
Welke wijsheid telt?
Nadat koning Salomo koning alle facetten van de menselijke aangelegenheden grondig had bestudeerd, zette hij zijn bevindingen op schrift. Over zijn pogingen om anderen te helpen van zijn onderzoekingen voordeel te trekken, merkte hij op: „Behalve dat de bijeenbrenger wijs was geworden, onderwees hij ook het volk voortdurend in kennis, en hij dacht diep na en stelde een grondig onderzoek in, opdat hij veel spreuken zou kunnen ordenen. De bijeenbrenger zocht de verrukkelijke woorden te vinden en het schrijven van juiste woorden van waarheid.” — Pred. 12:9, 10.
Aangezien hij door Gods geest werd geholpen, kunnen wij Salomo’s bevindingen thans zonder de minste bedenking aanvaarden. Bovendien hebben ze de toets des tijds doorstaan.
Tot welke conclusie kwam Salomo over alle literatuur die er in zijn tijd bestond? Hij schrijft: „De woorden van de wijzen zijn als osseprikkels, en net als ingeslagen nagels zijn zij die zich overgeven aan verzamelingen van zinspreuken; ze zijn gegeven door één herder. Aangaande al wat hierbuiten ligt, mijn zoon, laat u waarschuwen: Aan het maken van veel boeken komt geen eind, en veel toewijding eraan is afmattend voor het vlees.” — Pred. 12:11, 12.
Het nuttigst zijn derhalve de geschriften die de wijsheid van de ’ene herder’, Jehovah God, weerspiegelen. Een overmatige belangstelling voor andere bronnen van onderricht kan iemand echter nodeloos uitputten, zonder dat hij veel van werkelijke en blijvende waarde verwerft. Vooral wanneer zulke geschriften het produkt zijn van wereldse redenaties en in tegenspraak zijn met goddelijke wijsheid, zijn ze ongezond en geloofverwoestend. Aan de andere kant zullen de woorden van degenen die goddelijke wijsheid bezitten, de luisteraars of lezers net als osseprikkels aansporen om in overeenstemming met de vermelde wijsheid te handelen. Ook zijn degenen die zich bezighouden met het verzamelen van zinnen, dat wil zeggen, werkelijk waardevolle wijze gezegden, als nagels of spijkers, en wel omdat hun goede woorden, die de wijsheid van Jehovah God weerspiegelen, de hoorders standvastig kunnen maken en kunnen ondersteunen.
Als samenvatting van zijn gehele onderzoek zegt Salomo: „Het slot van de zaak, nu alles is gehoord, is: Vrees de ware God en onderhoud zijn geboden. Want dit is de gehele verplichting van de mens. Want de ware God zelf zal elk soort van werk in het gericht brengen met betrekking tot alles wat verborgen is, of het goed is of slecht” (Pred. 12:13, 14). Een gezonde vrees of achting voor de Schepper zal ons ertegen beschermen een roekeloze handelwijze in het leven te volgen waardoor wij ons onnoemelijk veel moeilijkheden op de hals zouden kunnen halen. Ook kan het besef dat niets aan de aandacht van de Schepper ontsnapt, als een aansporing dienen om zijn geboden te onderhouden. De Allerhoogste zal alle dingen oordelen, ook die welke voor het oog van mensen verborgen zijn. Wanneer wij in aanmerking nemen dat zijn geboden ons blijvende welzijn beogen, is het dan niet juist en werkelijk verstandig ze te onderhouden?
-