-
Welke richting is de moderne katholieke bijbelwetenschap ingeslagen?Ontwaakt! 1973 | 22 juni
-
-
[Derde] Jesaja is een onoverkomelijk obstakel voor de kritische school. Men is niet in staat te verklaren hoe het komt dat de auteur van een van de belangrijkste boeken onbekend is gebleven, terwijl terzelfder tijd de kleinere profetische geschriften”, namelijk Obadja en Haggaï, „wel in het bezit zijn gebleven van de namen van hun schrijvers”.
Met recht kan men zich afvragen: Waarom heeft de moderne katholieke bijbelwetenschap verkozen al deze bewijzen voor de eenheid van het boek Jesaja naast zich neer te leggen? Waarom? Wegens verlies aan geloof in de macht en wijsheid van de Auteur van de bijbel. Zij die de theorie van de meerdere schrijvers aanhangen, doen dit voornamelijk omdat zij weigeren te geloven dat een profeet van Jehovah, zoals Jesaja, nauwkeurig de details zou kunnen voorspellen van de verovering van Babylon door Cyrus en meer van deze gebeurtenissen. Hiermee handelen zij echter volkomen in strijd met wat een van de uitspringende thema’s van Jesaja vormt, namelijk dat de ware God gebeurtenissen kan voorspellen, en valse goden niet. Zo lezen wij: „Gedenkt de eerste dingen van lange tijd geleden, dat ik de Goddelijke ben, en er is geen andere God, noch iemand gelijk mij; Degene die van het begin af de afloop vertel, en van oudsher de dingen die niet gedaan zijn; Degene die zeg: ’Míjn raad zal tot stand komen en al mijn welbehagen zal ik doen’ . . . Ik heb het gesproken, ik zal het ook doen komen.” En ook: „Mijn woord dat uit mijn mond uitgaat . . . zal niet zonder resultaten tot mij terugkeren, maar het zal stellig datgene doen waarin ik behagen heb geschept en het zal stellig succes hebben in dat waarvoor ik het heb gezonden.” — Jes. 46:9-11; 55:11.
Ja, deze ware God die de toekomst kan voorspellen, daagt de aanbidders van namaakgoden uit: „Laten de natiën allemaal op één plaats bijeengebracht worden en laten nationale groepen vergaderd worden. Wie onder hen kan dit vertellen? Of kunnen zij ons zelfs de eerste dingen doen horen? Laten zij hun getuigen verschaffen, opdat zij rechtvaardig verklaard mogen worden, of laten zij horen en zeggen: ’Het is de waarheid!’” — Jes. 43:9.
Dat de moderne katholieke bijbelwetenschap steeds meer afwijkt van het geloof in de bijbel als het geïnspireerde, onfeilbare Woord van de Schepper, de God van de hemel wiens naam Jehovah is, dient alle katholieken die nog geloven dat de Goddelijke Voorzienigheid het schrijven en bewaren van de bijbel heeft geleid, met ernstige bezorgdheid te vervullen.
-
-
Wie betaalt ervoor?Ontwaakt! 1973 | 22 juni
-
-
Wie betaalt ervoor?
◆ „Bureau-vervuiling” — zo noemt een arts het. In een verslag in The Journal of the American Association van 21 december 1970 verschaft hij enkele interessante feiten over de stroom van ongevraagde medische lectuur die hij ontving.
Op één dag ontving hij negen van dergelijke publikaties, in één maand in totaal zeventig. Al deze publikaties hadden drie dingen gemeen: alle bevatten advertenties van meer dan een farmaceutisch bedrijf; ze werden hem alle toegezonden zonder dat hij erom gevraagd had en alle bevatten ze artikelen die voor de praktizerende arts van belang zijn. Een proef met drie tijdschriften toonde aan dat deze 173 bladzijden leesmateriaal en 277 bladzijden met advertenties bevatten. Afgaand op het aantal regels dat in deze zeventig tijdschriften stond, schatte hij dat hij veertig uur per week nodig zou hebben om al deze tijdschriften in de loop van een maand door te lezen.
Deze tijdschriften worden wekelijks of maandelijks naar duizenden zo niet honderdduizenden artsen gezonden. Het totale gewicht van de tijdschriften die hij in één maand ontving bedroeg bijna 14 kilo. Hij schatte dat als alle 200.000 artsen in de Verenigde Staten iedere maand zoveel lectuur ontvingen, dit in totaal op zo’n 2720 ton per maand zou neerkomen.
Verreweg het merendeel van deze medische tijdschriften wordt op uitstekend kwaliteitspapier uitgegeven en staat vol met kostbare kleurenadvertenties voor geneesmiddelen. Wie betaalt voor dit alles? Niet de doktoren en evenmin de uitgevers maar de patiënten die voor de geneesmiddelen betalen die artsen voorschrijven; want al dit adverteren komt bij de prijs van de medicijnen. Blijkbaar is de vervaardiging van geneesmiddelen een zeer winstgevende zaak.
-