Watchtower ONLINE LIBRARY
Watchtower
ONLINE LIBRARY
Nederlands
  • BIJBEL
  • PUBLICATIES
  • VERGADERINGEN
  • w82 1/8 blz. 5-7
  • De enige hoop op rechtvaardige heerschappij

Voor dit gedeelte is geen video beschikbaar.

Helaas was er een fout bij het laden van de video.

  • De enige hoop op rechtvaardige heerschappij
  • De Wachttoren — Aankondiger van Jehovah’s koninkrijk 1982
  • Onderkopjes
  • Vergelijkbare artikelen
  • Jehovah — een God die de toekomst kent
  • 6000 jaren van falen zijn genoeg!
  • Voorzegde wereldveranderingen tot aan de oprichting van Gods koninkrijk
    Onze toekomstige wereldregering — Gods koninkrijk
  • Hoe Gods koninkrijk een wereldregering wordt
    Onze toekomstige wereldregering — Gods koninkrijk
  • De opmars der wereldmachten in de profetieën
    De Wachttoren — Aankondiger van Jehovah’s koninkrijk 1962
  • Wie kan standhouden tegen de Vorst der vorsten?
    Schenk aandacht aan Daniëls profetie!
Meer weergeven
De Wachttoren — Aankondiger van Jehovah’s koninkrijk 1982
w82 1/8 blz. 5-7

De enige hoop op rechtvaardige heerschappij

„In de dagen van die koningen zal de God des hemels een koninkrijk oprichten dat nooit te gronde zal worden gericht.” — Dan. 2:44.

DE GESCHIEDENIS onthult dat veel heersers uit vroeger eeuwen als goden werden beschouwd. Zelfs in onze eeuw werden Stalin en Hirohito aldus toegejuicht. Geen van dergelijke zogenaamde goden heeft aan de maatstaf kunnen voldoen die de bijbel stelt aan degenen die beweren goden te zijn, namelijk het vermogen om de toekomst te voorzeggen. Jehovah daagt alle valse goden met de volgende woorden uit: „Doet ons zelfs de toekomstige dingen horen. Vertelt de dingen die later zullen komen, opdat wij weten dat gij goden zijt” (Jes. 41:22, 23). Menselijke heersers zijn nooit in staat geweest de toekomst te voorzeggen, zelfs niet die van hun eigen heerschappij. Zij hebben altijd geestdriftige voorzeggingen gedaan van wat zij zullen doen wanneer zij aan de macht zijn, maar zij zijn zo vaak valse profeten gebleken dat de mensen thans weinig vertrouwen stellen in hun voorspellingen.

De Eerste Wereldoorlog werd gestreden ’om de wereld veilig te maken voor democratie’. Dit is niet gebeurd. De Volkenbond zou ’de politieke uitdrukking van Gods koninkrijk op aarde’ zijn. Hij is dit niet geweest. De Tweede Wereldoorlog zou de wereld bevrijden van dictators. Zij nemen nog steeds in aantal toe. De Verenigde Naties zouden bewerkstelligen dat de natiën vreedzaam met elkaar zouden samenwerken. Ze zijn erger verdeeld dan ooit en er blijven koude en hete oorlogen woeden. De wereldheersers spreken over hoop, maar voor het merendeel brengen zij hopeloosheid voort. Hun voorzeggingen van betere tijden gaan niet in vervulling. Evenals in de oudheid, kan ook van onze tijd worden gezegd: „Ze genezen zogenaamd de kwaal van mijn volk; ze beweren: ’Het gaat goed! Alles gaat goed!’ Maar het gaat helemaal niet goed” (Jer. 6:14, Willibrordvertaling). Geen wonder dat de mensen de beloften van politici niet langer geloven!

Jehovah — een God die de toekomst kent

Jehovah God weet echter precies wat er bij regeren betrokken is, en zijn voorzeggingen betreffende menselijke regeringen zijn altijd in vervulling gegaan. Ongeveer 150 jaar voordat Nebukadnezar de op het land gelegen stad Tyrus verwoestte, had Gods profeet Jesaja de verwoesting ervan voorzegd. Gods profeet Nahum voorzei de val van Ninevé, en dat ging niet alleen in vervulling, maar gebeurde bovendien precies zoals Jehovah had beschreven (Jes. 23:1-13; Nah. 1:8; 2:6, 8; 3:13). Jaren voordat Juda door Babylon werd veroverd, had Jeremia dit voorzegd, en ook het herstel van de joden na een zeventigjarige verwoesting. Maar Jesaja voorzei dezelfde gebeurtenissen meer dan honderd jaar voordat Jeremia dit deed en hij noemde zelfs de naam van degene die Babylon zou omverwerpen en de joden uit ballingschap zou bevrijden. — Jer. 29:10; 51:30, 37; Jes. 13:17-22; 44:26-28; 45:1, 2.

Jehovah’s vermogen om met betrekking tot menselijke regeringen bepaalde ontwikkelingen te voorzeggen, is nog opvallender. Dit blijkt bijvoorbeeld uit het visioen dat Jehovah Daniël gaf en waarin hij de opkomst en val van wereldmachten onthulde. In Daniël hoofdstuk 8 ziet de profeet een tweehoornige ram die oppermachtig is, totdat een geitebok met een grote horen tussen zijn ogen uit het westen komt en de ram ter aarde werpt en zijn twee horens breekt. Maar zodra de geitebok machtig wordt, wordt de grote horen gebroken en komen er vier kleinere horens voor in de plaats (8 vs. 3-8). Wij worden niet in twijfel gelaten over de uitleg van dit alles.

„De ram die gij gezien hebt, die de twee horens had”, zo verklaart het verslag, „beduidt de koningen van Medië en Perzië. En de harige bok beduidt de koning van Griekenland; en wat de grote horen aangaat die tussen zijn ogen was, die beduidt de eerste koning. En dat die gebroken werd, zodat er vier waren die ten slotte in zijn plaats opstonden: er zijn vier koninkrijken uit zijn natie die zullen opstaan, maar niet met zijn kracht.” — 8 Vs. 20-22.

Enkele jaren nadat Daniël was gebruikt om deze gewichtige gebeurtenissen te voorzeggen, wierp de dualistische natie Medo-Perzië — de tweehoornige ram — Babylon inderdaad omver, waarna ze de Vierde Wereldmacht werd. Meer dan twee eeuwen nadat Daniël deze profetie had opgetekend, kwam Alexander de Grote aan de macht en wierp Medo-Perzië omver. Na Alexanders dood — het breken van de grote horen op de geitebok — werd de Vijfde Wereldmacht Griekenland in vier delen verdeeld. Elk gedeelte werd bestuurd door een van Alexanders vier generaals — de vier kleine horens die voor de grote horen in de plaats kwamen maar nooit zijn „kracht” verwierven.

In Daniël hoofdstuk 7 wordt ook door middel van een visioen een opeenvolging van beesten getoond die de opkomst en val van Babylon, Medo-Perzië, Griekenland en het Romeinse Rijk afbeeldden. In hoofdstuk 2 wordt beschreven hoe Nebukadnezar in een droom een groot metalen beeld van een menselijke gestalte zag, waardoor de opkomst en val van wereldmachten tot in onze tijd wordt afgebeeld, waarna de vernietiging van dat kolossale beeld wordt getoond:

„Er [werd] een steen, niet door handen, . . . uitgehouwen, en die trof het beeld aan zijn voeten van ijzer en gevormd leem en verbrijzelde ze. Terstond werden het ijzer, het gevormde leem, het koper, het zilver en het goud alle te zamen verbrijzeld en werden als het kaf van de zomerdorsvloer, en de wind voerde ze weg zodat er geen spoor meer van werd gevonden. En wat de steen aangaat die het beeld trof, hij werd tot een grote berg en vulde de gehele aarde.” — Dan. 2:34, 35.

De steen die een berg wordt en de aarde vult, is Christus’ koninkrijk, waardoor alle menselijke regeringen worden vervangen, zoals in Daniël 2:44, 45 wordt onthuld: „En in de dagen van die koningen zal de God des hemels een koninkrijk oprichten dat nooit te gronde zal worden gericht. En het koninkrijk zelf zal aan geen ander volk worden overgedragen. Het zal al deze koninkrijken verbrijzelen en er een eind aan maken, en zelf zal het tot onbepaalde tijden blijven bestaan, aangezien gij aanschouwd hebt dat uit de berg, niet door handen, een steen werd gehouwen, en dat die het ijzer, het koper, het gevormde leem, het zilver en het goud verbrijzelde.”

Het zevende hoofdstuk van Daniël spreekt eveneens over de opeenvolging van menselijke heerschappijen en laat ook zien hoe al deze regeringen ten slotte worden vervangen door Christus’ koninkrijk: „Met de wolken des hemels bleek iemand gelijk een mensenzoon te komen; en tot de Oude van dagen [Jehovah God] verkreeg hij toegang, en men bracht hem dicht bij, ja vóór Deze. En hem werd heerschappij en waardigheid en een koninkrijk gegeven, opdat de volken, nationale groepen en talen alle hém zouden dienen. Zijn heerschappij is een heerschappij van onbepaalde duur, die niet zal voorbijgaan, en zijn koninkrijk een dat niet te gronde gericht zal worden.” — Dan. 7:13, 14.

6000 jaren van falen zijn genoeg!

Jehovah God heeft de mensen geduldig duizenden jaren toegestaan om steeds weer opnieuw alle soorten van regeringen uit te proberen die zij maar konden bedenken. Geen ervan heeft haar onderdanen echter blijvende zegeningen geschonken. Niemand die eerlijk is, kan beweren dat wanneer mensen meer tijd was vergund, zij een rechtvaardige regering hadden kunnen oprichten. Steeds weer opnieuw is aangetoond dat „het niet aan de aardse mens is zijn weg te bepalen” (Jer. 10:23). Ook is herhaaldelijk aangetoond dat menselijke regeerders nooit in werkelijkheid goden zijn geweest die in staat waren de toekomst te voorzeggen, zelfs niet van de regeringen waarover zij macht uitoefenen.

In scherpe tegenstelling hiermee heeft Jehovah bewezen de God te zijn die de toekomst wel weet, met inbegrip van de toekomst van menselijke regeringen. Hij is ook op de hoogte van een rechtvaardige regering onder zijn aangestelde koning, Christus Jezus, en hij heeft de mensheid door middel van zijn Woord de bijbel over deze regering ingelicht. Terwijl menselijke heerschappij een vloek is geweest voor de mensheid, zal Christus’ koninkrijk zegeningen brengen in de vorm van gezondheid, geluk en eindeloos leven op een paradijsaarde. — Vergelijk Lukas 23:42, 43; Openbaring 11:15.

Laten alle eerlijke mensen die rechtvaardigheid liefhebben, Christus Jezus thans erkennen als hun Loskoper en Koning. Erken dat „er in niemand anders redding [is], want er is onder de hemel geen andere naam die onder de mensen is gegeven, waardoor wij gered moeten worden”. — Hand. 4:12; Matth. 12:21.

    Nederlandse publicaties (1950-2025)
    Afmelden
    Inloggen
    • Nederlands
    • Delen
    • Instellingen
    • Copyright © 2025 Watch Tower Bible and Tract Society of Pennsylvania
    • Gebruiksvoorwaarden
    • Privacybeleid
    • Privacyinstellingen
    • JW.ORG
    • Inloggen
    Delen