-
Het geloof dat overleving betekentDe Wachttoren 1977 | 15 april
-
-
21. Waarnaar kunnen degenen die de wereldomvattende tijd van moeilijkheden overleven, uitzien?
21 Waarnaar kunt u uitzien als u het einde van dit oude samenstel van dingen overleeft? Naar een nieuwe ordening van vrede, rechtvaardigheid en overvloed, naar een tijd waarin u zult meemaken dat de aarde in overeenstemming met Jehovah’s oorspronkelijke voornemen voor de aarde en de mens in een paradijs wordt veranderd (Gen. 1:28; 2:16). Dan zal God „elke traan uit hun ogen wegwissen, en de dood zal niet meer zijn, noch rouw, noch geschreeuw, noch pijn zal er meer zijn. De vroegere dingen zijn [dan] voorbijgegaan” (Openb. 21:4). Dan zullen ook de woorden van de profeet Jesaja in hoofdstuk 25:6, 8 in vervulling gaan: „Jehovah der legerscharen zal op deze berg stellig voor alle volken een feestmaal aanrechten van schotels rijk aan olie, een feestmaal van wijn bewaard op de droesem, van schotels rijk aan olie en vol merg, van wijn bewaard op de droesem, geklaard. . . . Hij zal werkelijk de dood voor eeuwig verzwelgen, en de [Soevereine] Heer Jehovah zal stellig de tranen van alle aangezichten wissen. En de smaad van zijn volk zal hij van de gehele aarde wegnemen, want Jehovah zelf heeft het gesproken.” Wat een heerlijk vooruitzicht voor allen die, wegens hun geloof, de „grote verdrukking” overleven!
-
-
Hoe lang duurde Jezus’ bediening?De Wachttoren 1977 | 15 april
-
-
Hoe lang duurde Jezus’ bediening?
DE VRAAG met betrekking tot de lengte van Jezus’ bediening wordt door bijbelgeleerden verschillend beantwoord. Sommigen zeggen dat zijn bediening slechts één jaar heeft geduurd, anderen zeggen twee jaar en weer anderen zijn van mening dat zijn bediening drie en een half jaar heeft geduurd. De bijbelse profetieën en de bijbelse geschiedenis tonen gezamenlijk aan dat er inderdaad drie en een half jaar zijn verstreken tussen de tijd dat Jezus werd gedoopt en Gods heilige geest onder het symbool van een duif ontving, hetgeen hem tot de Messías maakte, en de tijd dat hij aan de paal de dood vond. — Luk. 3:21, 22; 23:46.
Zeer afdoend met betrekking tot de tijd van Jezus’ bediening is de profetie in Daniël 9:24-27. In deze profetie, die als de profetie van de „zeventig weken” bekend staat, wordt zowel het precieze jaar van de komst van de Messías, Jezus Christus, als de lengte van zijn bediening nauwkeurig aangegeven. Men is algemeen van mening dat met deze „weken” „jaarweken” worden bedoeld. An American Translation luidt: „Zeventig weken van jaren zijn bestemd voor uw volk”. (Zie ook het opschrift „De zeventig jaarweken” boven hoofdstuk 9 van het boek Daniël en de voetnoot „70 ’weken van jaren’” bij 9 vers 24 van dit hoofdstuk in de Willibrordvertaling.) De profetie verklaart verder dat er „vanaf het uitgaan van het woord om Jeruzalem te herstellen en te herbouwen tot op Messías de Leider, zeven weken, alsook tweeënzestig weken, zullen zijn”. De Messías zou met andere woorden aan het eind van negenenzestig „weken” komen.
DE TIJD VAN DE „JAARWEKEN” BEPALEN
Wanneer begonnen die „jaarweken” te tellen? In het jaar waarin stadhouder Nehemía gemachtigd werd de muren van Jeruzalem te herbouwen, welk jaar om precies te zijn het jaar 455 v.G.T. was (Neh. 2:3-9). Negenenzestig jaarweken zijn 483 jaar, die zich van 455 v.G.T. tot 29 G.T. uitstrekken. Dat Jezus inderdaad in 29 G.T. als Messías kwam, wordt te kennen gegeven door Lukas 3:1, 2, 23 te vergelijken met de datums van de heerschappij van Tiberius Caesar, die daar in Lukas’ verslag wordt genoemd.
Daniëls profetie verklaart verder dat de „Messías [zal] worden afgesneden, met niets voor zichzelf”. Wanneer precies zou hij worden afgesneden, dat wil zeggen, ter dood worden gebracht? 9 Vers 27 licht ons hierover in want hierin staat: „Op de helft van de week zal hij slachtoffer en offergeschenk doen ophouden.” Wat wordt ermee
-