-
Koester geen wrokDe Wachttoren 1973 | 1 maart
-
-
opzicht, maar ook met betrekking tot uw geestelijke welzijn schade berokkenen. U kunt niet in een goede verhouding tot God staan als u niet in een goede verhouding tot uw christelijke broeder staat. Onze liefde voor God wordt zelfs getoetst door onze liefde voor onze broeders en zusters. De liefdevolle apostel Johannes bracht het aldus op krachtige wijze onder woorden: „Wie zijn broeder, die hij heeft gezien, niet liefheeft, kan God, die hij niet heeft gezien, niet liefhebben” (1 Joh. 4:20, 21). Wees dus verstandig, wees rechtvaardig, wees liefdevol, en u zult geen wrok koesteren.
-
-
De naam waarin alle natiën verkiezen te wandelenDe Wachttoren 1973 | 1 maart
-
-
De naam waarin alle natiën verkiezen te wandelen
„Alle volken, van hun kant, zullen elk in de naam van hun god wandelen; maar wij, van onze kant, zullen wandelen in de naam van Jehovah, onze God, tot onbepaalde tijd, ja voor eeuwig.” — Micha 4:5.
1. Welke verenigende god verafgoden en aanbidden de onderdanen van een natie gewoonlijk, ofschoon zij in religieus opzicht verdeeld zijn?
BIJ de Verenigde Naties, als organisatie voor wereldvrede en veiligheid, zijn thans 132 natiën aangesloten. Er zijn nog andere natiën, die geen lid van deze organisatie zijn. Elk van deze politieke natiën heeft een ideaal waardoor de onderdanen onder één regering worden bijeengehouden. Zo’n natie wandelt dus in de naam van dat ideaal; dat wil zeggen, ze is een aanhanger of volgeling van dat gemeenschappelijke ideaal. Het duurt niet lang of de mensen beginnen dat ideaal te verafgoden. Het wordt voor hen een god, die zij vereren en boven alle persoonlijke belangen stellen. Zo kan het zijn dat de onderdanen in religieus opzicht verdeeld zijn maar toch dat nationale ideaal als een verenigende god aanbidden.
2. Hoe spreken miljoenen mensen die beweren godloos te zijn, zichzelf in werkelijkheid tegen?
2 Miljoenen mensen beweren godloos of atheïstisch te zijn, dat wil zeggen niet gebonden aan enige god. Zij spreken zichzelf echter tegen doordat zij een nationale god aanbidden. Sinds de Amerikaanse Revolutie (1775-1783) hebben wij veel over „de godin der Vrijheid” gehoord. De god of godin kan datgene zijn wat democratie, ofte wel volksregering, wordt genoemd, of het kan de bittere vijand van de democratie, namelijk het internationale Communisme, zijn. De mensen hangen deze politieke beginselen met een fanatieke religieuze toewijding aan. Bovendien bewaakt elke natie angstvallig datgene wat ze als haar „nationale soevereiniteit” beschouwt, net alsof het een god is die niet ontwijd mag worden noch verloren mag gaan. In sommige natiën verafgoden veel mensen een sterk militair apparaat dat de natie een positie van sterkte zal verschaffen van waaruit ze met andere natiën kan handelen. Over de hedendaagse „koning van het noorden” werd lang geleden voorzegd: „De god der vestingen zal hij in zijn positie heerlijkheid geven.” — Dan. 11:38.
-